Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Koning Adam (1921)

Informatie terzijde

Titelpagina van Koning Adam
Afbeelding van Koning AdamToon afbeelding van titelpagina van Koning Adam

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.78 MB)

Scans (7.63 MB)

ebook (2.96 MB)

XML (0.28 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Koning Adam

(1921)–Kees van Bruggen–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 134]
[p. 134]

XXXVIII

In dien avond naderde Jered vertrouwelijk tot zijnen grootvader, en nam hem bij de hand, en zeide hem:

‘Grootvader, ik heb mijn vrouw gevonden, gelijk eenmaal gij Eva hebt gekozen, wijl zij schoon was voor uw oog en begeerlijk voor uw hart.

Zie, hier is zij, slank als een berk, blank als de manestraal, die glijdt langs de rieten van den plas.

Zie, haar hoofd is als een schelp, vol lokkende beloften, zie hare haren zijn geweven uit glans, zie hare oogen dorsten naar liefde gelijk de lelie naar regen dorst!

Zie, zij is heerlijk, mijn geliefde! Haar jonge borsten zijn als bobbels van melk, als zwellende bobbels van jonge melk zijn hare borsten! Langs hare flanken schittert de verliefde nachtschijn...... hare flanken glanzen in opaal voor mijn dronkenen blik...... mijn omfloerste oogen zien niet meer waar zij is noch waar zij niet is...... in een betoovering zwemert zij voor mijn zwijmelend gezicht!

Hare beenen, hare jonge schuchtere beenen, stijgen als twee rieten die elkander vergezellen op iederen adem van den wind. Hare beenen zijn als stelen die tezamen een bloem dragen. Zij zijn als de slingers van de winde in hun joyeuse wispelturigheid.

Zie, ik vlei mij aan haar voeten, zij kan mij betreden en mij haar slaaf maken, zij kan mij vernietigen met een trede van haar voeten.

Wanneer zij naar mij ziet, vloeit de wil uit mij weg, wanneer zij mij roept ben ik een vogel in

[pagina 135]
[p. 135]

hare hand, wanneer zij mij kust, ben ik van goudene hemelen omgeven.

Open uwe armen, o geliefde, dat ik stervende opga in uwe eeuwigheid! Open uwen mond, o geliefde, dat mijn adem uw leven voede!

Zie, mijn vader, zegen ons, hier is de bruid mijner verrukking. Hier, vader, is mijn lot, dat gij het zegenen zult en begenadigen met uw heilwensch!’

Het meisje, aan Jered's hand gevoerd, stond voor den patriarch.

Vorschend was zijn blik in hare onbedeesde oogen.

Wist zij?

Had zij hem gezien, hem herkend, die jaagde, hijgende door het bosch?

Maar zij verdroeg zijn vraag. Van zaligheid om haar gewonnen bruidegom beefden hare lippen.

Adam zegende.

En terwijl Jered hem de handen kuste, dankbaar om het kostelijk geschenk, zag hij naar de bruid, naar hare oogen, haar sidderend naakt.

En hij wist dat zij wist, en dat zij triumfeerde.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken