Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De kinderen van de grote fjeld (1948)

Informatie terzijde

Titelpagina van De kinderen van de grote fjeld
Afbeelding van De kinderen van de grote fjeldToon afbeelding van titelpagina van De kinderen van de grote fjeld

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.18 MB)

Scans (8.11 MB)

ebook (3.38 MB)

XML (0.29 MB)

tekstbestand






Illustrator

G.D. Hoogendoorn

Vertaler

Nora Basenau-Goemans



Genre

jeugdliteratuur

Subgenre

roman
vertaling: Zweeds / Nederlands


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De kinderen van de grote fjeld

(1948)–Laura Fitinghoff–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 77]
[p. 77]

De kleine meisjes allebei

Toen de Frostmokinderen weer wegtrokken uit de gastvrije hoeve van den opperhoutvester, waren zij nog maar met hun vijven. Kaisa was bij het kleine zusje gebleven en dus waren de twee kleine meisjes weer verenigd.

De houtvester had het zo gewild.

Hij was ordelijk en 't trof hem, dat de kleine landloopster, die volgens hem nog niet eens in staat zou zijn om het eten naar haar mond te brengen, dadelijk zag, toen zij zijn kamer binnenkwam om voor het maal te bedanken, dat zijn vouwbeen onder de tafel lag.

‘Da lig e mes onde de tafel,’ piepte zij met een fijn stemmetje en kroop dadelijk op handen en voeten onder de schrijftafel om het voorwerp op te rapen. En waarlijk, het mes waar hij zo op gesteld was, en dat hij tevergeefs had gezocht, lag daar onder de rendierhuid en stak er met een puntje uit.

‘Wil je 't mij geven, zeg? zei hij, terwijl hij zijn hand uitstrekte.

Kaisa gaf hem dadelijk het vouwbeen.

De houtvester, die wist hoe moeilijk het was om honden te leren apporteren, was ten hoogste verbaasd.

[pagina 78]
[p. 78]

Hij had gemeend, dat het veel moeilijker zou zijn om kinderen te leren gehoorzamen.

‘Aisa kom, ieuw pop, zingen, emelse Tanaan.’

Greta, die zich al geheel thuis voelde in de mooie kamers van het gezellige huis, kwam binnen gewaggeld en trok nu Kaisa met zich mee. Zij wilde haar nieuwe pop laten zien, een echte pop met heldere ogen in een fijn porceleinen kopje, en zij wilde, dat zij samen de pop in slaap zouden zingen, zoals zij dat vroeger met hun stukken hout deden.

De kleintjes legden de pop te slapen in de kist van de naaimachine in de slaapkamer. In de kamer stond voor Greta ook een snoezig wit-houten bedje. Nu zongen de zusjes met grote aandacht hun lied over het hemelse Kanaän voor de slaperige pop, terwijl zij de kist tussen zich in wiegden.

Gerda, de pleegmoeder, zag het en ging haar man halen. Hij moest ze horen en zien en het reeds roodwangige, vrijmoedig rondkijkende vondelingetje in de keurige, aardige kleertjes vergelijken met het andere bleekneusje, met de lijdende blik en de dunne versleten vodden aan. Gerda wist wel wat zij deed, toen zij haar man dit toneeltje liet zien.

‘Zeg Artur, ze zingen over het Hemelse Kanaän. Luister maar eens naar de oudste, ze zingen niet over zwanen, zoals jij laatst dacht,’ voegde zij er een beetje verlegen aan toe. ‘Wat een schatjes, twee engeltjes!’

‘Ja, dat zijn het,’ vond manlief. ‘Eerlijk gezegd zou ik de kleine niet meer willen missen. Het zou weer te leeg en te stil worden in huis.’

‘Zeg Artur, ken je dat spreekwoord nog: De pot die voor één kookt, kookt evengoed voor twee!’

‘Meen je dat? God weet het......’

De houtvester keek aandachtig naar de twee kleintjes

[pagina 79]
[p. 79]

op de grond, die voortgingen met zingen en de machine-kist heen-en-weer-wiegen.

Die ene wilde hij behouden. Maar die andere - dat bleke gezichte met de magere wangetjes en de donkere lijdende ogen - ja, die moest dan weer langs de wegen zwerven. Een vader of moeder hadden zij niet meer, dat had zijn vrouw hem verteld.

‘Nu laat dan in vredesnaam de pot maar voor twee koken,’ zei hij na een poos van stilzwijgen.

De kinderen zongen door, terwijl de pleegouders, ernstig, met blijde gezichten naar de grotere kinderen gingen, die in de keuken met Dordi zaten te praten. Zij wilden niet over het lot der kleintjes beslissen, alvorens er met de oudere kinderen over te beraadslagen.

En iedereen kan wel begrijpen, dat het heerlijk moest zijn voor de kleine zusjes, om te mogen blijven in zulk een aardig buitenhuis, waar zelfs de vensters lachten en wenkten en het huis geschilderd was met vossenbessen en room.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken