Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
Davids Harpzangen, of de CL Psalmen van den koninklyken Profeet David, en andere heilige Mannen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (90,34 MB)

XML (1,15 MB)

tekstbestand






Genre
poëzie

Subgenre
liederen/liedjes
bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Davids Harpzangen, of de CL Psalmen van den koninklyken Profeet David, en andere heilige Mannen

(1707)–François Halma

Vorige Volgende

Item, hier volgen noch sommige Spreucken, den krancken dienende in haer uyterste.

HEere en straft my niet in uwen toorne, ende en kastijdt my niet in uwer gramschap.

O Heere vermaeckt mijn ziele, ende leyd my op de rechte bane, en blijft by my.

Zijt my genadigh, en aensiet mijn elendigheydt onder de vyanden, gy die my verheft uyt de poorten des doots.

[p. (45)]

En maeckt u niet verre van my, want benauwtheyd is naby, ende hier en is geen helper.

Heere op u betrouwe ick, en laet my niet te schande worden.

Keert u tot my, zijt my genadig, want ick ben eensaem ende elendigh.

Aensiet mijn jammer ende elendigheyd ende neemt wech alle mijn sonden.

Gy zijt my eenen stercken steen, ende een borcht, wilt my voeren ende leyden.

Als ick u aenroepe, so werde ik seker dat gy mijn Godt zijt, die mijn ziele van der dood verlost.

Verberght u aenschijn voor mijn sonden, ende doet mijn misdaed uyt.

Heere en verbergt u aensicht niet van my, want by my is benaeuwtheyd, verhoort my haestelick, ende verlost my.

In den tijd des noods roepe ick tot u, keert u tot my, zijt my genadigh, ende sterckt uwen knecht.

Stricken des doods hebben my omvangen, ende benaeuwtheyd der hellen hebben my geraeckt, O Heere verlost mijn ziele.

Heere en gaet met uwen knecht niet in u oordeel, want geen mensche en werd voor u rechtveerdigh.

Van dese en dergelijcke Spreuken meught gy leesen De gantsche Psalmen door.


Vorige Volgende