Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vijftigh lustighe historien oft nieuwigheden Joannis Boccatij (ca. 1644)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vijftigh lustighe historien oft nieuwigheden Joannis Boccatij
Afbeelding van Vijftigh lustighe historien oft nieuwigheden Joannis BoccatijToon afbeelding van titelpagina van Vijftigh lustighe historien oft nieuwigheden Joannis Boccatij

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.12 MB)

Scans (42.02 MB)

XML (1.07 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

novelle(n)
vertaling


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vijftigh lustighe historien oft nieuwigheden Joannis Boccatij

(ca. 1644)–D.V. Coornhert–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Van Guillame Boursier de welcke bedecktelijcken Messire Ermino Grimaldi met soo heussche woorden strafte, dat hy zijn ghiericheydt verliedt.

De vijfde Historie.

Bewijsende dat een gierich Edelman geen eere weerdich en is.

HEt is een goede wijle geleden datter tot Genuen woonde een Edelman ghenaemt Messire Ermino de Grimaldi de welke na elckerlijcx vermoeden de rijckste was van ackeren ende ghereede penninghen, van alle ander Burghers diemen wiste in Italien. Ende alsoo dese alle andere Italianen in rijckdommen te boven ginc: alsoo ginck hy oock in giericheydt te boven alle andere gierighe oft ellendige menschen die ter werelt mochten wesen: overmits hy niet alleen sijn borsse ghesloten hieldt maer niemandt goet te doen: maer onthielt ende weygerde ooc zijns selfs persoone alle noodruftighe behoefde. Hy ghedoochde in vele dingen willens gebrec om niet te verteren, ende

[pagina D1v]
[p. D1v]

dat tegens de ghemeen wyse der Genevoysen die ghewoonlijck wel ghecleedt gaen: van ghelijcken dede hy ooc in spijse en dranck, sulcx datmen hem met goede redene Ermine oft Erm mochte noemen, ende was ooc van yegelijck de gierige Ermine ghenaemt. Het gheviel in desen tyden als dese Man geen cost doende zijn have altijdt vermeerde, dat daer binnen Genuen quam een eersaem Edelman ende hovelinck die met allen welspreeckende was ghenaemdt Guillame Boursier, de welcke nae dat hy een deel dagen tot Genuen was geweest, ende vele dingen van die jammerlijcke giericheyt van desen Messire Ermino hadde ghehoort vertellen, begeerlijck wert omme desen man te sien. Messire Ermino hadde nu al hooren spreecken van Messire Guillame Boursier, dat het een deghelijck man was: daeromme hy (hoe gierich hy ooc was) noch eenrehande voncxken van edelheyt in hem hebbende, den selfden met vriendelijcke woorden ende met een vrolijck aensicht ontfinck metten welcken hy in veel ende verscheyden coutinge viel ende leyde hem al clappende met sommighe ander Genevoysers die by hem waren in een nieu huys, dwelk hy onlancx seer schoone ghebouwet hadde. Daer heeft hy hem alle dinghen vertoont ende ten laetsten tot hem gheseydt: seght doch Messire Guillame, gemerckt ghy veel dingen gesien ende gehoort hebt oft ghy my niet met allen en sout connen onderwijsen noch seggen dat noyt meer gesien en waer, ende dat ick soude mogen doen schilderen inde Sale van dese mijne huysinghe: den welcken Missire Guillame hoorende die vraghe (de welcke sot genoech was) gheantwoort heeft: ick en soude u Monsieur niet connen noemen datnoyt en ware gheschildert gheweest, ten ware mesingen oft diergelijcke dingen. Maer believet u ick sal u een dinck seggen 't welc ghy noyt u dagen en saecht: Messire Ermino sprac tot hem, Ick bids u segget my doch wat dat is: sonder eenichsins te vermoeden dat hy hem sulcx, als hy dede antwoorden soude. Daer op hem Missire Guillame behendelijc antwoorde seggende: doet hier de miltheydt schilderen. Als Messire Ermino dit verhoorde, werdt hy met sulcke beschaemtheyt bevanghen, dat die macht hadde om sijn complexie, oft aengeboren aert te veranderen, recht anders dan hy die tot dien tijden toe gehat hadde ende sprack. Ic sal die (Messire Guillame) hier binnen doen schilderen, in sulcker voeghen, dat niemandt meer noch ghy, noch yemant anders tot eenigher tijdt meer met redene sult moghen seggen dat ick die niet ghesien noch ghekent en hebbe. Van dien tijdt af hadde het woordt, dat van Messire Guillame ghesproocken was soo groote crachte datmen geen soo milden ende heusschen Edelman in synen tijden binnen Genuen en vant, die ooc den vreemden man van ghelijcke den Burghers soo veele eeren bewees.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken