Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Oost- en West-Indische Warande (1694)

Informatie terzijde

Titelpagina van Oost- en West-Indische Warande
Afbeelding van Oost- en West-Indische WarandeToon afbeelding van titelpagina van Oost- en West-Indische Warande

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.21 MB)

ebook (3.28 MB)

XML (0.48 MB)

tekstbestand






Editeurs

George Marggrav

Willem Piso



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/natuurwetenschappen/geneeskunde


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Oost- en West-Indische Warande

(1694)–Jac. Bontius–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vervattende aldaar de leef- en genees-konst. Met een verhaal van de speceryen, boom- en aard-gewassen, dieren &c. in Oost- en West Indien voorvallende


Vorige Volgende

Het VI. Capittel. Van de Catharrhen ofte Sinckingen.

Doctor. Is men in die Landen oock wel met Catharrhen ofte Sinckingen gequollen, als wel in ons Vaderlandt?

Magister. d' Oude Inwoonders seer selden, maer die hier versch komen sijn daer seer veel mede behebt, en dat buyten twijfel meest door de koude des nachts, ende ontblootingen des

[pagina 198]
[p. 198]

hoofts. Dese komen soo wel des Somers als in de Regen-tijdt. De vochten dan vallen op de Keel en mede op de Gorgelpijp in de Winter, gaen dese geduyrige overvloedige vochten na d' Ingewanden, maecken Hoest ende langh-teringh, verstoppinge der Maeg ende Gedarmten, de Witte-loop (die die Medecijns gemeenlijck Cerebrales, dat is Sinckingen van de Hersenen noemen.) die eerst van dese qualen opgekomen zijn, werden daer weder gelijck als mede bevangen, ende dat met soodanigen gewelt, dat by na alle de Zenuwen aengetast werden, waer op sy blindt werden, dof en traegh in de zin- en beweegh-tuygen: ende dese toevallen werden te erger, soo de Landt-windt voor den Dageraet, als hooft en borst ontdeckt zijn, en het sweeten ende uyt wasemen schielijck gesteut wert. Maer soo oude ende bedaegde Luyden met dese quael werden aengetast, ende met vliegende pijn door de Leden (dat de Portugijsen Curimentos noemen) is de genesinge langhduyrigh ende swaer, en werden veel erger als het Volle Maen is, ende als de Ebbe der Zee op ende af gaet, voornamentlijck na het onder gaen der Son; ende dat soo hevigh, dat men meer op de toevallen moet sorge dragen dan op de oorsaeck selfs.

Doctor. Wat middelen heeft men daer in gebruyckt?

Magister. Men doet eerst Laeten ende dan Purgeert men sachtelijck, maer niet strengh. Men gebruyckt het volgende aldaer veel, welckers Descriptie volght.

[pagina 199]
[p. 199]
Neemt aloes Socotorina, Gutt. Cambod, van elcks drie deelen. Colocynthidis, G. Ammon. half soo veel.

Dese werden in Azijn gedissalveert, ende in een glas gedaen zijnde in de Son geset, die dan sterck ende uytgeperst, en gedrooght sijnde tot de dickte van Pillen, van een Scruypel tot anderhalf in gegeven.

Doctor. Maer gebruycken sy geen Narcotica?

Magister. Als sy met het voorige middel niets konnen te wege brengen, treden sy tot de Narcotica over, maer moeten al met onsichtigheyt gebruyckt werden: ende in plaets van de selve gebruycken sy mede sweet middelen, wrijvingen ende smeeringen: voornamelijck als 'er scherpe vochten in d' Ingewanden regeren, nemen sy de opperste topjes van den Basourhina, de Wortels van Aninga, Salsa de Praya, Betiis, Lauro Sylvestre, Jaborandi, Malva, d' Isco, Casca de Cepipica, Folhas Japoarandiba, Caaroba, Camara, Pimente Sylvestre Longe. Uyt welcke, en met byvoegsel van Myrte bladen ende de wortel d' Araca sy Baden ende Stovingen maecken om de pijnelijcke deelen daer mede te wassen. Dan werden sy met Brandewijn, ende gesmolte Wieroock op Vlas gedaen besproeit. Tot de wrijvingen gebruycken sy den Oleum Ricini, Camomill. ende Oleum Myrhi Americani, in welcke Wieroock lange gemacereert heeft. Voor al hebben sy daer een Liniment gemaeckt van de gebrade Wormen Jarumatî ende van de feninige Kick-vorsch Cotorâ. Dan

[pagina 200]
[p. 200]

leggen sy daer den Pleyster op van Gum-elemni, Gum. Icicaiba, Notemoscaat, Nagelen, Rosemarijn, Geyte-vet en Pick, het welcke met goed Succes gebruyckt. Sy houden oock de Fontenellen soo in de boven als onderdeelen in groot gebruyck. Doet daer by de Masticatoria, waer toe sy voornamelijck de Jaborande noemen, sijnde een Wortel, diese des ochtens een weynigh kauwen, lockende alsoo een aengename scharpe slijm uyt de quyl-vaten.

Doctor. Hoe houden sy sich ontrent den dranck?

Magister. De Spijse is getempert droogachtig ende warm, abstinerende sich geheel van Venus ende Bacchus, ende onthouden sich voor al van de dagh hitte en nacht koude: sy werden wel gedeckt om te doen sweeten, ende wachten sich van koude wind, of een strelende koelte. Eyndelijck hebben zy een gegiste dranck van Fonteyn water, in welcke de bast Ubiraeé, Salsa Paril, Sassaphras, en Amerikaens Soethout komt.

Doctor. Send men de Teringhachtige niet, gelijck by oudts in Italien ende Grieckenland na het Eylandt Tabia toe, om een veranderinge van Lucht te hebben, die somwijlen swaere sieckten herstelt?

Magister. Neen, maer ick sendse na een Bergh ontrent de Zee gelegen, hebbende hare Huysen na het Oosten open, ende krijgen den Oostelijcken wind: en na het Westen zijn sy toe: het welck men soo wel in de Regen maenden doet als des Somers, zijnde deze droo-

[pagina 201]
[p. 201]

ge Lucht fijn, ende goet voor de Long, ende herstelt de verswackte Ingewanden, brengende levende geesten daer weder in. Doet hier by, dat behalven het Olindanische water, dat door de Son sijn rauwigheyt verlooren heeft, soo is 'er oock het water van Parayba dat eenige Swawel by sich heeft, ende sonderlinge goet daer tegen gedroncken is. Hier by komt de groote menighte van Wild-gevogelte, de Geyte melck, ende voornamelijck eenige Pappen, Emulsen, Boleten, Koecken van Tipioca die drogende ende heelende sijn, verre boven andere genesende Spijsen te prijsen. Daer benevens het water van Arangie bloemen, ende van Guabiraba. In plaets van Conserve van Rosen, hebben sy die van wel rieckende Pruymen en Peren. En om de Lucht wat te veranderen, is 't niet vreemt langhs de Strand wat te varen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken