Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Refreinenbundel (1940)

Informatie terzijde

Titelpagina van Refreinenbundel
Afbeelding van RefreinenbundelToon afbeelding van titelpagina van Refreinenbundel

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.08 MB)

Scans (7.35 MB)

XML (0.94 MB)

tekstbestand






Editeur

C. Kruyskamp



Genre

poëzie

Subgenre

refreinen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Refreinenbundel

(1940)–Jan van Doesborch–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

[CXLV]

Die woorden die en gaen int lijf niet

Refreyn

 
EEn ruyter ghemoete onlancx leden
 
Een gay, ient, lustich, vrolic dier.
 
Hi seyde: lief waerdi met mi te vreden,
 
Ick heb een cruytken vol sueticheden
5[regelnummer]
Dat plantick gheerne in uwen rosier.
 
Tvrouken antwoorde: vrient mijn vergier
 
Ga naar margenoot+ Is ongeoefent, dlant leet nv brake. Ga naar eindvs. 7
 
Die ruyter sprack: mijnen eglentier
 
Sal ick int aertrijc wel bringen schier,
10[regelnummer]
Den steel is stijf ghelijc den stake;
 
Dus bid ick v, lief, doet op v vlake Ga naar eindvs. 11
 
En weygert mi heden dit bedrijf niet.
 
Tvrouken verstont haer wel op die sake
 
En sprac: non fortse van sulcker sprake,
15[regelnummer]
Die woorden die en gaen int lijf niet.
 
 
 
Die ruyter sprack: lief laet mi beleuen
 
Want vrientlijcke woorden in haer gelaet
 
Hebben menich rosier op ghedreuen
 
Daer rosen in waren gheplant, becleuen.
20[regelnummer]
Dus woorden gheuen subtilen raet,
 
Met woorden comtmen wel ter daet,
 
Sijt mijnen woorden nv niet rebel.
 
Louen en bieden is coopmans staet,
 
Ghenueget v dat ghijt ouerslaet Ga naar eindvs. 24
25[regelnummer]
Ick heb een lustich werck int vel,
 
Dus lief en laet mi niet int ghequel;
 
En dade den lust ick en seyts so stijf niet.
[pagina 258]
[p. 258]
 
Si sloech sijn woorden altijt voor spel
 
Ga naar margenoot+ En sey: vrient, waen, ick hore u wel,
30[regelnummer]
Die woorden die en gaen int lijf niet.
 
 
 
Woorden en wercken sijn van geschille;
 
Na tijt en stonde doet v besoeck.
 
Siedi een wellustige dille
 
In vrijen plecke, gay en belle,
35[regelnummer]
Stommeltse rasschelic in eenen hoeck; Ga naar eindvs. 35
 
Breect haer ghelinct, sijt stout en cloeck, Ga naar eindvs. 36
 
In haer vergier sprinct int beghinne
 
En vreest crabbelen, gheschil noch vloeck,
 
Grabbelt na die vore, segt mi en roeck Ga naar eindvs. 39
40[regelnummer]
En planter uwen roosboom inne.
 
. . . . . . . . . . . . . . . .
 
Wiltse vechten, spaert uwen knijf niet,
 
Swijcht, steect en stommelt met uwer pinnen,
 
Veel woorden sijnder cranck van ghewinne
45[regelnummer]
Want die woorden die en gaen int lijf niet
 
 
 
Prince
 
Prince, ghecrijchdi dach en velt, Ga naar eindvs. 46
 
Recht uwen standaert, vreest voor tgekijf niet,
 
Want dat ghise lange met woorden quelt
 
So eest: die woorden en gaen int lijf niet.

Ga naar margenoot+ [twee houtsneden naast elkaar]

margenoot+
[f. 202 r°]
eindvs. 7
ongeoefent: onbebouwd.
eindvs. 11
vlake: vlakte.
eindvs. 24
ouerslaet: er over denkt.
margenoot+
[f. 202 v°]
eindvs. 35
Stommeltse: duw ze; vgl. CLI, 46. Zie een parallel van deze passage bij Frère en Gessler, Uit een Tongerschen Dichtbundelblz. 44:
 
‘Als ghy thegen ein meysken wilt kouten
 
Stobbelse boevelyck in einen houck;
 
Ghij en derfter niet veel met quisbelbouten,
 
Verkreukelt vryelyck hoeren douck.
 
Grabbelze niet eirstwerff naer u brouck,
 
Ic willer om int hofft ghedaecht syn;
 
Sy sullen seggen stout en clouck:
 
Doet wat ghy wilt, altijt sal ich maecht sijn.’
Deze laatste (stok) regel komt sterk overeen met dien van een refrein waarvan bij S. slechts drie regels zijn overgebleven (II, blz. 211): ‘mer doet dat ghy wilt ick bin nochtans maecht.’
eindvs. 36
ghelinct:?
eindvs. 39
mi en roeck: het kan mij niet schelen.
eindvs. 46
dach en velt: uur en plaats (van samenkomst), rendez-vous; vgl. CLII, 44.
margenoot+
[f. 203 r°]

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken