Diarium van Egbert Alting 1553-1594
(1964)–Egbertus Alting–
[pagina 353]
| |
Dinxsdach 11 Decembris 1576.Als nu gelijcksfals enige uuth der gemeente ende ghylden bij een erb. Raedt erschenen ende durch den soldaten nu entsloten, dat men geen kloeke solde luyden noch enich placcaet publiceert solde worden, voer ons sulcks uuth den hove angesonden, mede want seker gesanter voer de poorte voerhandts, ist doemaels daerbij verbleven. Hiirna is een junck edelman uut het landt to Luyck, capitein upt huys to Gelemuyden, bewante des heeren van HiergesGa naar voetnoot1), inkomen, den soldaten hulp ende bijstandt van ruter ende knechte, voert van munition, proviande ende anders anpresenterende van des voersz. heren wegen, daervoer deselve bedancket, als des hiir neet bedarff wesende, is daerna in den darden dach weder vertogen, doch postridie mit 6 kane wijns van der stadt vereheret worden. |
|