Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het nieuwe werck der psalmen van den koningh David (1659)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het nieuwe werck der psalmen van den koningh David
Afbeelding van Het nieuwe werck der psalmen van den koningh DavidToon afbeelding van titelpagina van Het nieuwe werck der psalmen van den koningh David

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (22.14 MB)

ebook (27.23 MB)

XML (0.52 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het nieuwe werck der psalmen van den koningh David

(1659)–Cornelis Boey–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Den LXII. Psalm.



illustratie

 
Mijn ziel, die wijs en wel-bedacht,
 
Haer heyl en hulp van God verwacht,
 
Is immers stil in hem voor alle.
 
Hy immers is mijn rotz, mijn heyl,
 
Mijn hoogh vertreck, onwin'lick steyl;
 
'k En sal niet wanck'len, dat ick valle.
 
 
 
2 Hoe langh sult ghy my quellen dan,
 
En op-staen tegens eenen Man?
 
Quaed-stichters, ghy sult voor my wijcken;
 
Verslagen worden door mijn hand,
 
En als een in-gebogen wand,
 
Of aen-gestooten muyr, beswijcken.
 
 
 
3 Haer raed-slaen streckt sich slechts alleen,
 
Om my mijn hoogheyd te vertre'en.
 
't Is niet dan leugen, dat sy soecken.
 
Sy zeegh'nen my met haren mond,
 
Maer binnen in haer's herten-grond,
 
Is 't dat sy my geheel vervloecken.
 
 
 
4 Doch ghy, mijn ziel, zijt wel bedacht;
 
Swijght Gode; 't goed, dat ghy verwacht,
 
Is van hem; hy ist al in alle.
 
Hy immers is mijn rotz, mijn heyl,
 
Mijn hoogh vertreck, onwin'lick steyl;
 
En sal niet wanck'len, dat ick valle.
[pagina 120]
[p. 120]

Pause.

 
5 In God alleen en niemand meer,
 
Is al mijn heyl. Mijn sterckt' en eer',
 
Mijn toe-vlucht is in hem, O Menschen!
 
Vertrouwt op hem. Stort-uyt uw hert;
 
Seght wat ghy eyst; klaeght wat u smert;
 
Hy is de toe-vlucht onser wenschen.
 
 
 
6 't Gemeene Volck is ydelheyd;
 
De Groote, sonder onderscheyd,
 
Erkentmen leugenen te wesen.
 
Te saem gewogen in de schael,
 
Soo zijn sy lichter al-te-mael,
 
En minder oock, als niet, te vreesen.
 
 
 
7 Vertrouwt u niet op rovery,
 
Noch onderdruckingh, die ick ly;
 
Verydelt niet; als u 't vermogen
 
Veel-voudigh wast, tot in den top;
 
Soo setter doch uw hert niet op,
 
Indien ghy niet wilt sijn bedrogen.
 
 
 
8 God sprack een dingh, en ick segh 't voort,
 
Die 't van hem tweemael heb gehoort;
 
Dat alle sterckten en gewelden,
 
Sijn eygen zijn. ja oock, 't gedult,
 
En goedheyd. Want, O Heer, ghy sult
 
Een yder, nae sijn werck, vergelden.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken