Denken ze zo of hoopt de schrijver van de reclametekst dat ze zo denken?
Als we de tekst nog eens even goed bekijken, dan zien we dat het bijzondere van zo'n geometrische tuniekjurk kennelijk de gaafheid is. We weten dus dat dit soort jurken niet extra vlug stuk gaat, bij voorbeeld wanneer ze nog bij Peek in het rek hangen. Is dat iets bijzonders voor geometrische tuniekjurken?
Gaan die doorgaans juist wel gauw stuk, zodat we beter even van tevoren kunnen weten dat het deze keer wel goed zit?
Allemaal vragen. Dat heb je nou zo vaak met reclame. Dat je er, als je heel goed leest, niets van snapt.
Hoewel, zo erg is het natuurlijk ook weer niet. Maar er staat zo vaak onzin. Neem nou dat woord ‘gaaf’.
‘Gaaf’ is een zusje van ‘prima’. Helaas moeten we nu zeggen dat ‘gaaf’ vergeleken met ‘prima’ nog een achterlijk nakomertje is. ‘Gaaf’ namelijk drukt helemaal niets meer uit. ‘Gaaf’ is zoiets als ‘leuk’, ‘lekker’. Gaaf is ook ‘modern’, ‘in de mode’, ‘iets dat erbij hoort’, ‘moet je ook hebben, joh’.
‘Gaaf’ is een kreet. En hij betekent niets. Wel suggereert hij een hoop. Maar het gekke daarvan is dat werkelijk niemand ooit zal kunnen uitleggen waaruit die suggestie precies bestaat.
‘Gaaf’ heeft trouwens nog een, ook nog lang niet zindelijk, tweelingbroertje. Dat heet ‘wijs’. Alle vriendjes van mijn zoon, en hij trouwens voorop, vinden alles wat ze meemaken ‘wijs’. Een paar wijze schoenen, een wijze film, een wijs ijsje. Wijs is alles wat ze om onverklaarbare redenen willen hebben, of willen zijn. Hun moeder vinden ze nooit wijs.
‘Gaaf’ en ‘wijs’ drukken enthousiasme uit. Op een ongecontroleerde manier. Dom enthousiasme dus.
Opgewonden raken van dingen en gebeurtenissen en geen moeite hoeven doen erachter te komen waar dat enthousiasme uit voortkomt. Of waar het uit bestaat. Dat is misschien wel gaaf en wijs. Maar niet erg wijs, ofwel verstandig.