Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Goede vrydag ofte Het lijden onses heeren Jesu Christi (1978)

Informatie terzijde

Titelpagina van Goede vrydag ofte Het lijden onses heeren Jesu Christi
Afbeelding van Goede vrydag ofte Het lijden onses heeren Jesu ChristiToon afbeelding van titelpagina van Goede vrydag ofte Het lijden onses heeren Jesu Christi

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.86 MB)

XML (0.36 MB)

tekstbestand






Editeur

W.J.C. Buitendijk



Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
elegie / klaagzang


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Goede vrydag ofte Het lijden onses heeren Jesu Christi

(1978)–Jeremias de Decker–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Christi jongste Avondmael.Ga naar voetnootTitel

 
Als Jesus nu den Tijd ten lesten sag vervult,Ga naar voetnoot21
 
Waer in hy door zyn lijden
 
Voorsien voor alle tijden,Ga naar voetnoot23
 
Voldoen moest Gods gerecht om ons t'ontslaen van schuld;Ga naar voetnoot24
[pagina 81]
[p. 81]
25[regelnummer]
En sich derhalven nu tot sterven had bereyd,
 
En d'ure sag genaken,
 
Wenscht hy noch eerst te smakenGa naar voetnoot27
 
Met sijn' Apostelschaer dit scheymael eer hy scheyd:Ga naar voetnoot28
 
 
 
Hem lust, eer hem de last sijns lijdens overval,Ga naar voetnoot29
30[regelnummer]
Met hun het Pascha t'eten;Ga naar voetnoot30
 
Want (segt hy) ghy moet weten
 
Dat ick geen Pascha meer op aerdrijck nutten sal:Ga naar voetnoot31-32
 
 
 
Dus spreekt hy, en begint daer op door wijn en brood
 
Hun levend af te malenGa naar voetnoot34
35[regelnummer]
Sijn' naerderende qualen,Ga naar voetnoot35
 
En all' d'omstandigheên van sijn aenstaende dood:Ga naar voetnoot36
 
 
 
Beveelt hen ook daer door geduurig in 't gemoed
 
Der Christelijcke scharenGa naar voetnoot38
 
't Gedencken te bewarenGa naar voetnoot39
40[regelnummer]
Van sijn gebroken lijf, van sijn vergoten bloed;Ga naar voetnoot40
[pagina 82]
[p. 82]
 
En leert hen onderdies soo ernstig als hy magGa naar voetnoot41
 
Hen selven niet vergetenGa naar voetnoot42
 
Aen 't Pascha dat sy eten;Ga naar voetnoot43
 
Maer op het Pascha sien, waer op dat Pascha sag;Ga naar voetnoot44
 
 
45[regelnummer]
Dat is op hem alleen, die 't Paeschlam is, wiens bloed
 
Aen ons gemoed gewrevenGa naar voetnoot46
 
Ons' sielen houd by leven,Ga naar voetnoot47
 
En voor de slaende vuyst van dood en duyvel hoed.Ga naar voetnoot48
 
 
 
Dus voed, dus laeft hy hen ook geestelijcker wijs,Ga naar voetnoot49
50[regelnummer]
En doet hunn' sielen smaken
 
Een meer als aerdsch vermaken,Ga naar voetnoot51
 
Ja eenig hemelsch heyl ook onder aerdsche spijs:Ga naar voetnoot52
 
 
 
Maer tast Iscarioth wel heftig in 't gemoed;Ga naar voetnoot53
 
De valsheyd van dien vuylenGa naar voetnoot54
55[regelnummer]
En kan hem niet ontschuylen,Ga naar voetnoot55
 
Hy siet door 't veynsen heen wat hy in 't herte broed.
[pagina 83]
[p. 83]
 
Schaemt ghy u, booswicht, niet dat ghy uw tanden slaet,
 
Gelijck als knecht met eeren,Ga naar voetnoot58
 
In 't heylsaem brood uws Heeren,
60[regelnummer]
Met wiens bederffenis uw' siele swanger gaet?Ga naar voetnoot60
 
 
 
En ghy, ô elleftal, siet ghy uw' Meester aen,
 
En houd ghy u van weenen?Ga naar voetnoot62
 
Uw goeden Heer gaet henen
 
Om all' des werelds schuld op sijnen hals te laên.Ga naar voetnoot64
 
 
65[regelnummer]
Ghy zult ghy zult eerlang dat statig aengesicht,Ga naar voetnoot65
 
Die lieffelijcke kaken,Ga naar voetnoot66
 
Sien schenden en mismaken,
 
En deerlijck breken sien dat Goddelijck gesicht.Ga naar voetnoot68
 
 
 
Hy stapt gelijck een held sijn lijden te gemoet;
70[regelnummer]
Och houd hem, schut sijn' schreden;Ga naar voetnoot70
 
Neen, laet hem henen treden,
 
Sijn gaen is u en my en all' de wereld goed.

voetnootTitel
jongste Avondmael, voor Laatste Avondmaal, niet vermeld in WNT VII 1, 351.
voetnoot21
vervult, vgl. Luc. 9:51: ‘Ende het geschiedde, als de dagen sijner opneminge vervult wierden’; Joh. 7:8: ‘want mijnen tijt en is noch niet vervult’ (Kantt.: ‘D. gekomen’) (D. = dat is).
voetnoot23
Vgl. Hand. 2:23: ‘Desen, door den bepaelden raet ende voorkennisse Godts overgegeven zijnde’ (Kantt.: ‘D. niet by gevalle, ofte na den moetwille van sijne vyanden alleen, maer na het besluyt, beschickinge, ende toelatinge Godts.’) Duidelijk is hier bij De Decker een overhellen naar het remonstrantse standpunt te bespeuren: Christus' lijden is van eeuwigheid door God vooruitgezien, in plaats dat dit is geweest naar Gods raad, d.i. besluit, voornemen.
voetnoot24
gerecht: gerechtigheid. Vgl. voor het voldoen: Heid. Cat. antw. op vr. 12: ‘God wil dat sijner gerechticheyt genoech geschiede.’ Heid. Cat. en Avondmaalsformulier worden hier geciteerd naar: De / Catechismus / ofte / Onderwijsinge inde Christelijcke / Religie, die inde Gereformeerde Kerc- / ken van Nederlandt geleert wort / met clare Schriftuerplaetsen over- / vloedelijcker bevestigt: / Mitsgaders / De Formulieren der Ceremonien ende / Gebeden inde selve Kercken / gebruycklijck. / Item / De Confessie ende Kercken-Orden der / selver Kercken / met den / Siecken Troost / (Vignet met randschrift: Concordia res parvae crescunt) / Tot Leyden, By Lowies Elzevier. Anno 1617.
[tekstkritische noot]25 A. Als Jesus sich tot doodt en lijden had bereydt,
voetnoot27
smaken: nuttigen.
voetnoot28
scheymael: afscheidsmaaltijd.
voetnoot29
hem ... overval: op hem ... zou neerkomen.
voetnoot30
het Pascha: het paaslam (ter herinnering aan de uittocht der Israëlieten uit Egypte, vgl. Ex. 12:11).
voetnoot31-32
Vgl. Luc. 22:15-16: ‘Ende hy seyde tot haer, Ick hebbe grootelicks begeert dit Pascha met u te eten, eer dat ick lijde. Want ick segge u, dat ick niet meer daer van eten en sal, tot dat het vervult sal zijn in het Koninckrijcke Godts.’
voetnoot34
levend af te malen: levendig af te schilderen.
voetnoot35
naerderende qualen: op handen zijnde kwellingen.
voetnoot36
all' d'omstandigheên van sijn ... dood: alles wat betrekking had op zijn dood. Christus beeldt af en beveelt (vs. 37-40), vgl. Heid. Cat. antw. op vr. 75: ‘dat Christus my ende allen geloovigen, tot sijner gedachtenis, van dit gebroken broot te eten, ende van desen drinckbeker te drincken bevolen heeft, ende daertoe oock belooft. Eerstelijck, dat sijn lichaem so sekerlijc voor my, aent cruys geoffert ende gebroken, en sijn bloet voor my vergoten zy, als ick met oogen sie, dat dat broot des Heeren, my gebroken, ende den drinckbeker my mede gedeylt wert.’
voetnoot38
Der Christelijcke scharen: Der christenen.
voetnoot39
't Gedencken: De gedachtenis.
voetnoot40
lijf: lichaam. Lijf en bloed, vgl. vs. 33: wijn en brood: chiasme.
[tekstkritische noot]56 A. harte
voetnoot41
leert: vermaant; leren en vermanen worden in het Nieuwe Testament vaak vrijwel tautologisch gebruikt, b.v. Col. 3:16, 1 Tim. 6:2; onderdies: ondertussen; mag: kan.
voetnoot42
Hen zelven niet vergeten: zich niet te buiten te gaan (zoals later in de gemeente van Corinthe gebeurde, vgl. 1 Cor. 11:20-34. Christus heeft aan Paulus geleerd, hoe er op de juiste wijze Avondmaal gevierd moet worden; De Decker veronderstelt nu dat Christus het ook zo ‘in den nacht in welken hy verraden wiert’ aan zijn discipelen geleerd heeft).
voetnoot43
't Pascha, hier figuurlijk gebruikt voor brood en wijn van het Avondmaal.
voetnoot44
het Pascha ... waer op dat Pascha sag: Christus; het geslachte paaslam was een prefiguratie van Christus, vgl. 1 Cor. 5:7: ‘Want oock ons Pascha is voor ons geslachtet, (namelick) Christus.’
voetnoot46
gewreven, vgl. Ex. 12:22: ‘ende strijckt aen den bovendorpel, ende aen de beyde zijdposten van dat bloet’ (en dan zal de slaande Engel des Gerichts dat huis voorbijgaan en sparen).
voetnoot47
by leven: in het leven.
voetnoot48
Toespeling op 2 Cor. 12:7, waar Paulus zegt dat hem gegeven is ‘een Engel des satans, dat hy my met vuysten slaen soude’. In Egypte sloeg de Engel des Gerichts alle eerstgeborenen der Egyptenaren: ‘daer en was geen huys daer niet een doode in en was’ (Ex. 12:30).
voetnoot49
Dus: Aldus.
voetnoot51
vermaken: genieting.
voetnoot52
eenig hemelsch heyl: zelfs reeds een weinig hemelse zaligheid; omdat het H. Avondmaal niet alleen een teken, maar ook een zegel is van de verkregen verlossing, vgl. Joh. 6:54: ‘Die mijn vleesch eet, ende mijn bloet drinckt, die heeft het eeuwige leven.’
voetnoot53
Maer, enz.: onmiddellijk na de instelling van het H. Avondmaal, zegt Christus: ‘Doch, siet, de hant des genen, die my verraet, is met my aen de tafel’ (Luc. 22:21); tast: grijpt; Iscarioth: Judas Iskáriot.
voetnoot54
vuylen: laaghartige mens (gesubstantiveerd adjectief).
voetnoot55
hem ontschuylen: voor hem verborgen blijven.
[tekstkritische noot]76 A. Gal- en Alssen-dranck
voetnoot58
knecht met eeren: een onberispelijk dienaar.
voetnoot60
Bet.: terwijl uw ziel voornemens is, hem in het verderf te storten.
voetnoot62
houd ghy u: onthoudt gij u.
voetnoot64
Vgl. vs. 29.
voetnoot65
statig: eerbiedwaardig.
voetnoot66
kaken: wangen.
voetnoot68
gesicht: ogen.
voetnoot70
houd hem: houdt hem tegen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken