Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Hans Sterk, de olifantenjager. Avonturen uit het leven in Zuid-Afrika (1911)

Informatie terzijde

Titelpagina van Hans Sterk, de olifantenjager. Avonturen uit het leven in Zuid-Afrika
Afbeelding van Hans Sterk, de olifantenjager. Avonturen uit het leven in Zuid-AfrikaToon afbeelding van titelpagina van Hans Sterk, de olifantenjager. Avonturen uit het leven in Zuid-Afrika

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.70 MB)

Scans (70.03 MB)

XML (0.39 MB)

tekstbestand






Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

recensie(s)


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Hans Sterk, de olifantenjager. Avonturen uit het leven in Zuid-Afrika

(1911)–Kapitein Drayson–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 44]
[p. 44]

Zesde hoofdstuk.

Hans besluit Katharine te volgen. - Zijn nachtelijke rit. - Hij slaat den vijand gade.

Nauwelijks had Hans vernomen, dat de Matabele's de beide Hollandsche meisjes naar een ver afgelegen gevoerd Kraal hadden, of hij besloot, trots elk gevaar, hunne bevrijding te beproeven. Hij deelde zijn plan zoowel aan Viktor als aan Bernard mede, daar hij bemerkte, dat hij een voornemen had opgevat, dat werkelijk kans van slagen had.

- Ik weet in 't geheel niet, welke uwe plannen zijn, Hans, zeide Viktor, maar ik zal u niet alleen laten gaan; ik ga mede.

- Ik ook, zei Bernard, laat ons dus uwe plannen maar eens hooren.

De drie vrienden scheidden van hunne makkers en legerden zich onder een boom, welks dicht loof hen voor den vallenden dauw beschutte. Ieder stak zijn pijp aan en na een oogenblik van stilte, begon Hans:

- Mijn plan is als volgt: wij trekken naar het Noorden en houden ons in die heuvelrij verborgen aan welker voet Kapain ligt. Met behulp van mijn verrekijker kan ik alles waarnemen, wat in het dorp voorvalt, zonder dat wij gevaar loopen

[pagina 45]
[p. 45]

om gezien te worden. Daar er zooveel paarden in den laatsten tijd deze streek doorkruist hebben, zal men ons spoor moeielijk ontdekken, bovendien zal de aandacht van de Matabele's er geheel en al op gevestigd zijn, om de hoofdmacht der Hollanders te bespieden. In geen geval zullen zij op de gedachte komen, dat twee of drie van ons in hun land konden achterblijven; zoo zullen wij door onze slimheid hunne bespionneering ontgaan. In den uitersten nood blijft nog altijd de mogelijkheid over om door de snelheid onzer paarden te ontvluchten, zoodat de onderneming in het geheel niet zoo gevaarlijk is, als zij in het eerste oogenblik wel schijnt te zijn.

- Maar, vroeg Viktor, hoe wilt gij dan Katharine en hare zuster medevoeren?

- Wij nemen nog twee reserve-paarden mede voor haar.

- Hoe zal Katharine echter te weten komen, dat wij er zijn, zelfs als zij zich werkelijk in Kapain bevindt?

- Viktor, zeide Hans, wilt gij mij vertrouwen? Wees verzekerd, ik weet zeer goed, wat ik doe, en ik zal niets ondernemen, zonder de gevolgen nauwkeurig te overwegen; binnen een half uur vertrekken wij.

Met eenige woorden deelde Hans den aanvoerder zijn plan mede om het gezelschap te verlaten; en hoewel deze hun het dolle van zijn plan onder het oog poogde te brengen, gelukte het hen niet, Hans en zijn beide vrienden te overtuigen.

Te middernacht vertrokken Hans en zijne makkers uit de legerplaats der Boeren, om hunne gevaarlijke reis te beginnen. Nadat zij een heel eind het oude spoor gevolgd hadden, wendden zij zich naar het Noorden en volgden den loop van eenige riviertjes, die uit de heuvelrij kwamen en naar het Noord-Oosten stroomden. Zij vorderden goed, want de maan scheen helder en liet hun het omliggende land duidelijk zien Veel zonderlings zagen zij op hunnen tocht en dikwijls weerklonk het gebrul van een leeuw of het geschreeuw van een luipaard in hunne onmiddelijke nabijheid. De snelheid der

[pagina 46]
[p. 46]

ruiters en de volharding, waarmede zij in een rechte lijn voortgingen, zelfs dan, als het gebrul van een leeuw onmiddelijk vóór hen weerklonk, gaf aan hunne reis iets spookachtigs, en herinnerde hen aan de gevaren welke hen wachtten. Hans en zijn makkers wisten, dat dood en leven van het succes hunner plannen àfhing, doch het was waarlijk niet de eerste maal dat zij den dood dapper tegemoet gingen en zij stelden zulk een groot vertrouwen in hun eigen kracht, dat niets hen zou kunnen doen ontstellen.

Bij het krieken van den dag bemerkten de drie jagers een dicht begroeide bergkloof, en nadat zij een eind verder waren gegaan, ontdekten zij, dat deze in het geheel vier toegangen van verschillende richtingen had, een bijzonderheid, die bij een aanval den terugtocht zeer bevorderen moest. Daarna stegen zij van hunne paarden af en onderzochten hunne geweren. Nadat Hans het omliggende land zorgvuldig met zijn verrekijker onderzocht had, gebruikten zij een ontbijt in den vorm van een stuk in de zon gedroogd vleesch, waarvan de jagers een kleinen voorraad met zich mede voerden. Hierop besloot men, dat twee van hen nu zouden gaan slapen, terwijl de derde de wacht zou houden.

Daar Hans het eerst de wacht wilde houden, verzocht hij zijnen makkers, om te gaan slapen, een verzoek, waaraan elk waar jager dadelijk gehoor geeft, want hij moet slapen, als hij kan, om in staat te zijn, de rust te ontberen, als de omstandigheden hem dwingen waakzaam te zijn.

Binnen weinige minuten snorkten Viktor en Bernard zoo luid, alsof ze op een veeren bed, in plaats van in een vijandig land op den harden grond sliepen. Ondertusschen gebruikten de paarden dien tijd, om het malsche gras in de bergkloof af te weiden.

Hans had nauwelijks een uur de wacht gehouden, of hij zag met behulp van zijn verrekijker een afdeeling Matabele's die ongeveer drie Engelsche mijlen verwijderd was, aankomen

[pagina 47]
[p. 47]

en die de sporen hunner paarden schenen te volgen. Deze ontdekking verontrustte hem buitengewoon, minder om het aantal der krijgers, dan omdat hij voorzag, dat een strijd met hen zijn plan om Katharine te bevrijden, moest verijdelen. Zij naderden de jagers tot op twee mijlen, en Hans wilde juist zijne makkers wekken, toen hij bemerkte, dat de Matabele's stil hielden en hun aanvoerders over het spoor schenen te raadplegen, daar zij verscheidene malen op den grond en dan weer op verscheidene punten in den omtrek wezen. De grond was zóó hard en de dauw was gedurende den nacht zóó dicht gevallen, dat Hans de hoop koesterde, dat het stilhouden der Matàbele's door hun verschil van meening, wat de ouderdom der paardensporen betrof, veroorzaakt zijn mocht en dat zij misschien dachten, dat zij door eenige nakomers van de expeditie gevormd waren, welke de Matabele's in Mosega overvallen hadden. Dit werd bij hem zekerheid, toen hij zag, dat de vijandelijke schaar na eene lange beraadslaging het spoor verliet en snel naar het Westen afsloeg, waarheen het meerendeel der Boeren zich teruggetrokken had.

Ook eenige andere kleine afdeelingen Matabele's werden in den loop van den dag gezien; maar geen enkele naderde de kloof waarin Hans verborgen lag; zoo ging de dag voorbij en de nacht viel in zonder verdere avonturen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken