Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Drie vergeten novellen (1913)

Informatie terzijde

Titelpagina van Drie vergeten novellen
Afbeelding van Drie vergeten novellenToon afbeelding van titelpagina van Drie vergeten novellen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.56 MB)

Scans (6.51 MB)

ebook (3.11 MB)

XML (0.18 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

novelle(n)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Drie vergeten novellen

(1913)–A.L.G. Bosboom-Toussaint, Cd. Busken Huet, Simon Gorter–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Van A.L.G. Bosboom-Toussaint, Cd. Busken Huet en Simon Gorter


Vorige Volgende

IV.

Zoo begon de eerste dag. Deze was dan de beloofde, de verlangde, de vurig verbeide, waarvan hij gezegd had: Overmorgen, na nog twee dagen, overmorgen zal ik den al te zwaren arbeid staken; overmorgen de praktijk aan den ambtgenoot overgeven!

In den loop van den namiddag, gebruik makende van een mager zonnestraaltje (al wat er op te vangen was!) kwam collega werkelijk aangesukkeld. Toen de kinderen hem in het spionnetje zagen naderen en riepen: Daar komt dokter Egbert aan! liep Julia naar voren en liet hem zelf binnen. Het was een zonderlinge blik, die waarmede de convalescent haar aanzag, en hij stotterde niet weinig toen zij hem met zijne herstelling geluk wenschte. Hij vroeg haar bijkans vergiffenis voor zijne ziekte, en men zou gezegd hebben,

[pagina 54]
[p. 54]

dat hij het eenigszins als eene indiscretie beschouwde, weer beter te zijn geworden. Zij liet hem niet uitpraten, maar bragt hem aanstonds naar boven, den trap op, de slaapkamer binnen, en bij George's bed.

Egbert had zijn ambtgenoot naauwelijks waargenomen en bij de hand gevat, of hij begreep wat er gaande was. Het was hem alsof er zich een onheil, iets als een oordeel, boven zijn eigen hoofd zamenpakte.

- Niet al te wel, naar ik hoor? vroeg hij, terwijl Julia het gordijn opensloeg.

- Neen, Egbert, het is niet goed, lang niet goed. Ik houd het er voor dat ik uw voorbeeld volgen ga.

- Indien gij over u zelven even goed en.... en hartelijk.... en.... en christelijk praktiseert als gij over mij gedaan hebt, zal het wel losloopen.

- Gevoelt gij u gansch en al hersteld? vroeg George, zonder op de laatste woorden acht te slaan.

- O ja, gansch en al, en mijn eerste bezoek is bij u, omdat ik wenschte.... omdat ik mij verpligt gevoelde.... omdat ik behoefte had.... omdat ik u zeggen wilde.... omdat....

Collega Egbert verkeerde in den onaangenamen toestand van iemand die gedurende eenigen tijd onverdiende weldaden heeft genoten, en eindelijk bespeurt dat hij een min of meer verachtelijk wezen is. Hij kon niet al te best uit zijn woorden komen, en Julia, die bemerkte dat hare tegenwoordigheid hem hinderde, was edelmoedig genoeg om de kamer te verlaten en te zeggen dat zij hem beneden wachten zou.

Naauwelijks had zij de deur achter zich gesloten of George, met haast overeind rijzende, sprak nog met onverzwakte stem, doch terwijl zijn oog reeds blonk van een geheimzinnigen gloed:

- Praat mij niet over hetgeen ik voor u gedaan heb.

[pagina 55]
[p. 55]

Ik wenschte om uwentwil dat gij mij dezelfde dienst kondt bewijzen; maar het zal niet gaan. De Oude Man heeft mij bij de keel, en schijnt niet voornemens mij los te laten vóór het te laat zal zijn. Ik heb een verzoek aan u. Wilt gij mij op uw woord van eer beloven dat, indien ik mij soms mogt paaijen met hoop op herstel, gij mij de volle waarheid zeggen zult? En, indien ik mijzelven soms verkeerde medicijnen mogt voorschrijven, gij mij zult beletten ze in te nemen? Belooft gij mij dat?

- Ja, op mijn woord van.... van eer, stotterde de ander; onzeker, naar het scheen, waar hij zijne eer vinden zou, en verbaasd over den heldenmoed van zijn ambtgenoot.

- Egbert, hernam George, zich achterover op het kussen latende vallen, doe mij het pleizier en ga heen. Van dit oogenblik afaan ben ik uw patient, en ik zal u verzoeken mijne vrouw in te lichten omtrent de wijze waarop zij met mij moet omgaan.

Dit klonk veeleer als het bevel van een gebieder dan als het verzoek van een hulpbehoevende. Dokter Egbert vond het niet streelend alzoo te worden afgescheept; maar, wat zou hij doen? Ligt dat zijn edelmoedige patient déze overwinning op hem behaalde, dat hij hem gevoelen deed hoeveel minder George hem noodig had, dan hij tot nu toe George had kunnen missen.

Beneden, bij Julia, vond hij, zonder dat zij het er op toelei, hetzelfde onthaal: eene poging tot vertrouwelijkheid, doch waarin de onverschilligheid doorschemerde. Zij hoorde zijne toespraak aan, meer niet. Zij liet hem zijne voorschriften ter behandeling opnoemen, maar gaf door niets te kennen dat zijne bezorgdheid haar trof, of zelfs door haar werd opgemerkt. Deze verhouding bleef dezelfde tot den einde toe. Dokter

[pagina 56]
[p. 56]

Egberts straf bestond hierin, dat hij zag hoe men zijn best deed om hem te vertrouwen, zonder dat het vlotten wou.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken