Diarium van Egbert Alting 1553-1594
(1964)–Egbertus Alting–Dinxsdach 23 Septembris 1579.Gesehen und mit andacht erwoegen de articulen van de beraembde pacificatie tho Coellen, sampt het gevolch und ancleeff van dien, woellen wij ondergescreven ons in onderdanicheit verclaert hebben, neet angenamer noch levers tsijnde oder te begherende dan eenen ghoeden uprechtigen bestendigen peys und vrede tho genietende und des elendigen verdarfflycken krijghs und oerloochs teenemael gefrijet und entslagen te wesende. Derwegen voer erst den gecommitteerden heren alle sampt und sunderling am hoeghsten bedanckende voer derselvigen groten ernst, muhe und aerbeyt in der pacificationsaecken wedertsijden vlijtich angewendt und allnoch verhoopentlick tot vasten verseeckerden eendracht bes goeder endtschafft an to wendende und onafflatich te beforderende. Derwijlen oeverst und angesehen tusschen hoichstlofflycker memorien keyser Caerl de Vijffte und de stadt und Omblanden van Groeningen in anno 1536 (woe oeck bevoerns mit furstlicke durchluchtichheit van Ghelder) seecker tractaet solemnelick gemaeckt, oeck namaels durch Con. Mat. onsen aller genedichsten heer bij eede bekrefftight, solden wij derhalven begheren und onderdanichlick sustineren, boven all bij sodane tractaten onverbrecklick gehandthavet und in deselve doemalige usancien, gebruycken, privilegien, statuten, vrij- und gerechticheyden te sullen ende behoeren genedichlycken beschut, erholden und bescharmpt tho wordende. Desen voerbeholden und onverkortet te blijvende, hebben wij volgendts de togesante beraemde articulen und middelen gemelter pacification mit behoerlycken vlijth, reverentz und ernst durchlesende, behartziget und daernah durch loffweerdigen bericht vorstendight sijnde, wes onse ghoede naberen ende medebondtgenoten, namentlick de Ridderschap, Steden und ondersaten van Overissell, up deselve articulen eendrachtlick geresolveert und entsloten, hebben na rijper deliberatien und overweginge hoerluder intentie und goede meninge, ons oeck lestlick derselver onser naberfrunde van Overissell genomene resolution in desen sampt den eenhelligen adviiss van sijne hoocheit und Generale Staten willen in Godts namen (den gewunschten vrede und gemenen vaderlande tom besten) mede laten gevallich sijn. Actum den 23 Septembris 1579. Tho oerkunde der stadts hiir upgedruckten signete. B. ende R., oldt ende nije, sampt T., S.M. mit de gemene borgeren, oeck B. ende ghylden in Groeningen. | |
[pagina 467]
| |
Der Overijsselschen resolutie quere int packet van de vredehandel ende overgesante articulenGa naar voetnoot1). |
|