Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Avontuur met Titia (1949)

Informatie terzijde

Titelpagina van Avontuur met Titia
Afbeelding van Avontuur met TitiaToon afbeelding van titelpagina van Avontuur met Titia

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.90 MB)

Scans (12.51 MB)

ebook (3.00 MB)

XML (0.48 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

briefroman
roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Avontuur met Titia

(1949)–HenriĆ«tte van Eyk, Simon Vestdijk–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 37]
[p. 37]

Maarten Smallandt aan Titia Breulese

Beste Juffrouw Breulese,

 

Ik vind er iets ziekelijks in, elkaar zoveel en zo lang over het museum te schrijven zonder reeële grondslag - alleen maar herinneringen, en schuwe kijkjes in de ziel, en bekentenissen die eigenlijk geen bekentenissen zijn, daar zij niet op onszelf betrekking hebben, maar op een zuster die dood is, of op ‘het kind dat wij waren’. Men moet de grote realiteiten des levens aandurven. En daarom vraag ik U, - neen, stel U gerust, niet om Uw hand, - maar eenvoudig om onze verhouding tot het museum op een iets hechtere basis te stellen dan tot dusverre, tot wederzijdse bevrediging en tot heil van het museum zelf. U herinnert U de aanleiding tot deze briefwisseling. U had iets over het museum bij nacht geschreven, een onderwerp dat ook mij door het hoofd spookte. Uw verhaal was een speelse fantasie, het mijne zou ook fantastisch, en wellicht hier en daar speels geworden zijn, maar voor het overige had ik niet meer dan de vaagste vermoedens omtrent inhoud en structuur van dit fameuze werkstuk. Zeker weten deed ik alleen dat mijn hoofdpersoon kans zag 's nachts in het museum door te dringen, daar herhaaldelijk ongemerkt vertoefde, droomde, dweepte, schilderijen met een lantarentje belichtte, en uit deze onnutte bezigheden tenslotte bepaalde innerlijke ervaringen putte, die een ander mens van hem maakten [Gèèn occulte ervaringen, zoals wijlen mijn antiquair]. Daarbij moet men er natuurlijk van uitgaan, dat mensen als ik, - mensen als U, - in zichzelf inderdaad ‘iets’ beleven, wanneer zij een nacht lang tussen de schilderijen worden gezet: het onderste moet dan bovenkomen, de ziel moet zich openen, en nu kunt U wel zeggen: wie het onderste uit de kan wil hebben krijgt het lid op zijn neus, maar vergeet u niet, dat wij dan in een situatie zijn, waarin het lid reeds op onze neus zít, want wij kunnen er niet

[pagina 38]
[p. 38]

uit. Trouwens, ik heb nooit geweten waar het nadeel in schuilt van melk of bier te drinken met het lid op je neus. Wat is dat eigenlijk allemaal voor kleinzerigheid?

Durft U het er met mij op te wagen? Het voorstel is niet zo gek, als U er wat langer over nadenkt. Ik stel mij voor, dat wij, wanneer wij ieder zes of zeven nachten in het museum hebben doorgebracht, beurt om beurt, en daarbij onze ervaringen op schrift gesteld, tenslotte een aardig geheel krijgen, dat het lezen wel waard is. We kunnen het dan op de markt werpen. Bedrijfskosten nihil.

De practische kant moet ik nog overpeinzen, dat lijkt mij trouwens een peuleschil. U kunt een kussen meenemen, broodjes, een thermosfles, een lantaren, wat mij betreft een tent. Wanneer U last [of Uw huisgenoten last] van [Uw] snurken heeft [hebben], kunt U zich voor het eerst op een ongedachte wijze uitleven, want bedenk wel, dat Van Rijn noch Hals tegenwoordig nog gewend zijn op geluidsprikkels te reageren: deze heren zijn zó drommels visueel geworden, dat men hen via de overige zintuigen letterlijk àlles aan kan doen. Volledige vrijheid, juffrouw Breulese! Niet alleen de vrijheid om te dromen en te peinzen, maar om een dansje te doen in het eerwaardigste aller gebouwen, Uw tong uit te steken tegen een groot man, en met Uw nagel een heel klein beetje verf te peuteren uit de linkerbenedenhoek van... vult U zelf maar in. Lokt dit U niet? Voor mij is er veel aan gelegen, want ik zou natuurlijk wel op eigen houtje een aantal nachten in het museum kunnen doorbrengen, maar een vertrouwelinge en lotgenote te hebben maakt alles zoveel boeiender. Afgezien nog van de nieuwe vergezichten, die de hieruit voortvloeiende correspondentie kan openen. De bedoeling is, dat wij elkaar precies schrijven wat er in ons omgaat, die tien of twaalf uur, dat wij met onszelf alleen zijn, ten overstaan van Genieën. Stem dus haastig toe, juffrouw Breulese, aarzel niet mij dit te schrijven, dan zal ik het plan verder uitwerken en U ten spoedigste mijn bevindingen doen weten.

 

Geheel Uw

 

MAARTEN SMALLANDT


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken