Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verzameld werk. Deel 5 (1978)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verzameld werk. Deel 5
Afbeelding van Verzameld werk. Deel 5Toon afbeelding van titelpagina van Verzameld werk. Deel 5

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.77 MB)

Scans (0.79 MB)

ebook (9.66 MB)

XML (2.55 MB)

tekstbestand






Editeurs

A. van Elslander

Anne Marie Musschoot



Genre

proza

Subgenre

verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verzameld werk. Deel 5

(1978)–Cyriel Buysse–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 297]
[p. 297]

VI Burgerwacht-idylle

 
Marchons sans bruit,
 
Voici voici la nuit.
 
Halte-là, on ne passe pas!
 
La garde-civique est là!

Acht uur. 't Is stil en donker...

De loopgraven strekken zich uit langs het kanaal, in een diepte, achter de berm van het begrinte jaagpad.

Daarin liggen de burgerwachten...

Sinds de vroege middag liggen zij er verscholen, wachtend op de vijand.

De ganse dag heeft in de verte het kanon gebulderd. Met de avond zweeg het, maar het leger trekt terug en even vóór duister is, met een gedreun als van een aardbeving, de kanaalbrug door de aftrekkende troepen opgeblazen.

't Is nog de eerste maal, dat de burgerwacht niet vóór het leger wijkt. Tot nog toe, in alle plaatsen, zodra enig gevaar dreigde, werd de burgerwacht veilig verderop gezonden. Er werd zelfs de spot mee gedreven en de mensen zeiden: ‘Daar, waar zich de burgerwacht bevindt, hoeft men voor de vijand niet bevreesd te zijn.’

Maar nu is 't anders. Nu is het leger geweken en de burgerwacht gebleven. Voor 't eerst werd haar een erepost toevertrouwd. Nu zullen zij eindelijk de vijand zien: de geduchte, wrede vijand, voor wie alles vlucht!

De commandant van de burgerwacht sluipt met zijn adjudant in stilte langs de loopgraven en deelt nog eens met nadruk zijn bevelen uit: ‘Niet zingen, niet lachen, niet praten, want ieder ogenblik kan de vijand aan de overzijde van 't kanaal verschijnen. Kleine patroeljes ulanen werden reeds, vóór duisternis, in de omtrek gesignaleerd. En ook niet roken, streng verbod

[pagina 298]
[p. 298]

te roken, want de vijand zou van ver het licht van de aangestreken lucifers of de rode gloed van de brandende sigaren kunnen zien.’

Als stille, donkere schimmen en gestalten zitten de burgerwachten in de lange loopgraven. De geweren, op de andere oever gemikt, liggen onzichtbaar tussen graszoden, klaar om afgevuurd te worden. De mitrailleuses en ook twee elektrische zoeklichten staan achteraan opzij, onder en achter takkenbos verdekt.

De burgerwachten zijn niet bang. Zij zullen moedig hun plicht doen. Wel kloppen hamerend de harten, want het is toch de eerste maal, en het is nacht, en 't is een zenuwspannend wachten op een vijand, die maar niet verschijnt, maar die toch ieder ogenblik, gans onverwacht en bliksemsnel, kan opduiken. De ogen van de burgerwachten peilen strak de duisternis en hun gespitste oren luisteren naar elk verwijderd rumoer, naar ieder vaag geluid. Doch zij zien alleen het vage, vale blikkeren van 't donker water in 't kanaal en zij horen slechts het zuchten van de wind, die zachtjes door het oeverriet suist.

Dat duurt zo, lange, lange tijd. De moeheid van het vruchteloos wachten verslapt weldra de stramheid van de overspannen zenuwen en de oogleden vallen van verveling en afmatting dicht. Het zal alweer een loos alarm zijn. Enkelen rekken hun verkleumde ledematen uit en geeuwen, en anderen wagen zich reeds aan een gefluisterd praatje, als eensklaps een gesmoord bevel door de loopgraven ruist:

- Opgepast! Ze zijn daar!

Bliksemsnel omknellen alle handen loop en kolf van de geweren. De adem wordt opgehouden, de ogen schitteren in de nacht, de oren vernemen het zwakste geluid.

Jawel, daar zijn ze, aan de overkant van 't donker water! Men ziet ze nog niet, maar men hoort ze, heel duidelijk. Het zijn ulanen; zonder twijfel de vlak vóór duisternis daar inde buurt gesignaleerde ulanen! Men hoort het hoevengetrappel Van de paarden en het gekletter van de sabels tegen de zadels. Zijn er veel? Zijn er weinig? 't Is moeilijk te onderscheiden. Te oordelen naar het geluid zou men, hoe eigenaardig! zeggen: weinig paarden en toch heel veel sabels. Hoe kan dat?

[pagina 299]
[p. 299]

De commandant, ineengebukt, loopt als een gejaagde schaduw heen en weer. Alle man klaar? Opgepast! Straks zullen, bliksemsnel, de lichten van de elektrische projecteurs even opflikkeren, om de vijand te ontdekken, en dan maar vuur! De volle laag!

Een..., twee..., drie!...

Twee schelle, verblindende lichtbundels doorboren de donkere nacht! Hun felle gloed valt volop op de vijand en... even is er een stilte, door een plotselinge, lange schaterlach gevolgd!

Wat daar aan de overkant van 't water langs het jaagpad rijdt, is een gewone bierkar!

Een bierkar, bespannen met twee paarden; een bierkar, groengeverfd, met grote, gele advertentieletters, en volgeladen met tegen elkaar aanrammelende en kletterende, volle en lege flessen!

De burgerwachten schateren en proesten, terwijl het helle zoeklicht, plots uitgedoofd en weer ontvlamd, met zijn felle, witte stralenbundel, het aftrekkend gerammel en gekletter achtervolgt. En bij dat zicht voelen de burgerwachten, die daar nu al zo veel uren liggen, eensklaps folterende dorst en een bevel weerklinkt, van de ene oever naar de andere: - Halt!

Het karretje houdt stil. De lichten wemelen en spelen op de flikkerende flessen en het verschrikte gezicht van de voerman kijkt eventjes uit van onder de kap.

- Hoeveel flasschen bier hèt-e nog! roept een stem. Niet dadelijk komt het antwoord.

- Hoeveel flasschen bier hèt-e nog? klinkt het voor de tweede maal, en nu op een toon van dreigende toorn.

- Misschien nog 'n honderd, meniere! antwoordt schuw en aarzelend de man van over 't water.

- Goed. Afleveren! galmt het kort bevel.

Twee schuitjes, waarmee de burgerwachten kunnen overzetten, liggen daar bij de oever vastgemeerd. Een wordt er losgemaakt en drie mannen varen ermee naar de overzijde. 't Gaat gauw genoeg. De flessen zitten in bakjes van twaalf en acht van die bakjes worden in het schuitje neergelaten. Bij 't licht van de schijnwerpers wordt even een bonnetje afgete-

[pagina 300]
[p. 300]

kend, het schuitje vaart weer over en de benauwde voerman mag verder.

De burgerwachten voelen zich heerlijk Opgemonterd. Jammer, dat er nog niet een stuk of dertig meer van die flesjes waren!

Dan had ieder het zijne gehad. Zou die kerel hen niet bedot hebben? Zou men nog niet eens het zoeklicht laten spelen? Voor de grap laten ze het nog eens spelen. Onmiddellijk houdt de man zijn paarden aan de overkant weer in en het angstig gezicht komt spookachtig-wit van onder de kap te voorschijn.

- Es 't zeker da g' ons álles gegeven hèt? roept een autoritaire stem.

- Joa 't meniere, joa 't meniere! Op mijn woord van iere! antwoordt de man.

- Prosit! Prosit! lachen de burgerwachten van ver, enkele flessen in de hoogte houdend.

Het licht gaat uit en het karretje verdwijnt met het geklikklak van zijn lege lading in de duisternis.

Andere vijanden hebben de burgerwachten die nacht niet gezien...


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken