Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De weerliicke liefden tot Roose-mond (1956)

Informatie terzijde

Titelpagina van De weerliicke liefden tot Roose-mond
Afbeelding van De weerliicke liefden tot Roose-mondToon afbeelding van titelpagina van De weerliicke liefden tot Roose-mond

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.22 MB)

Scans (6.59 MB)

XML (0.54 MB)

tekstbestand






Editeur

Oscar Dambre



Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De weerliicke liefden tot Roose-mond

(1956)–Justus de Harduwijn–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 126]
[p. 126]
Ga naar tekstkritische notentekstkritische noten

XXXVIII.

 
Soet Ga naar voetnoot1 is den westen windt, die ruysschen doet en beven
 
De looverkens van t'waut en t'groenssel Ga naar voetnoot2 eender pleyn:
 
Soet is den snellen loop van een silver fonteyn Ga naar voetnoot3,
 
Die van den heuvel comt langhs een dal aenghedreven:
 
 
5[regelnummer]
Soet is het luyt gheclanck, t'welck my dick Ga naar voetnoot5 troost comt gheven,
 
Als ick in droef ghepeys Ga naar voetnoot6 beanxst my vind' aleyn:
 
Soet is het heunigh oock, ghegaert by Ga naar voetnoot7 t' bieken cleyn:
 
Soet is den coelen Mey, die't al in vreughd' doet leven.
 
 
 
Soet ist roosken besproeyt met eenen morghen-dauw:
10[regelnummer]
Soet ist tuylken verslunst Ga naar voetnoot10 in d'handt van mijn Jonckvrauw.
 
En soet is sy altijdt in alle dinck bevonden:
 
 
 
Soet is gansch heur ghelaet, heur oogh', heur taele vroet Ga naar voetnoot12:
 
Maer weet ghy watter is soeter dan al dit soet?
 
Dry cuskens achter een van heuren mond ghesonden.
[tekstkritische noot]T 13 weet, herstel van drukfout wiet.

voetnoot1
Soet: liefelijk, aangenaam (later vinden we bij Luyken: ‘kom Weste windje, dat de bladertjes doet beven’).
voetnoot2
t'groenssel: het groene gewas.
voetnoot3
fonteyn: bronader.
voetnoot5
luyt gheclanck: klank, muziek van de luit (vertrouwd huisinstrument in de 16e-17e eeuw). De Harduwijn heeft een voorliefde voor de luit en de lier; ook in de Godd. Lof-Sanghen (1620) en Godd. Wenschen (1629) spreekt hij er over. We kunnen hem overigens het best karakteriseren als ‘de zacht ruisende lier van zijn tijd’. Wellicht is hier een reminiscentie aan Louise Labé: ‘Lut, compagnon de ma calamité, tu as souvent avec moy lamenté’ (sonnets, XI); dick: dikwijls.
voetnoot6
ghepeys: gepeins.
voetnoot7
heunigh: honig; ghegaert by: ingezameld door.
voetnoot10
verslunst: verslenst, verwelkt.
voetnoot12
vroet: wijs.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken