Diarium van Egbert Alting 1553-1594
(1964)–Egbertus Alting–
[pagina 561]
| |
Dat Hinrick van Delden doer gebreck van leheninge sijn knechten up te huysluyden gequarteert, Mulerts volck mit uuthlopen groten schaden gedaen. Anderen van gelijcker intentie. Dabt van Selwert accordert, sijn selffbrouwen beer sunder cijss mit een vrij teken na sijn convent tdoen uuthfueren, daer selffs van sijn conventualen gedroncken te worden. Der superintendent Verdugo van Lingen doer tOldampt hiir ad secundam pomeridianam angekomen, de disordre der soldaten soe voel moegelick tho remedieren, woe sijn Gestr. den 4 heren borgermesteren, de em wellekoem geheten, tot vertroestinge angesacht, alsmede dat geldt in ankumpst voerhandtz. |
|