Diarium van Egbert Alting 1553-1594

Vrijdach 3 Aprilis 1579.

Der stadts gesanten sint ad quartam postmeridiam am erst an sijn Gen., daerna voerts thove verreyset¹⁾.

1) Op 8 april zonden zij uit Workum een rapport over het onderhoud dat zij met de stadhouder gehad hadden, o.a., dat zij hadden gepresenteerd ‘de onderteeckende acte van Unie, daeraen Z.G. hadde een groet benougen, begerende dat wij dezelve Z.H. zolden verthoenen, die daerinne mochte disponeren, off Z.G. ofte wij deselve zolden bewaeren’ (Ingek. br.). Rennenberg zelf had met enige reserve op 31 maart de Unie van Utrecht getekend (Reg. Feith 1579 nr. 73). Een inventaris van de door de gezanten meegenomen stukken is te vinden in dossier G.A. voorl. nr. 973. Hun geloofsbrief van 31 maart in Miss. prot. Alting II. Het verbaal van hun reis is door mr. H.O. Feith uitgegeven in de Bijdr. Gesch. en Oudh. Groningen VI blz. 161-228.