Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het verlangen (1921)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het verlangen
Afbeelding van Het verlangenToon afbeelding van titelpagina van Het verlangen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.41 MB)

ebook (2.99 MB)

XML (0.13 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het verlangen

(1921)–J.C. Bloem–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 105]
[p. 105]

Eerste Voorjaarsdag

 
De dagen keeren, dat de wenschen zwerven
 
Als wolken langs een lucht van glans en schijn.
 
Een drang verheert de harten: voor het sterven
 
Eéns nog vervuld te zijn.
 
 
 
Nog éénmaal, los van hof en haard en menschen,
 
Alleen te wonen in onrustigheid,
 
Niet ééne zekerheid zich meer te wenschen,
 
Blind, door een droom geleid.
 
 
 
Verworpen door het lot naar 't stof der steden,
 
Gehurkt in de' ootmoed van het smaadlijk vleesch,
 
Heb ik nog één begeerte trouw beleden,
 
Waaraan ik steeds genees.
 
 
 
Begeerte is eindloos als de landsche wegen,
 
Die langs de nederige dorpen gaan,
 
De heerlijkheid van verre landen tegen,
 
Blank onder zon en maan.
 
 
 
En 't hart is als deez' aarde: de seizoenen
 
Regeeren het met eendre wisseling;
 
Weer wil het als de leege twijgen groenen,
 
Die de eerste zoelte omving.
 
 
 
De droomen keeren uit de jonge jaren;
 
Ik ben de knaap weer uit dat grijs verschiet,
 
Die voor de warme ruiten staat te staren,
 
Maar 't landschap niet meer ziet,
 
 
 
Omdat zijn hunkrende gedachten dwalen
 
Naar streken, waar de wateren stil zijn,
 
Waar de rivieren vloeien als kanalen,
 
Zilver van zonneschijn.
 
 
[pagina 106]
[p. 106]
 
De grond zwelt naar de lucht als een verlangen,
 
Langs 't veld gaat een gerucht van akkerbouw,
 
Aan de' oever wascht, en zingt haar heldre zangen
 
Een jonge en ranke vrouw.
 
 
 
O in dit schoone, dit gewone leven,
 
Een mensch te zijn, die alles heeft gepeild,
 
Die zich tot ieder wezen heeft verheven,
 
En toch bij geen verwijlt.
 
 
 
Hij beeft voor den toekomstgen val der blaren,
 
Voor de eenzaamheid en 't wintersche bestaan;
 
Maar de verheven drift der harpenaren
 
Doet hem weer verder gaan.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken