Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Onze volkstaal (1882-1890)

Informatie terzijde

Titelpagina van Onze volkstaal
Afbeelding van Onze volkstaalToon afbeelding van titelpagina van Onze volkstaal

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.77 MB)

XML (2.65 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

tijdschrift / jaarboek
taalkunde/algemeen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Onze volkstaal

(1882-1890)–Taco H. de Beer–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 46]
[p. 46]

Lijst van Woorden gebruikelijk aan de Koninklijke Militaire AkademieGa naar voetnoot1).

Asymptoot. Iemand die voor een overgangs- of voor het eindexamen gedropen is. In de wiskunde is asymptoot eene lijn (het pad der studie) welke eene andere (den top van den berg, d.i. het doel) steeds nadert zonder haar ooit te raken. Van daar dat deze uitdrukking zeer ‘typisch’ is.
Baar: nieuweling, aan de Universiteiten: ‘groen.’ Tijd van het baarschap tegenwoordig één jaar. Baren, ‘ontgroenen.’
Bayadère. Schoonmaaksters aan de Academie. Zonder onderscheid munten ze allen uit door bejaardheid en gebrek aan de minste sporen van schoonheid.
Balkan. Eene slechts gedurende het Cadetten-Kamp op de Teteringsche Heide gebruikelijke uitdrukking voor: ‘veld-latrine.’ Waarschijnlijk heeft dit woord zijn oorsprong te danken aan den vorm; zijnde een aardrug en aan de smalle ingangen die aan passen doen denken; balkannen d.i. het gebruik maken dier latrine.
Ballen = gehakt vleesch; b.v. wij eten van middag ballen.
Brievenmajoor. De onderofficier, die de brieven brengt. (Verouderd: wordt niet meer gebruikt; de persoon in quaestie is tegenwoordig sergeant).
Bullen. Benoodigdheden, kennis, eigendom.
Bullen. Werkw. opstand maken, oproerig worden.
Bullenfeest. Opstand.
de Cavcav = de cavalerie.
Dokken = beschermen, b.v. een baar dokken, d.i. in zijne bescherming nemen.
een Dokstukje. Een baar die door een oudje ‘en amitié’ genomen wordt.
een Donderstukje. Een baar, die door een oudje erg onzacht ontgroend wordt.
naar de Eendjes zien = over het muurtje bij het Spanjaardsgat kijken.
Fielt. Onderofficier met de surveillance belast.
Fieltenkooi. Woning van den fielt.
Gang! ook Geng! Geroep, waarmede verzocht wordt door te gaan met het een of ander en daardoor geen oponthoud te veroorzaken. Zoo b.v. bij gedrang op corridors of elders.
Hok: door beschotten afgeschoten gedeelte eener slaapzaal, hoogstens voor 12 personen.
Haasvreten, ook bang zijn, een dwaas figuur maken. Van daar ook het geroep: ‘Haas! haas!’ Waarschijnlijk is het afkomstig van den versregel; ‘Ende hi vrat haese!’ in Reinaert de Vos.
Keeren. Eene van de straffen, welke veelvuldig worden toegepast op baren. Zij wordt uitgevoerd als volgt: De patient begeeft zich te bed, twee personen vatten de matras aan de eene lange zijde en door een forschen ruk trekken zij die eerst naar zich toe, om hem daarna om te slaan.
Een variant hierop is nat-keeren, dat op dezelfde wijze wordt uitgevoerd met toevoeging van een kan water, die men gedurende de beweging volgens de lengte door de krib werpt.
Klep toe = doe de deur dicht.
[pagina 47]
[p. 47]
Laat je maar kisten. Laat alle hoop maar varen.
Komt s'an! Eigenlijk: ‘Daar komt zij aan!’ Waarschuwend geroep voor overtreders van eene of andere bepaling.
Maffen = slapen, ook elders bij het Leger in gebruik.
Oudje. Ieder die baar af is, dus cadet van het tweede of later verblijfjaar.
Paardenkrurferij = onderwijs in de paardenkennis.
Pet-af! Waarschuwend geroep, synoniem met komt s'an, en in gebruik genomen toen deze laatste uitdrukking verboden was.
Piekfijn, uitstekend. Bv.; ‘Dat is een piekfijn opstel!’ bijzonder mooi, b.v.: een piekfijne jas.
(je) Pik stinkt = de lamp stoomt.
de Pootenzaal = zaal 5 in de infirmerie, waar de cadetten, die zich aan handen of voeten bezeerd hebben, verpleegd worden.
Postiek = burgerkleeding.
Postieker = burger.
Puntje! in een zin als: Hij is 'em 'n puntje! ook wel het geroep: ‘Puntje!’ synoniem met haasvreten. Het is eene nog jeugdige uitdrukking op Haagschen bodem geboren.
Puppen, Rooken. (Verouderd).
de Schuit. De zaal voor strafexercitie. (Verouderd; het strafexerceeren is afgeschaft).
Slaadje. Pruim tabak. (Verouderd; de cadetten pruimen niet meer, maar rooken des te dapperder). - Ook zeeterm.
Stal of ziekenstal = ziekenzaal (infirmerie).
Sterrekijken. Vond, evenals keeren, eertijds eene veelvuldige toepassing bij het baren. Tot het ondergaan dier straf projecteerde zich de patient rugwaarts op den vloer. Boven zijn gelaat hield men de eene pijp van een pantalon, waarna men door dezen geïmproviseerden telescoop eene kan water wierp.
Spieren. Bij een examen van ongeoorloofde middelen gebruik maken. (Wellicht ook in het leger en elders in gebruik).
Spiertje, Stukje papier met korte aanteekeningen voor bovenbedoeld gebruik.
Spuit = geweer (wellicht ook bij 't leger).
een Uitschijter = een standje, een uitbrander.
Verticaal zetten. Doel als voren. Bij deze straf, waarbij zich eveneens de patient te bed bevindt, neemt men zijne krib bij 't voeteneinde op en laat haar om het hoofdeinde opwaarts scharnieren tot de grootst mogelijke helling. Deze manoeuvre, die niet gevaarlijk is berust zuiver op de angst.
Voedering der wilde dieren. Het eerste souper na het groot verlof, waarbij de nieuw aangekomonen tegenweordig zijn. Dit souper mag bijgewoond worden door ouders, vreemden en belangstellenden.
Vossen = studeeren.
Voshengst. Iemand, die zich daaraan ijverig wijdt.
Walletjes pakken. Wandelen op de thans geslechte wallen.
Wollen. Slapen. (Verouderd).
Wollert. Slaper. (Verouderd).
Ziekenpreek = ziekenvader.
Zwammen. Kletsen. Zwampot = kletspartij.
voetnoot1)
Voor opgave van woorden, die voorheen in gebruik waren houdt men zich beleefd aanbevolen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken