Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verzameld werk. Deel 1 (1974)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verzameld werk. Deel 1
Afbeelding van Verzameld werk. Deel 1Toon afbeelding van titelpagina van Verzameld werk. Deel 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.46 MB)

Scans (429.77 MB)

ebook (3.96 MB)

XML (2.40 MB)

tekstbestand






Editeurs

A. van Elslander

Anne Marie Musschoot



Genre

proza

Subgenre

verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verzameld werk. Deel 1

(1974)–Cyriel Buysse–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 1242]
[p. 1242]

XXVII

Hij schilderde, hij werkte, in de volle, heerlijke macht van zijn heropgewekt kunstvermogen. Dat doofde tijdelijk het zware lijden van zijn ziel. En in zijn geest bleef haar brief als een rustpunt, als iets dat melancholisch-zacht in hem te slapen lag, en wellicht nooit meer zou wakker worden.

Hij werkte, werkte. De eerste dagen kon hij naar het eilandje nog roeien, maar weldra lag heel de brede vijver dicht bevroren, en nu liep en gleed hij er naar toe, of reed er heen op schaatsen. Hij was een knappe rijder, een kunstrijder, en soms vermaakte hij zich met rijden, in wijde kringen als een grote zwarte vogel heen en weer zwevend over 't glinsterend-gladde, zingend ijs.

Het schouwspel om hem heen, in 't vroege van de winterochtend, was als van een toversprookje. De meeste sneeuw was van de bomen weg, maar de nachtelijke vorst bedekte de kruinen met rijp, en in de ijlblauwe, zonnetintelende hemel, waren 't dan als reusachtige tuilen van bloeiende fruitbomen, velden en vlakten van golvende bloeiende kruinen, waaruit miljoenen en miljoenen flonkerende kegeltjes, als zoveel glanzend-doorschijnende knopjes en blaadjes, zacht ritselend ten gronde vielen.

- O, wat is het mooi! wat is het heerlijk! murmelde hij dan zacht, als in een vrome bede. En hij spoedde zich naar 't eilandje, en vatte met trillende hand zijn penselen, om al die goddelijke, zo snel vergankelijke pracht, waar zijn ogen als verblind van waren, op het doek te doen herleven.

Hij werkte, werkte, de ganse ochtend door, en na een korte middagrust was hij daar weer, om zijn avondimpressie te schilderen.

Rood als een vuurbal zonder stralen ging de zon gelijk een wonder in het midden van de zwarte bossen onder. Haar

[pagina 1243]
[p. 1243]

laatste glans wierp een lange, dwarse vuurstreep over de glinsterende ijsvlakte, en dan scheen zij laag tegen de horizon in de ontbladerde heesters te branden, terwijl zich langzaam aan over het ganse sneeuwlandschap de tovergloed als van een noorderlicht verspreidde. De naakte hoge bomen staken kronkeliggewrongen takken uit als armen van geraamten, de donkergroene sparrebossen stonden onbeweeglijk als een vaste muur van somberheid, en over 't gladde ijs dat als in waterplassen al die kleurenpracht weerspiegelde, kwamen de wilde eendjes naar het eilandje hun rustplaats zoeken, stil wachtend op een rijtje tot Alfred vertrekken zou. Soms, in de grote, wijde stilte, kraakte 't ijs met lange, diepe dreuningen, alsof de ganse oppervlakte plotseling op de wegkrimpende waterspiegel zakte; soms galmde, lang echoënd door de stille, koude lucht, de scherp-trillende avondkreet van een in 't woud verscholen wintervogel. En lang reeds nadat het te donker was geworden om te schilderen bleef Alfred nog in betovering staren, omhuld als in een droom door rode en paarse nevelen, die langzaam verdoofden en taanden, tot hij daar eindelijk zat in stil-donkere nacht, met vlak vóór zich de lange rij wilde eendjes, die schuchter nader kwamen, vaag-zichtbaar op de bleek-glimmende ijsspiegel, onder de hoge, donkerblauwe hemelkoepel, flonkerend van sterren.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken