Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Bloesemtak (1956)

Informatie terzijde

Titelpagina van Bloesemtak
Afbeelding van BloesemtakToon afbeelding van titelpagina van Bloesemtak

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.08 MB)

Scans (10.86 MB)

ebook (2.96 MB)

XML (0.41 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Bloesemtak

(1956)–F. Bordewijk–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Bloesemtak

Het licht was versterkt. Een van de heren vermat zich het tinnen stilleven te verschuiven. Van Marle rolde een voor een de architectuurtekeningen open, van de plattegrond, van voor-, achter- en zijgevels, van de dwarsdoorsneden. Twee lage, ondiepe gebouwtjes waren gedacht aan weerskanten van de hoofdmassa, schuins vanaf het koor naar voren stekend, waardoor de plattegrond de vorm kreeg van een anker. Het een was bestemd voor receptie, vergadering en zo meer, het ander kinderkerk, tevens trouwzaaltje.

Bij dit werk gaf Van Marle, steeds de enige staander, een korte uitlegging. Daardoor werden de op zichzelf droge tekeningen begrijpelijk. Hij had zich geheel herwonnen. Hij stond weer kaarsrecht van rug en slechts zijn hoofd was gebogen. Hij stond breed, wijdbeens, zijn wankelmoedigheid volkomen vergeten,

[pagina 20]
[p. 20]

en rustig ging het potlood in zijn zwaargebouwde, blanke, maar ook wat weke hand langs de lijnen. De drie kerkelijke heren interpoleerden slechts zelden met opmerking of vraag; zij toonden de schroom van de leek die weet dat hij niet meer kan verlangen dan een algemene indruk. Van Marle voelde evenwel dat men nog een picturaal beeld verwachtte, en hij zag nu en dan een blik dwalen naar zijn koker. Nu, hij zou dat verlangen bevredigen. Termunten merkte ook dat voorzichtig draaien van de ogen. Hij wist dat er nog perspectieftekeningen zouden komen; Van Marle had echter verzocht deze ook voor hem te mogen achterhouden tot de samenkomst. Hij had het goedgevonden, maar zich afgevraagd of die geheimzinnigheid berustte op raffinement dan wel op een soort bleuheid. Hij had Van Marle wat nader leren kennen, en ingezien dat deze bij alle openheid van karakter toch een zeker koopmanschap bezat, een zin voor listige rangschikking, een regisseurstalent. Hij vond hem om de dood niet zo simpel als hij leek. Nu eens was hij argeloos, primitief, en zo moest hij wel zijn in de dagelijkse omgang, - dan weer had hij het houten gezicht van een boer op de markt. Hij vertoonde het nooit lang, maar toch steeds weer als het zijn vak betrof. Dit boeide Termunten in Van Marle, tegenover wie hij zich enigszins voelde als beschermheer. Zijn genegenheid voor deze weinig bekende architect lag wel grotendeels daarin dat hij hem boeide. Hij vroeg zich ook af welke indruk Van Marles vrouw op hem maken zou. Van haar wist hij niets, behalve de ongelukkige omstandigheid van haar vriendschap met Leontine Monterey, de boze geest van zijn zoon.

Deze afdwalingen verhinderden hem niet met zijn volle aandacht bij de tekeningen te blijven, en nog eer Van Marle was overgegaan tot de laatste drie maakte hij de opmerking waarop de architect had gehoopt. Het was zijn eerste woord. Hij zei:

- U moet ook eens letten op de bouw van het dak. Meneer Van

[pagina 21]
[p. 21]

Marle heeft me uitgelegd dat hij daarin de gedachte heeft willen leggen van biddende handen, zoals je dat ziet bij de Primitieven, met een flauwe buiging van de vingers, en de toppen even tegen elkaar.

- Een mooie gedachte, zei de predikant.

- En ik geloof uitstekend uitgewerkt, vervolgde Termunten. Van Marle bleef bescheiden.

- Ik hoop het, zei hij. Ik moet er wel even op wijzen dat zo'n steil dak veel wind vangt. Met die druk heb ik gerekend door een zwaardere constructie van de kap. En dan moet het dak met zijn ene zijkant op het Westen liggen, waar altijd de meeste wind vandaan komt. Een lager dak met minder glooiing komt heel wat goedkoper uit.

- Dat speelt geen rol, zei Termunten op afdoende toon. Dat heb ik u al gezegd.

De predikant vroeg:

- Zal zo'n hoog dak de toren niet drukken?

Als antwoord ontrolde Van Marle zijn eerste perspectieftekening, een aquarel. Hij was een bekwaam aquarellist op zijn eigen terrein. Daarbuiten bewoog hij zich niet, en hij had zelfs geen behoefte het eens te proberen. Hij kende zijn grenzen.

Het gebouw stond met het front onder een kleine hoek naar de kijker toe. Het vertoonde nog verkort een zijgevel, een van de uitbouwen en iets van het koor. Een lichtblauwe vochtige Hollandse hemel lag erboven. Deze aquarel was een kunstwerkje waarvan hij de uitstekende indruk bij de anderen, ook bij Termunten, aanvoelde. De predikant kwam op zijn vraag terug.

- Daarnet leek de toren me een beetje gedrukt door het dak, maar zo niet, neen, allerminst.

Toen kwam de tweede aquarel aan de beurt: het interieur, gezien naar de avondmaalstafel en het koor. Men vond dit haast nog mooier. De zachte kleuren waren lichter, blanker. Met één uit-

[pagina 22]
[p. 22]

zondering. Dat was een blauw dat afstak tegen de ijlheid, en dat uitvloeide van diep tot bleek. Dit blauw zat in de kleine ruiten der koorvensters, ruiten door roeden gescheiden, en het was een ultramarijn aan de top, omlaag versmeltend tot bijna wit.

- Die ramen herinneren me vaag aan iets dat ik al eens gezien heb, bij een andere kerk, zei Termunten. Maar waar?

- Ik geloof dat ik het weet, antwoordde de architect. Iets dergelijks vindt u op een schilderij van Saenredam, het interieur van de kerk van Rhenen, in het Mauritshuis. Dat heb ik op mijn manier willen nadoen.

- Precies, dat is het, zei Termunten, want hij was in oude schilderkunst zeer goed thuis.

Tijdens de bouw der villa in de duinstrook onder Noordwijk was Aurora enige keren met Van Marle meegereisd tot Leiden. Zij bezocht dan haar vader, professor Arnolf, oud-hoogleraar in het staatsrecht. Hij woonde er met zijn oudste, ongetrouwd gebleven dochter, Iris, in een groot, antiek huis met oude tuin aan de Hooigracht, het huis waar Aurora kind was geweest, haar moeder had verloren, en vanwaar zij bij haar huwelijk naar Amsterdam was vertrokken. De oude heer had sedertdien medebewoners moeten opnemen. Na zijn inspectie van de villa haalde Van Marle zijn vrouw te Leiden af, en gingen zij door naar Den Haag. Daar hadden zij in het museum voor Saenredams kerk stilgestaan, herhaaldelijk.

De heren van het kerkbestuur, blij met het houvast van begrijpelijke afbeeldingen, waren gul met hun instemming. Termunten zag verder, want hij kende het verleidelijke van zulk soort werk waarin zich maar al te vaak een wensdroom ontplooit. Hij was overtuigd van de volstrekte goede trouw van zijn architect, maar de werkelijkheid strookte nu eenmaal nooit geheel met de schoonheid der gedachte. En hier vermoedelijk weinig omdat hij dadelijk het talent van Van Marle als aquarellist had herkend.

[pagina 23]
[p. 23]

Evenwel wilde hij geen teleurstelling wekken; de man verdiende dat niet, en hij, Termunten, had toch wel vertrouwen in een goed resultaat. Die villa bleef een best getuigschrift. En de anderen, die zich zo ingenomen toonden, moesten niet tot twijfelen worden gebracht. Hij zweeg dus. Dat zou hij twintig jaar geleden stellig niet hebben gedaan; maar toen was hij ook nog niet milddadig.

Hij had nog iets te vragen over een onderdeel dat alleen zijn aandacht scheen te hebben getrokken.

- Dit, zei hij, en wees.

Toen trok hij de eerste aquarel uit onder de tweede en wees weer.

- En dit. Is dat uw merk, uw persoonlijk merk?

Het was een kleine bloesemtak, dezelfde in een hoek van iedere aquarel. Bij de voorstelling van het kerkuitwendige stak deze twijg af tegen het blauw van de hemel. Van Marle keek verlegen, haast schuldig. Het was het symbool dat hij indertijd gevonden had voor zijn vrouw. Maar hij kon dat niet zeggen. Ook Aurora was er onbekend mee; hij had het haar nooit verteld. Hij kleurde een beetje. Het was naast zijn variabele en onverstoffelijkt blijvende symbolen het enige met vastheid, en dat hij verstoffelijkte.

- O, dat is zo maar een aardigheidje. Dat zet ik altijd op mijn perspectieftekeningen. Ja, u kunt het een merk van me noemen. Hij haastte zich naar zijn laatste verrassing. Wat hij nu ging vertonen was een uitvloeisel van zijn voorliefde voor de Amsterdamse Jordaan. Een grote stad bewees zijn geschiedenis voor hem het best in het eigen volkskarakter van zijn buurten. De oude Jordaan vond hij in dit opzicht uniek. Hij had er een zerkenzagerij ontdekt.

Hij peuterde uit zijn koker een laatste papier, kleiner.

- Ik ken een steenhouwer van een zagerij in de Westerstraat, een zekere Beunis, en ik heb gedacht aan een gevelsteen boven de hoofdingang van de kerk, en toen viel me ook ineens een naam

[pagina 24]
[p. 24]

in. Naar die naam heeft hij toen de voorstelling gemaakt. Dit is dus een tekening van hèm. Hij is een heel eenvoudig man, maar hij heeft een aangeboren talent. Over de kosten is natuurlijk nog niet gepraat, maar ik vond dat ik u dit toch in elk geval moest laten zien. De kleuren heb ik al in mijn hoofd, eindigde hij met een glimlach.

Zij zagen in grijs de tekening van een langwerpige steen, bewerkt met een argeloosheid als van eeuwen terug. Onderaan de inscriptie:

Met Jezus in 't schip

En weer verklaarde Termunten dat een gevelsteen, wat hem betrof, geen rol speelde, en hij voegde erbij dat naam en uitvoering van deze buitengewoon in zijn smaak vielen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken