Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Als ge niet.... dan! (1917)

Informatie terzijde

Titelpagina van Als ge niet.... dan!
Afbeelding van Als ge niet.... dan!Toon afbeelding van titelpagina van Als ge niet.... dan!

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.17 MB)

Scans (13.07 MB)

ebook (3.05 MB)

XML (0.42 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Als ge niet.... dan!

(1917)–Kees van Bruggen–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 92]
[p. 92]

Hoofdstuk XII

Voor de harmonie in het kamp bleek de aankomst van den Amerikaanschen journalist curieus bevorderlijk.

Terwijl professor Dickensen met zijn naïef geduld den Elzasser onderwijzen bleef in alle kundigheden, waarin deze eertijds knap was, en Jean de apache hen als een pleegmoeder verzorgde, heroïk onverschillig voor al wie er verder nog waren, hielden de Bulgaarsche graaf en de Amerikaan elkander in evenwicht, gelijk grootmogendheden doen, wier legers en vloten even sterk zijn.

Wel dreigde die geladen toestand menigmaal met felle explosies, doch de Graaf, blijkbaar beducht dat zijn tegenstander toch de betere wapens had, ruimde dan het terrein. Hij ging met zijn trawanten, van wie niemand last had - want zij spraken alleen onder elkander in een taal die niemand verstond, waren alle vier even dom en deden met beestige goedigheid iederen dienst waarvoor zij geprest werden, - gevolgd door hen vieren stevende hij uit op de jacht. Gemeenlijk kwam hij met een goed stuk wild en een hersteld humeur terug.

In een idioom, dat nergens op leek, op geen Fransch en geen Engelsch, maar van beide iets had, leerden de diplomaat en de vertegenwoordiger van de ‘Koningin der Aarde’ elkander verstaan. Wijl ze veel tijd doorbrachten met woorden zoeken, gingen hun gesprekken meestal niet vlug. Voor den Graaf was dit een juist bij zijn mentaliteit passend voordeel, wijl hij nu gelegenheid vond

[pagina 93]
[p. 93]

wàt hij zeggen zou tegelijk met het hoè te bedenken. De zwaarzinnigheid zijner meeningen, de gewichtigheid van zijn positie en de afgrond-diepte zijner geheimenissen, verdroegen geen kwieke voordracht. Het was in de practijk zijn gewoonte geworden, ieder woord zoo uit te spreken alsof er nog tien andere achter verborgen lagen. Zoodoende scheen het poovere voorpostje dat zich vertoonde een geduchte legermacht in den rug te hebben, en wie zich imponeeren liet door de graviteit van 's graven air, - 't welk in de menschenwereld altijd met meer geluk was beproefd dan pleiten kon voor de snuggerheid der menigte - mocht wel denken, dat juist de imbecile onbenulligheid zijner conversatie er het diepzinnig belang aan gaf. In dit opzicht had de Graaf het getroffen, en zijn gevoel van eigenwaarde was gestegen door zijn gemakkelijk succes.

Hier stond de journalist tegenover met een overstelpende levendigheid. Ook zijn gedachten lagen niet klaar; hij maakte ze al schrijvend en sprekend, daarbij een zwerm van woorden voor de hand vindend, - woorden die, hoewel zij elkander vaker tegenspraken dan aanvulden, ieder voor zichzelf een vasten indruk maakten, nimmer lieten ze twijfel open, zekerheden waren zij alle, - want hij wist alles, hij kende alles, hij had alles gezien, alles gelezen, alles ondervonden. Iedere gedachte, die de diplomaat listig voor zich hield, de journalist sprak haar uit; hij tastte met gedachten, hij zocht met gedachten, hij peilde met zijn gedachten, hij dacht met gedachten, - hij ving gedachten met

[pagina 94]
[p. 94]

gedachten, zooals men eenden met eenden vangt.

Terwijl die twee daar in het verwijderd bosch, van de wereld en alle goede menschen verlaten, hun bannelingen-leven leidden, omwonden zij elkander met de spinsels hunner hooge politiek. De journalist belaagde, belegerde den diplomatieken graaf met zijn vragen, zijn tastende alwetendheid; de vertegenwoordiger van Z.M. den Koning van Bulgarije te Berlijn hulde zich in zijn zwijgende diepzinnigheid als in een romantische almaviva, en beiden waren zij even eerlijk overtuigd, dat zij, voor zich, àlles wisten: het wel en wee dezer wereld, dat zij het geheime uurwerk bespiedden dat oorlog maakt en vrede.

Zij realiseerden zich als Groot Man, de een aan den ander. De wereld spouwde open in hunne gesprekken, vormde zich zichtbaar, wàs opnieuw wat ze was...

Zoodat zij beiden, volkomen gelukkig en verheerlijkt, in de wildernis allen glans vonden die hun aanzien behoefde.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken