Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
Algemeen letterkundig lexicon

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave




Downloads

Lexicon van drama en theater (4,42 MB)

Lexicon van de poëzie (4,93 MB)

Lexicon van de retorica (1,60 MB)

Lexicon van de verhaalkunst (3,58 MB)

Lexicon van literaire genres (13,26 MB)

Lexicon van de literatuurgeschiedenis (15,36 MB)

Lexicon van de algemene literatuurwetenschap (2,33 MB)

Lexicon van handschriftenkunde, boekwetenschap en editietechniek (19,90 MB)



Genre
sec - letterkunde

Subgenre
non-fictie/naslagwerken (alg.)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Algemeen letterkundig lexicon

(2012-....)–anoniem Algemeen letterkundig lexicon

Vorige Volgende

handschrift

Verzamelnaam voor met de hand geschreven boeken. Vaak worden manuscripten (manuscript-2) ook wel aangeduid als handschrift. Gedurende de middeleeuwen werden tot de uitvinding van de boekdrukkunst (ca. 1450) alle boeken met de hand geschreven. Aanvankelijk op perkament, vanaf ca. 1400 ook op papier. Het schrijven van een boek was vakwerk en werd gedaan door kopiisten. De eerste kopiisten waren monniken, maar naarmate de eeuwen verstreken nam het aantal lekenkopiisten sterk toe.

Was een met de hand geschreven middeleeuws boek bedoeld om publiekelijk te functioneren, dan noemt men zo'n handschrift een codex (codicologie). Handschriften bedoeld voor eigen gebruik noemt men manuscript-2 (manuscriptologie). Handschriften bedoeld om gedrukt te worden, noemt men kopij.

Is het handschrift van de hand van de auteur zelf, dan spreekt men van een autograaf; gaat het om een kopie, van een apograaf of allograaf-2. De Middelnederlandse literatuur (in de strikte zin van het woord) is vrijwel uitsluitend in apografen bewaard gebleven. Middelnederlandse handschriften kunnen als gevolg van herhaaldelijk kopiëren fouten en corrupte lezingen (transmissiefout) bevatten. De filoloog (filologie) tracht d.m.v. tekstkritiek dit tekstbederf ongedaan te maken.

Tegenwoordig is het handschrift als tekstdrager nagenoeg verdwenen. Het is gebruikelijker teksten te presenteren in de vorm van een typoscript of met behulp van een printer.

Lit: H. Kienhorst, De handschriften van de Middelnederlandse ridderepiek. Een codicologische beschrijving, 2 dln (1988) • J.W. Klein, ‘(Middelnederlandse) handschriften: produktieomstandigheden, soorten, functies’ in Queeste 2 (1995), p. 1-30 • A. Douglas, Work in hand. Script, print, and writing, 1690-1840 (2017) • Chr. de Hamel, Making medieval manuscripts (2018).

handpers handschriftenkunde zie codicologie en manuscriptologie

thematisch veld:

Schrift en handschrift
Schrift: algemene begrippen

Teksteditie
Bronnen(problematiek)

Vorige Volgende