Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vrouw Jacob (1935)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vrouw Jacob
Afbeelding van Vrouw JacobToon afbeelding van titelpagina van Vrouw Jacob

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.87 MB)

ebook (3.26 MB)

XML (1.28 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

historische roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vrouw Jacob

(1935)–Ina Boudier-Bakker–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

XXXII

Een boodschapper kwam....

Het is nu een uur reeds geleden, dat Hare Genade den brief uit Engeland heeft aangenomen, en zich ermee heeft teruggetrokken - alleen.

Marie van Nagel ziet onrustig naar den tapijten wand, en Quirinus de dwerg volgt haar oogen.

Er valt niets te doen dan te wachten....

In de voorzaal zijn bijeen Van Kijfhoeck, Van de Merwede, Montfoort....

[pagina 528]
[p. 528]

‘Wat zal de Engelsche boodschap melden?’

Montfoort klemt de vuisten.

‘Wat? Wat hij denkt? Cobham's triomf? Dàn....’

De tijd vergaat. Een mist valt over het Goudsche land als een grauwe sluier....

Daarginds, in het kleine vertrek, heeft Hare Genade met bevende vingers het dierbaar zegel verbroken: wànneer zal de dag zijn - het uur dat zij hem verwachten kan - hem zegevierend tegemoet eindelijk trekt, hem en het leger - in haar zilveren kuras....

In haar.... zilv....

Wat.... is.... dat.... Voor haar schemerende oogen dansen de woorden, vloeien ineen tot een zwarte vlek.

‘....de toestand in Engeland op dit oogenblik weer zoo is, dat een wapenstilstand, waartoe ook de Bourgondiër geneigd blijkt, mij het beste toeschijnt. In dien tijd toch zal de paus uitspraak doen, en kan ik met te meer recht optreden. Later....’

Wapenstilstand! Dàt zegt Humphrey.... Dat zegt.... Humphrey - dat zegt....

Oh - pas op! ergens diep in haar is een vreeselijke lach, die zich zal scheuren gaan uit haar borst. - Lachen....

Pas op. Alleen.... kijken naar de woorden, de zinnen, de afgrijselijke,.... om wat tùsschen de regels onuitgesproken schreeuwt in haar gezicht als een smaad -

De oneerlijke, oh de slim uitgedachte woorden, maar zoo dom voor het snelle begrip van haar hart.

Na àl wat reeds geweest is - na alle brieven, waarin zij in verootmoediging, in smeeking, zich prijsgaf - die brieven in opperste spanning uitgedacht om hèm te bereiken, dat koude hart te bereiken....

De brieven, ingeschroeid in haar wezen als een smaad zoolang zij leven zal....

Na dat alles.... Dit. Een heel volk, de gansche jonge adel viel haar bij, en hij trekt terug. Laat haar alleen. Weet niet te zeggen dan: wapenstilstand. Slaperig en afwezig de toon van den brief....

Cobham. Zij had kennis van vreemde vergiften. Heeft zij hem betooverd? Alles is mogelijk....

Ja. Alleen één ding nooit meer: dat de hertogin van Glocester

[pagina 529]
[p. 529]

nog één stap zal doen naar den gemaal. Nu moet hij komen als nog - als.... nog....

De eisch van den Bourgondiër: verbreken haar verhouding met Glocester en hij zal haar weer laten in het rustig bezit van haar landen.

Had Humphrey dit willen.... forceeren?

Dan verliest de Bourgondiër op eenmaal alle recht tot den strijd....

En dan verliest Humphrey alle recht....

Pas op! daar komt het weer, het lachen! Het vrééselijk lachen dat zich scheuren gaat uit haar borst - waaraan zij zich zou willen te buiten gaan mateloos! Om alles - om zichzelf, om hèm - om liefde, die erger ziekte is dan de dood....

Neen, voorzichtig! Stil zitten. En haar hart vasthouden met twee handen - en denken - dat zij is - dat zij blijft.... de hertogin van Glocester.

Die het de gansche christenheid toonen zal, dat zij alleen met haar kleinen kring dapperen kan, wat géén vermag:

den Bourgondiër weerstaan.

Haar gezicht, klein verschrompeld, zakt voorover tot haar voorhoofd haar hooggetrokken knieën raakt.

Het wordt later - er is geen tijd. Want alle tijd werd afgemeten naar hèm. En hij komt niet.

Iets raakt haar koude wang - snuffelende, piepende hondesnoet. Zij klemt in de dikke vacht haar zenuwende, sterke handen, rukt eraan en trekt.... tot zacht jankend zich beklagend de reusachtige doggekop, de geweldige pooten haar bedelven onder smeekende, hartstochtelijke liefkoozingen.

Dan, uit de warreling der haren eindelijk het klein bleek gezicht - een gemarteld kindergezicht - weer opduikt.

Warmte - liefde.

Die er is - bij de mannen, de vrienden, de altijd toegewijden - die zij wil weten om zich heen - hooren hun stemmen - zien hun vanouds vertrouwde gezichten, gebaren....

 

In den avond plotseling laat Hare Genade den Raad bijeenroepen.

Zij vinden haar in kostelijkst gewaad, in overdadigen pronk van juweelen. Het smalle gelaat geelbleek, de oogen bijna zwart,

[pagina 530]
[p. 530]

maar van een uiterste beheerschtheid haar gansche houding. En haar stem, de hooge heldere, is zonder een trilling. Slechts klinkt die zacht als uit een vermoeide borst.

‘Wij hebben u verzocht hier bijeen te komen, mijne Heeren, daar ons uit Engeland het bericht is toegekomen’ - zij moet even wachten, en haar scherp gespitst gehoor vangt de beweging van emotie gaande door den kring - ‘dat staatsbelang de Lords heeft doen terugkomen op het besluit van onmiddellijke hulpverleening, en zij daarom aandringen op het sluiten van een tijdelijken wapenstilstand door ons met den Bourgondiër. Men verwacht nà de uitspraak van den paus, met meer recht en kracht te kunnen optreden.’

Haar oogen een oogenblik rusten dreigend in elk paar oogen. Maar niemand spreekt.

Zij schijnt even in te zakken; gaat dan voort:

‘En zoo, mijne Heeren, daar Engelsche hulp thans ons begeeft, en wij niet langer kùnnen wachten noch uitstellen, is mijn besluit onherroepelijk genomen: wij zullen den Bourgondiër met onze eigen kracht, alleen en zonder vreemde hulp het hoofd bieden, tot een van beide partijen bezwijkt.’

IJzig beheerscht en strak rechtop, is zij gezeten. Opnieuw gaan haar oogen om beurten in die van elk der leden van den Raad. En zij weten het niet, hoe terwijl zij in een angst om zich te vernederen, schijnbaar afwerend in opperste hoogheid zich houdt, haar hart zich klampt aan hen, smeekend om genegenheid, als het eenige wat haar staande kan houden nog.

Een stilte is gevallen. Het bericht doorgedrongen in de voorzaal, heeft tevoren vloeken, verwenschingen los doen barsten over het hoofd van den verachtelijken Engelschman. Wrok ook tegen de vrouw, voor wie zij alles geofferd hebben, en die blind haar hart heeft gehangen aan den eenen, die nooit iets voor haar veil had, en hun aller ondergang op zijn gegeweten heeft.

Bittere, harde woorden zijn gevallen over Vrouw Jacob in die ure, van haar vrienden....

En wrokkend nog, hebben zij gezien naar het smal geelbleek, maar volkomen beheerscht gelaat, boven den flonkerenden, overdadigen juweelentooi - hebben geluisterd onwillig....

[pagina 531]
[p. 531]

Maar daar is haar stem, die de woorden zegt, de eenige, die zij hooren willen. In de stilte wegen zij wàt het inhoudt:

Vrij zeker: ondergang en dood.

Maar zijzelf, zoo jong, zoo rampspoedig, zij geeft zich zonder een klacht aan dit hard besluit: het besluit van een eerlijk krijgsman. En Gode zij dank, den Engelschman heeft zij opzij geworpen....

‘Dat ik niet zelf in het veld kan gaan met u en het leger, dat is mijn grootste beproeving. Maar ik moet hier blijven. Mijn gebeden, mijn hoop, mijn volkomen vertrouwen zullen met u gaan. Ik weet, dat het u genoeg zal zijn.’

‘Dàt is haar grootste beproeving -’ zegt zij. ‘Wij - en niet de Engelschman! Zij is toch van ons!’

‘Heil!!’

Bronzen klokken, hun stemmen in haar ooren - troostend en martelend tegelijk. Bronzen zware klokken, waartegen één lichte, spottende, achtelooze stem, die.... wèg moet!

Zij dringen plotseling om haar, in niet te weerhouden woeste teederheid - hun grieven alle vergeten in de dwingende behoefte haar gansch na te zijn.

En zij staat op, zij strekt haar koude handen uit, en raakt hen allen aan; haar kleumend lichaam zich warmend aan hun gezonde kracht, hun trouw, hun liefde. Het is.... als in Gorcum, toen de slag gewonnen was. Zij weet nu als toen, wàt dit alles beteekent: trouw tot in den dood. Maar zij weet nu beter dan toen, wat het waard is.

Maar in het uitgeputte mishandelde land werd het volk, arm, zonder zaad en zonder oogst, oproerig. Verkochten in de steden ééns rijke poorters hun bezittingen om de belastingen te betalen aan de altijd méér eischende beambten van den Bourgondiër. Kabeljauwen zeiden het elkaar:

‘Het was nooit zoo erg onder Vrouw Jacob. Wij hebben het ongeluk in huis gehaald, en wie krijgt het er weer uit.’

‘Wijzelf. Vrouw Jacob. Zij heeft nog een leger. En ik hoor, alle dagen komen zich manschappen aanmelden voor de Zuiderzee-vloot. Als ik....’

‘Ja ik ook. Als ik doen kon wat ik wou, ik meldde me aan bij Brederode....’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken