Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De beschaving (1983)

Informatie terzijde

Titelpagina van De beschaving
Afbeelding van De beschavingToon afbeelding van titelpagina van De beschaving

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.01 MB)

XML (1.42 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

non-fictie/essays-opstellen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De beschaving

(1983)–J.P. Guépin–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

[16]
Retorica en oprechtheid

Hoewel Aristoteles zelf van mening was dat de onderwerpen ethiek en politiek ongeschikt waren voor onervaren jongelieden:Ga naar eind1

 
‘Young men, whom Aristotle thought
 
Unfit to hear moral philosophy’Ga naar eind2

was er door de eeuwen heen nauwelijks een jong student die niet met rode koontjes in de Ethica Nicomachea Aristoteles' beroemde beschrijving van de Grootmoedige had gelezen:

‘De Grootmoedige is een man die grote daden waard is, die alleen geeft om eer, en dus gekenmerkt wordt door adeldom van karakter. Hij geeft slechts om eerbewijzen van zijn gelijken en is daar matig tevreden mee, want hij meent er recht op te hebben. Hij veracht de eerbewijzen maar ook de smaad van minderen. Macht en rijkdom zijn voor hem ondergeschikt aan eer, en ook daarop stelt hij weinig prijs, hij maakt dan ook een hoogmoedige indruk. Fortuin verhoogt zijn grootmoedigheid, maar is niet noodzakelijk, want de grootmoedige wordt door deugd geken-

[pagina 306]
[p. 306]

merkt. Hij houdt niet van kleine gevaren of bemint het gevaar om zich zelf, want hij vindt weinig dingen belangrijk, maar hij zoekt het grote gevaar. Als hij in gevaar verkeert spaart hij niet zijn leven, want hij weet dat het leven niet in alle omstandigheden waardevol is. Hij doet goed, maar schaamt zich weldaden te ontvangen, want het een verhoogt, het ander vernedert, en hij wordt aan het een met genoegen, aan het ander met ongenoegen herinnerd. Hij vraagt niets, maar helpt graag. Hij gedraagt zich waardig tegenover hooggeplaatsten en gematigd tegenover de middenklasse. Wat ieder belangrijk vindt, of waar anderen goed in zijn, interesseert hem niet; hij treedt pas op als het om grote eer of moeite gaat. Zijn liefde en haat zegt hij openlijk, want verbergen is laf. Hij geeft meer om waarheid dan om opinie, hij spreekt vrijmoedig uit minachting. Daarom zegt hij wat hij vindt, en hij is alleen ironisch tegenover het lagere volk. Hij is van niemand afhankelijk, behalve dan van een vriend. Hij vleit niet, want dat is slaafs. Hij bewondert niet, want niets is voor hem groot. Hij onthoudt geen wandaden, hij let er niet op. Hij roddelt niet, want hij geeft zelf niet om lof of blaam. Noodzakelijke of kleine bezittingen neemt hij niet serieus, hij bezit mooie of nutteloze dingen meer dan wat voordeel of nut afwerpt, want hij is zich zelf genoeg.
Hij loopt langzaam en zijn stem is diep, zijn dictie beheerst, want de man die weinig dingen serieus neemt heeft geen haast. Wie niets belangrijk vindt is niet gauw gespannen, en een schelle stem of snelle stap zijn het gevolg van haast of opwinding.’Ga naar eind3
Ook al geeft de grootmoedige niet echt om geld of bezittingen, voor zijn zelfgenoegzaamheid, autarkeia, is toch financiële onafhankelijkheid een eerste voorwaarde. Voor de grootmoedige is de enig nette manier van leven van je geld te leven; op een na best is alleen te handelen met gelijken, als bankiers onder elkaar.

De fabrikant of de winkelier wordt juist als hij rijk wordt door een grote omzet afhankelijk van het grote publiek. Hij is dus wat dat betreft, ondanks zijn rijkdommen, vulgair. Hij vraagt, hij bedelt, hij dingt naar de gunsten van het volk met zijn produkten; de klant is immers koning, de koper de beslissende partij. Wie een stoel bestelt is de meerdere, want de meubelmaker is door een contract gebonden de stoel naar wens te leveren. Deze minderwaardige staat van leverancier geldt voor elke handwerksman, de ‘banausische’ kunstenaar en dus ook voor de fabrikant. Maar hoe staat het met de leverancier van geestelijke goederen? Hoe kun je wijsheid bestellen, alsof het een meubelstuk was? De aristocraat deelt goede raad uit, gevraagd of ongevraagd. Helpen met goede raad en wijsheid is een superieure bezigheid. Maar tegen betaling? In een contractsituatie? Uit dat pro-

[pagina 307]
[p. 307]

bleem zijn zelfs de beste Romeinse juristen nooit gekomen. Ze noemen contractuele beloning voor goede raad eufemistisch eregeld, honorarium. De opwinding bij de vijfde-eeuwse Atheense aristocratie over de sofisten die bereid waren deugd en wijsheid te onderwijzen voor geld was enorm. De sofisten werden geduld als nu filmsterren, als trekpleister op party's, maar echt omgaan met ze doe je toch niet.Ga naar eind4

Dat geldt ook voor de tegenstelling student-leraar: turpe est docere quod honestum est discere, ‘Het is niet netjes te onderwijzen wat netjes is te leren’: ‘Jij was schoolmeester, ik ging naar school, jij was priester, ik werd ingewijd, jij was griffier, ik sprak in de volksvergadering, jij was toneelspeler, ik was toeschouwer, jij werd een fiasco, ik floot je uit’, voegde Demosthenes de vulgaire Aeschines toe.Ga naar eind5 Nu nog is het netjes om Frans te studeren, maar welk een afgang als je lerares Frans moet worden in de kille maatschappij, of denk aan de gymnasiast met zijn hautaine houding tegenover de leraren: kom maar op, je wordt ervoor betaald.

De leraar is de vakidioot, het is dus niet netjes te veel van een onderwerp af te weten. Het hoogst in aanzien staan de artes liberales, de kunsten die niet direct nuttig zijn maar een algemene vorming geven die de intellectuele bagage vormen van de waarlijk vrije mensen, de financieel onafhankelijken, die geen vernederende dienstbetrekking hoeven aan te gaan. Hun opleiding is encyclopedisch. Een enkuklios paideia is een opvoeding die noodzakelijk is voor die ambten die geen gespecialiseerde opleiding vergen, als daar zijn het bekleden van bestuursfuncties, waaronder het besturen van de staat. Ook hier laat de redenaar of staatsman de regeling van vaktechnische detailkwesties over aan minderen. Een redenaar treedt op als pleiter in de meer spectaculaire zaken waar grote belangen en waarden op het spel staan. Strikt juridische pleidooien zijn meer iets voor de rechtsgeleerden, de veel minder in het oogvallende juris consulti.

De retoricus van beroep heeft de lage status van de leraar middelbare school. Het is dan geen wonder dat alle gesprekspartners in Cicero's dialoog De oratore ondankbaar neerkijken op de schoolse regeltjes, en dus geneigd zijn hun succes als redenaar aan hun talent toe te schrijven.Ga naar eind6 Vandaar is de stap naar een ware geniecultus gering.

eind1
Ar. Ethica Nicomachea i, 3, 1095a, 3.
eind2
Shakespeare, Troilus and Cressida, ii, ii, 166 e.v.
eind3
Ar. Eth. Nic. iv, 3, 1122b, 35-1125a, 17; voor het vervolg zie in het algemeen: L. Gustafson, Le poète masqué et démasqué, Uppsala 1968, hfst. iv, ‘La Sincérité aristocratique’, blz. 95 e.v.
eind4
J. Christes, Bildung und Gesellschaft, die Einschätzung der Bildung und ihrer Vermittler in der griechisch-römischen Antike, Darmstadt 1975.
eind5
Demosthenes, De Corona, 265.
eind6
Cicero, De Oratore, i, 23.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken