Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 2 (1977)

Informatie terzijde

Titelpagina van De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 2
Afbeelding van De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.29 MB)

XML (2.63 MB)

tekstbestand






Editeur

H.W. van Tricht



Genre

proza

Subgenre

non-fictie/brieven


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 2

(1977)–P.C. Hooft–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Tweede deel


Vorige Volgende
Regelnummers proza verbergen
[pagina 948]
[p. 948]

886 A Monsieur, Monsr Joost Baak, bij 't oudmannenhujs in No 3 tot Amsterdam.

loont.

 

1 Monsr mon Frere,

 

2 Ons laeste faelen van U.E.E. t'hujs te vinden troosten wij met 3 U.E.E. medelijden. Van Aeltjen hoop ik een beter dan U.E. vreest:Ga naar eind3 4 hoewel zij tot noch toe meer achterwaerts dan voorwaerts gaet. 5 Haere nicht is de brujdt; ende weighert haer langer waer te neemen.Ga naar eind5 6 Zij wilde wel zelf, dat men haer ergens in de kost besteede. MaerGa naar eind6 7 't volk dat haer behaegt, is schuw daer af; ende zij van de geenen, 8 die haer wel zouden aenneemen. Dit zejnd ik in betaeling van alGa naar eind8 9 U.E. quaede nieuwmaeren. 'T is (dunkt ons) ook genoegh: ende 10 dank heb, dit pas (dewijl 'er niet verheughlijx omgaet) d'onvrucht-Ga naar eind10 11 baerhejt dezes oords in 't stuk van tijdingen: maer des te min danxGa naar eind11 12 niet U.E. voor 't zout der voorspoedt. Al smart het, het is noodigh.Ga naar eind12 13 Dies wensche dat U.E. het nemmer spaere, als 't voorkomt. HetGa naar eind13 14 verlies van Hermestejn is een' diepe wonde voor Vrankrijk. DeGa naar eind14 15 loopmaeren repten des niet op eergister: waerover ik mij noch aenGa naar eind15 16 de hoope hield. Dus doende moght' hun 't lot in Lottringen ook 17 wel tegen loopen. Ende als zij slaeghen krijghen, zorgh ik dat wijGa naar eind17 18 de naeweên mede voelen zullen. Daerentussen zie ik de beurs alGa naar eind18 19 janken van dien klink op, en klank ujt zee: maer binnen 's monds: 20 niemandt zal zijn' schaede weeten willen. Mijn' hujsvrouw ver- 21 zoekt dat Joffre zuster het gaeren, als 't vande blejk komt bij zich 22 houde tot onze overkoomst; ende op naesten vrijdagh eens het 23 lijnwaedt van Ossaene doe vorderen, zeggende den blejker, dat hijGa naar eind23 24 't aen van der Wijen bestelle, die hem betaelen zal. Noch al meerGa naar eind24 25 gebrex. Metren, in zijn elfde boek, op 't 211e bladt, stelt een'Ga naar eind25 26 monsterlijst van Parmaes volk, ende maekt 'er de som af. Ik vinde 27 ze ongelijk laegher: maer mistrouw mijner onvastighejt in 'tGa naar eind27 28 optellen. 'T waer mij lief (moght' het 'er ujt vallen) dat U.E. de 29 vendels te voet en te paerde, elk bezonder; voorts de rujters en de 30 knechten desgelijx, eens berekende, ende mij beschejdelijkGa naar eind30 31 overzonde. Mijn' hujsvrouw gebiedt zich op 't hartelijxt aen U.E.

[pagina 949]
[p. 949]

32 ende Joffre zuster; ende aen de zelve, met geen' minder geneghen- 33 hejt, oft toewensch alles hejls van Gode,

34 Monsr mon Frere,

35 U.E.

36 Verplichte, dienstwste broeder

37 P C Hóóft.

36 Van den Hujze te Mujden,

37 29 Junij. 1637.

 

Lopende zaken.

[tekstkritische noot]Origineel. UBA II C 13.24.
eind3
medelijden, waarvan Baak blijkbaar getuigd had; een beter: iets beters.
eind5
waer te neemen: op te passen.
eind6
Maer enz.: dat Aeltjen niet gemakkelijk was, bleek al in 322.
eind8
dit: deze jobstijding?
eind10
dit pas: op dit ogenblik.
eind11
maer...niet U.E.: maar daarom niet minder dank aan u.
eind12
't zout der voorspoedt: schertsend, geciteerd uit Baak's brief (vgl. ‘al smart het’): de passage over Aeltjen?
eind13
voorkomt: zich voordoet.
eind14
Hermestejn: Ehrenbreitstein.
eind15
waerover: om welke reden.
eind17
zorgh ik: vrees ik.
eind18
(gissing:) de beurs slap door die klap op zee en de berichten daarover: een ongunstig verlopen strijd tegen Duinkerken vgl. r. 19 (WNT klink (VI) 4095).
eind23
Ossaene: Oostzaan.
eind24
Noch...gebrex: En ik heb nog iets (van je) nodig.
eind25
Em. van Meteren, Belgische ofte Nederlantsche Historie van onsen tijden (1599, gewijz. herdr. 1611, 1614).
eind27
onvastighejt in 't optellen: hiervan een staaltje in 153.
eind30
beschejdelijk: duidelijk.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

auteurs

  • H.W. van Tricht

  • F.L. Zwaan

  • D. Kuijper Fzn.

  • Franco Musarra