Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Gedichten 1861-62 (1863)

Informatie terzijde

Titelpagina van Gedichten 1861-62
Afbeelding van Gedichten 1861-62Toon afbeelding van titelpagina van Gedichten 1861-62

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.02 MB)

ebook (3.58 MB)

XML (0.12 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Gedichten 1861-62

(1863)–Emanuel Hiel–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 131]
[p. 131]

VIII.
Intermezzo.

 
een wellusteling zingt:
 
Niet in den huiskring is wellust te vinden,
 
maar in de kroeg, waar een boelerig lied,
 
rolt uit den mond van beschonkene vrinden,
 
wijl de champagner begeesterend vliet.
 
 
[pagina 132]
[p. 132]
 
Niet bij een liefken is 't hemelsch te leven,
 
maar bij de vrouwen met stormige borst,
 
die ons bedwelmen, verleiden en geven
 
al waar ons vleesch in verhitting naar dorst.
 
 
 
Laat ons de wulpschheid begeerig bejagen,
 
thans zijn we krachtig en jeugdig en stout,
 
want als de wolken vervliegen de dagen,
 
en in de grijsheid is 't leven zoo koud.
 
 
 
Thans zijn we krachtig; wie durft zich vermeten
 
ons nu te spreken van zeden en pligt?
 
laat ons die bullen der kindschheid vergeten,
 
als de sireen in onze arremen ligt.
 
 
 
O, we zijn jong! en wie zou ons bedaren,
 
zelfs als de winter verzilverde ons hoofd?
 
't goud is onz' deugd en dit zal ons bewaren,
 
want ons gebras wordt als mildheid geloofd.
 
 
[pagina 133]
[p. 133]
 
Nu zijn we stout, en we spotten met 't werken,
 
zien op den slaaf met de fierheid eens tzaars,
 
later dan gaan wij devoot naar de kerken
 
en wij ontsteken den duivel een' kaars.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken