Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Metamorfoze (1897)

Informatie terzijde

Titelpagina van Metamorfoze
Afbeelding van MetamorfozeToon afbeelding van titelpagina van Metamorfoze

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.50 MB)

Scans (13.19 MB)

ebook (3.26 MB)

XML (0.46 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Metamorfoze

(1897)–Louis Couperus–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

XV.

Van sneltrein in sneltrein, met alleen de grauwe haltes aan de grauwe nachtstations, onder de grijze glasbogen en het avondwaas geprikt vol roode lichten of doorstroomd met electrischen straal. Het aanhoudende rythmische daveren door, de haltes aan de stations, het douanengedoe aan de grenzen, even een kop

[pagina 346]
[p. 346]

bouillon, dan weêr toonen de kaartjes, instappen en weêr voort. Duizenden reizigers reisden meê; honderden verlieten hem, stroomden, stroomden weg; andere honderden kwamen weêr aan; een eentonige droom. Zoo veel hij kon, bleef hij in zijn hoek, onder zijn plaid, de beenen kouwelijk opgetrokken. Hij dwong zich te denken aan niets. En dikwijls lukte dat wel, en sliep hij in. Dan ontwaakte hij na een uur, en altijd was het hetzelfde weêr: de trein trillerde voort, en verslond de rails, tikkende met een metalen gekletter, ijzeren donder, die dreunde in driekwartsmaat... Dan weêr de haltes, de grenzen, een andere taal, een andere munt, een andere atmosfeer, onzegbare verandering. De landschappen trokken bij mijlen de ramen langs der coupé, als rolden ze af op groote rollen, breed lint van panorama. De nacht, de dag, de nacht, Parijs in kil vochtigen morgen....

Nu naderde hij, nu naderde hij, en het was de klaar grove dag, en het waren de drukke stations van België... Totnogtoe was het een droom geweest, en nu werd het hardkleurde werkelijkheid in dit land, dat aanvoelde zijn land, met dat leelijke Fransch, met dat Vlaamsch, dat aanvoelde zijn taal.

[pagina 347]
[p. 347]

Hij kon niet meer denken aan niets.

Zijn moeder was ziek, en sedert uren al, was hij op weg naar haar toe. Zijn moeder was ziek.... O, als er geen gevaar was, zoû hij zich dan zóo haasten....? Brussel nu, heel lange oponthoud, eindeloos - o, waarom maar niet door - en eindelijk de grenzen over, en de Moerdijk, en beleefd aan de Engelsche dames, die vroegen of dat Moerdijk was, geantwoord: ja. En toen, en toen, toen eindelijk....

Zij schreeuwden het hem in de ooren, den naam van zijn stad. Vol aan het station: hoopen menschen, die gingen naar Amsterdam: was daar dan wat te doen....?

Hij was uitgestapt, en hij zocht vaag rond, als was hij verloren, als wist hij niet meer.

Toen zag hij op hem afstappen een, dien hij in tijden niet gezien had, zijn broêr uit Amerika: die was met zijn vrouw een maand geleden gekomen. En naast zijn broêr, Emilie...

Om hem heen was een vol gedrang van menschen, die duwden; van sjouwers, die sjouwden met koffers. Maar hij zag het dadelijk aan haar gezicht, dat zich niet wist te houden... Hoe zag zij er uit, bleek, verhuild...!

- Is mama...?

Zij opende de lippen, maar antwoordde niet.

[pagina 348]
[p. 348]

Hij vroeg niet meer.

En hij liet zich naar hun rijtuig leiden, gauw, om zich te verbergen, te onttrekken aan het ruwe gedrang, dat trok en dat haakte aan zijn lijf, aan zijn ziel.

En in het rijtuig, op weg naar het kleine huis in de Boschjes - naast zich Emilie, zijn broêr over hem - barstte hij, of zijn ziel berstte uit, in één wanhoop van snikken, dat niet ophield....

Want het was nog die zelfde zenuwsnik, toen zij stilstonden voor het huis.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken