Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De jacht op de spiegel (1952)

Informatie terzijde

Titelpagina van De jacht op de spiegel
Afbeelding van De jacht op de spiegelToon afbeelding van titelpagina van De jacht op de spiegel

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.84 MB)

Scans (28.60 MB)

XML (0.30 MB)

tekstbestand






Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De jacht op de spiegel

(1952)–HenriĆ«tte van Eyk–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 86]
[p. 86]

XV

Terwijl Jock daar nog maar steeds stond voor de ontbijttafel van Hans II, schoten hem de dolzinnigste mogelijkheden door het hoofd. Hij zou kunnen wegrennen, een Arabische hengst stelen uit de koninklijke stallen, en daarop - zo snel hij kon, op zijn eentje - naar de Kale Bergen draven... Hij zou naar het rozenperk kunnen gaan en met de dieren praten...; hij zou ze angst kunnen aanjagen met een flitspuit of ze allemaal opsluiten in de troonzaal of het gebouw van de kunstijsbaan... Hij zou tegen de koning kunnen zeggen: ‘Kijk eens, majesteit, als u die spiegel wilt hebben, gaat u dan maar zélf naar dat rovershol...’ Hij zou zich slapend kunnen houden en er gedurende de nacht - vermomd als wolf of stekelvarken - stilletjes vandoor kunnen gaan...

Hij schrok op uit zijn gepieker omdat Marlotje hem zachtjes aanstootte.

‘Ik zou maar gaan...’ fluisterde het vrouwtje. ‘Wij alléén hebben voorlopig toch geen kans... Misschien kan de spiegel beter in handen zijn van een koning dan van een rover... Misschien...’

‘Ik geloof,’ zei de agent, die zich nu ook met de zaak ging bemoeien, ‘ik geloof, dat onze edele vorst er een uitstekend gebruik van zou weten te maken...’ Hij keek een beetje vleierig naar Hans II, maar die at een meloen en luisterde niet. ‘Ik moet gaan,’ ging hij toen wat ontnuchterd verder. ‘Ik moet het verkeer regelen op het Hofplein...’ Hij salueerde in het wilde weg, en liep klossend de zaal uit.

[pagina 87]
[p. 87]

‘Ik zou maar gaan.... ik zou maar gaan...’ zoemden gelaten de bijen, de muggen en de wespen.

‘Wij alléén hebben voorlopig tóch geen kans...’ huilden de honden.

‘Geen kans... geen kans...’ jammerden de katten.

‘Misschien kan de spiegel beter in handen zijn van een koning dan van een rover...’ zuchtte een ezel.

De paarden bogen het hoofd en mompelden: ‘Misschien.... misschien...’

De giraffe uit de dierentuin zuchtte en schudde zorgelijk het hoofd. Hij was een goedaardig beest; over zijn gezicht speelde meestal de vage glimlach om zijn eigen lange hals, maar nú was die glimlach helemaal verdwenen, want hij maakte zich ongerust over de eventuele gevolgen van 's konings bevel. Het dier was van keurige oude adel en hij hechtte aan de tradities van zijn land. Stel, dat dat schaap van de maan de spiegel werkelijk te pakken kreeg en naar het paleis bracht... Zou Hans II handelen als Hans I en Joachim de Goede? Zou hij de spiegel vernietigen? De giraffe, die jarenlang als ‘waarnemer’ verbonden was geweest aan het Koninklijk Huis, zuchtte. Hij kende zijn vorst. Hans II wond zich niet op omdat er een spiegel in het land was. Zijn verontwaardiging gold het feit, dat die spiegel ergens ánders was dan bij hém...

Maar een koning was tenslotte een koning en zijn woord was wet. Als je dááraan begon te tornen, bleef er helemáál geen zekerheid meer over.

De giraffe zuchtte nóg eens en keek met een angstige uitdrukking op zijn gezicht over de anderen heen. Toen dacht hij maar weer aan zijn hals. De vage glim-

[pagina 88]
[p. 88]

lach keerde terug; hij stapte naar het ontbijtzaalraam, stak zijn kop naar binnen, keek Jock aan en zei: ‘Kom mee...’

De stem van het dier had iets ijls en muzikaals, of hij de woorden blies op een rietfluitje.

‘Kom mee... Er zit niets anders op. - Leve de koning! - We moeten doen wat hij zegt. Allemaal...’

‘Allemaal...’ zeurden de dieren bij het rozenperk.

Jock keek boos. Moest hij doen wat de eerste de beste koning zei? Hij gooide zijn hoofd in de nek en in zijn ogen sprongen paarsblauwe electrische vonken over... Maar toen drong het tot hem door, dat hij geen keus had. Hij moest naar de Kale Bergen en als al die beesten mee wilden, zou híj ze tóch niet tegen kunnen houden.

Welbeschouwd zaten ze in hetzelfde schuitje als hij... Ze leken ook wel vriendelijk; de honden kwispelden, de katten spinden, en de roodbonte koe knikte hem uit de verte toe met ogen, die straalden van hartelijkheid.

De giraffe kreeg een stijve hals. Hij kon daar ook niet van eeuwigheid tot zaligheid voor dat ontbijtzaalraam blijven staan. ‘Hoor eens...’ Zijn stem schoot even schril uit, als een overkokende fluitketel. ‘De tuindeur is aan het eind van de gang met de marmeren fontein. Ik zal buiten op je wachten. Je hoeft geen afscheid te nemen van de koning. - Leve de koning! - Kijk maar, hij is met zijn hoofd op de meloenschillen in slaap gevallen.’

‘Hij is met zijn hoofd op de meloenschillen in slaap gevallen...’ zei de giraffe nog eens, nadat hij zijn kop

[pagina 89]
[p. 89]

voorzichtig, tussen de vitrages door, naar buiten had gewurmd.

De koning slaapt! Het was of bij die mededeling alles en iedereen een zucht van verlichting slaakte. Het somber gelamenteer van de dieren ging over in vrolijk gepraat en gelach. De witsatijnen opperlakei en de lakei-van-de-vruchten gaven elkaar een vriendschappelijk porretje, en verdwenen - het achterstevoren lopend en automatisch buigend - met gezwinde pas uit de zaal. De klaprozen en korenbloemen, die de hele tijd slap van onderdanigheid in hun vazen hadden gehangen, rekten zich uit en keken fris en stralend om zich heen. ‘Gelukkig! Eindelijk! De koning slaapt...’

Jock en Marlotje liepen door de gang met de marmeren fontein naar de tuindeur.

Bij de tuindeur, op kussens van theerooskleurige zijde, zaten de twaalf Venetiaanse Pekinezen des konings. Deze dieren waren zó deftig en belangrijk, dat ze niet meer wilden lopen, om welke reden ze iedere dag door twaalf dierenspecialisten in twaalf gewatteerde wagentjes het park werden rondgereden. Hun grote bolle ogen deden denken aan de koplampen van een kleine spookauto. Ze waren het middelpunt van de wereld, vonden ze. Ze spraken alle talen, behalve die van hun eigen land. ‘Deze tuindeur is buiten gebruik,’ zeiden ze in het Marokkaans. ‘We krijgen bronchitis door de koude luchtstromen.’ En toen Jock en Marlotje, die geen Marokkaans verstonden, tóch door de tuindeur naar buiten stapten, begonnen alle Pekinezen zo vreselijk hard te gillen om het Rode Kruis en waterverbanden en verpleegsters

[pagina 90]
[p. 90]

en koortsmeters, dat de koning, die het in zijn slaap hoorde, dromend en wel aan een nieuw Koninklijk Besluit begon, waarin werd aangekondigd, dat voortaan niemand meer door een déur het paleis zou mogen verlaten.

In de warme, zonnige tuin stond de giraffe onder de bruine beuk, opzij van het terras, te wachten.

‘Zo, ben jullie daar...’ floot zijn raar hoog stemmetje toen hij Jock en Marlotje zag aankomen.

‘Wat een vreemd dier...’ dacht Jock. ‘Hij ziet toch, dat we er zijn...’

Marlotje ging in het gras, naast een Japanse lelie, zitten. ‘De koning woont hier mooi...’ Ze knikte. ‘Ik zou hier best willen blijven...’

De giraffe, die in zijn tijd een echte lady-killer was geweest, dook onder de beuk uit, boog zich voorover, en keek glimlachend naar het oude vrouwtje. ‘Excuseer mijn hals,’ zei hij. ‘Ja, ik dacht wel, dat u hier best zou willen blijven. Als u nu eens op de bank bij de goudvissenvijver ging zitten tot wij terug zijn...’

Maar toen Marlotje overeind vloog en riep, dat ze Jock niet alleen naar de Kale Bergen wilde laten gaan ‘met al die beesten’, keek hij geërgerd. Het gewone volk had zo'n eigenaardige manier om zich uit te drukken.

‘U kúnt niet mee,’ zei hij kil. ‘Er is nog nooit een dame in een rovershol geweest. Het is in strijd met de goede zeden.’ Hij herstelde zich. ‘U zult zich geen ogenblik vervelen op die bank. U kunt met steentjes naar de goudvissen gooien. En u kunt de koning zien slapen op het balkon van zijn werkkamer. En u kunt

[pagina 91]
[p. 91]

- op uw eigen verantwoording - in het water van de vijver kijken... Dat is iets heel vreemds; u zult ogen en neuzen en brokstukken voorhoofd zien dobberen tussen de waterlelies en de sluierstaarten. Het kost mij, met mijn hals, niet de minste moeite in de vijver te kijken. Ik doe het dikwijls. Gisteren nog zag ik honderden verminkte close-ups van mezelf in het klotsende water.’ En toen Jock wilde weten waarom al het water in Lobelia klótste, raakte de giraffe helemaal in vervoering. ‘Dat is het werk van onze onvergetelijke Hans I!’ riep hij met trillende stem. ‘Onze Hans I was een groot koning! - Leve de koning! - Hij was de man, die inzag, dat een spiegelend wateroppervlak uit den boze is. Hij liet klotspompjes uitvinden om het in beweging te houden. We hebben hier in Lobelia een speciale minister die verantwoordelijk is voor het klotsen... Het is een enorm project; je hebt geen idee hoeveel wateroppervlakken er zijn in een land...’

Jock keek verbijsterd.

‘Nu ja,’ zei de giraffe, ‘je moet maar denken: 's lands wijs, 's lands eer...’ Toen knipoogde hij tegen een libel. ‘Maar een heel enkel keertje, kunnen we wel eens afwijken van 's lands wijs... We moeten zo meteen vertrekken, maar ik zal jullie eerst nog wat vertellen.’ Hij ging rechtop staan omdat zijn poten sliepen; zijn kop reikte tot ergens halfweg de top van de beuk. ‘Ik heb iets prettigs bedacht,’ riep hij naar beneden. ‘Iets erg prettigs, voor ons allemaal.’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken