Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Ongenaakbaar (1981)

Informatie terzijde

Titelpagina van Ongenaakbaar
Afbeelding van OngenaakbaarToon afbeelding van titelpagina van Ongenaakbaar

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.99 MB)

Scans (11.38 MB)

ebook (3.00 MB)

XML (0.36 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Ongenaakbaar

(1981)–Rudolf Geel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 180]
[p. 180]

[XXIX]

Hoewel hij niet precies begreep waarom hij dat deed, belde hij Alice op. Zij was niet thuis. Hij keek op zijn horloge en speelde met de gedachte de verbinding naar Amerika te verleggen. Maar een ongekende schroom, angst bijna, hield hem terug. Hij zou het horen van haar stem niet verdragen.

In alles wat ik doe, dacht hij, zit iets opgelegds. Het is overdreven. Het zwalkt van de ene naar de andere kant. Het beklaagt zich en vraagt zich af waarom zij is weggegaan. Het kan niet rustig nadenken en wil bevestiging. Het wil niet erkennen dat zij misschien ook maar wat doet. Het had haar kunnen terughouden van de oversteek en haar geruststellen. Het is ijdel en beperkt, vooral nu ik mijzelf toegeef dat het dat is. Het geeft zich steeds vaker over aan steeds vagere klachten.

Hij kon het thuis niet langer uithouden. Hij ging de stad in en liep rond, in de hoop iemand tegen te komen met wie hij het café in kon gaan. Hoelang geleden dat hij eerder zoiets had gedaan? Hij moest minstens twintig jaar terug, naar zijn eerste studiejaar, toen de muren van de stad elkaar iedere dag een stukje naderden, zonder dat hij zich uit de groeiende omknelling kon bevrijden.

Zo erg was het natuurlijk niet geweest.

Hij dacht aan Henri, die morgen het land uit zou gaan, met een bestemming die zijn werk betrof.

[pagina 181]
[p. 181]

Zou hij Alice willen meenemen?

Zelf zou hij weg willen rijden, maar hij had geen flauw benul waarheen. Niet naar een stad. Op het platteland was het waarschijnlijk nog erger. Zonder het vertrouwde wist hij zich helemaal geen raad.

Toch boezemden die vertrouwde dingen hem ook afkeer en verveling in. De eindeloze herhaling van het leven, die hij meestal met succes had weten te ontlopen.

Hij ging naar huis terug, installeerde zich achter zijn bureau, zette zijn tanden op elkaar en dwong zichzelf te werken.

Wat was dit voor idiotie? Waarom lukte hem niet wat altijd moeiteloos gegaan was? Hoezeer hij zich ook wastdraaide in iets wat hij ontwierp, de volgende dag openden de schermen van zijn verbeelding zich voor een oplossing.

Terwijl zijn leven meer in beweging was dan ooit, leek de bodem uit zijn literatuur geslagen.

Nijdig verfrommelde hij het papier dat hij met één ruk uit de machine had getrokken.

Ondanks dat was er een onrust in hem die buiten zijn voor de hand liggende onbehagen omging. De voorbode van een ontdekking, waaruit hij nieuwe impulsen zou putten.

Opnieuw en nu veel sterker, kwam het plan in hem op weg te gaan, desnoods onder het mom dat hij het voor zijn werk deed.

Toen wist hij wat het was. Hoewel hij op het oog ongeïnteresseerd naar Henri had geluisterd zoog hij in werkelijkheid ieder woord dat deze sprak in zich op. Nu hij de muziek niet meer kon terughoren, wilde de componist zich niet uit zijn geheugen terugtrekken. Hij begreep nog niet precies waarom. Er was iets aan

[pagina 182]
[p. 182]

deze man dat ver buiten de door hem gekende orde ging. Hij kon er alleen maar naar gissen wat het was en of hij zichzelf niet door een romantische schim liet bedotten. Maar wat dan nog? Had zijn materiële bestaan hem zoveel opgebracht? Was het niet tijd dat hij terugkeerde naar de fantasie die hem vroeger zo gedreven had doen schrijven?

Hij moest zich geen illusies maken. Waarschijnlijk intrigeerde de componist hem vanuit de voorstelling van absolute ijdelheid, die hem tot middelpunt gemaakt had van een wereld die hij slechts schoorvoetend het betreden.

Een geconstrueerd raadsel, alleen toegankelijk voor ingewijden.

Hij draaide Henri's nummer.

Maar ook Henri was niet thuis.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken