Diarium van Egbert Alting 1553-1594
(1964)–Egbertus Alting–Dinxsdach postridie Petri ad Cathedram den 23 Februarii 1580.B. Albert Roltemans pandt bes Pinxsteren. Hebbe weder urn verloff angeholden, doch noch ter tijdt nichts erlanght dan uuthgestelt bes de heren stareker, wolden mij sunst der goeden treuwer bedieninge halven attestatien genoech gheven. A prandio. Sijn Gen. de propositie scryfftlick overgesent hebbende, is sulcks bes morgen in bedencken stelt. Ende was tinholdt in effecte, derwijlen men doer geintercipieerde breveGa naar voetnoot1) ende anders genoech vernomen, dat mit alle practijeken daerna getrachtet, om dese stadt onder de Naerder Unie, tot Utrecht upgericht, te brengen ende volgendts deselve mit garnisoen te beswaerende etc., mede dat sijn Gen. bij de van de voersz. Unie grootlixs nabedacht, als hiir sunder guardie ingekomen sijnde, sulcks dat daeruuth geinfereert het stadtholderampt neet wel van sijn Gen. sol genoech gedaen koenen werden etc., want dan sijn Gen. dese stadt int inkomen beloeft ende versegelt, totter voersz. Unie neet te sullen ge- | |
[pagina 498]
| |
drongen, noch mit enich guarnisoen beswaert worden, dat derwegen sijn Gen. mitsampt de dit solden ondertekenen sich verbonden ende verbinden tegens alle onbehoerlicke middelen, soe tot infueringe der voersz. Unie directelyck oft indirectelyck solden voergenomen moegen worden, daetlick te resisteren ende tot denste Con. Mat., der Generaliteit ende erholdinge der stadtsprivilegien, vrij- ende gerechticheyden ende bescherminge der ondergetekenden lijff, goedt ende bloet te te verstreckende. Datum 22 Februarii 1580Ga naar voetnoot1). |
|