Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Bij ons schijnt de zon (1983)

Informatie terzijde

Titelpagina van Bij ons schijnt de zon
Afbeelding van Bij ons schijnt de zonToon afbeelding van titelpagina van Bij ons schijnt de zon

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.86 MB)

Scans (8.64 MB)

ebook (2.95 MB)

XML (0.31 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Bij ons schijnt de zon

(1983)–Marijke Höweler–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 101]
[p. 101]

19 Geef je bloemen maar aan pappa

Het was alsof het heel gewoon was om kanker te hebben en er weer af te komen. Het klonk ook bijzonder normaal, vooral als de chirurg het erover had. Het leek alsof men met opzet van zestien meter darm voorzien was om er zo nu en dan een paar decimeter tussenuit te kunnen knippen. Ofschoon Leo zich er helemaal voor ingezet had om de ernst van zijn ziekte in de vorm van vreselijke pijnen tot zich te laten komen om vervolgens verlichting te eisen door morfine, cocaïne of desnoods algehele narcose, bleek hij slechts geplaagd te worden door een lichte hoofdpijn. Leo dacht dan ook te dromen dat hij ontwaakt was. Maar daar stond Roos en ze legde een bos bloemen op zijn nachtkastje en ze kuste zijn voorhoofd, aaide zijn haar wat naar achteren en ze lachte hem toe.

‘Ik heb een verrassing voor je,’ zei Roos. ‘Dat hoop ik tenminste,’ voegde ze eraan toe. ‘Zou je het leuk vinden om Ernest te zien?’

‘Ik zie er gek uit,’ fluisterde Leo, ‘slangetjes,’ en hij wendde zijn hoofd meteen van de arm af waarin het infuus zat alsof het om een levende slang ging.

‘Doet het pijn?’ vroeg Roos.

‘Nogal,’ zei Leo en Roos vroeg zich af of dat waar was. ‘Waarom staat m'n bed niet tegen de vensterbank?’ vroeg Leo die daar een vreselijk voorteken in zag.

‘Omdat ze er anders niet bij kunnen,’ zei Roos. ‘Wil je Ernest zien?’

‘Is hij hier?’ vroeg Leo.

‘In de gang,’ beduidde Roos. Leo zuchtte. ‘Wil je hem zien?’

‘Ja,’ knikte Leo en sloot daarbij de ogen zodat Roos zich

[pagina 102]
[p. 102]

afvroeg of Leo nu een drama maakte of dat het er een was.

Rosa verdween en kwam terug met een kleine jongen aan de hand. Zwart haar, blauwe ogen en zo onnederlands, dat het zelfs Leo in zijn ellendige positie zou zijn opgevallen ware het niet dat hij kans had gezien in deze twee minuten in slaap te vallen.

‘Kom maar, avanti,’ zei Roos en voelde Ernests kleine bruine hand uit de hare terugtrekken. Ernest was bang voor de hagelwitte stilte waarin hij op de gang had zitten wachten. Ernest had het plakje ruim met boter besmeerde ontbijtkoek dat de zusters hem zo lief hadden aangeboden om hem gerust te stellen tenslotte in het nauwe zakje van zijn lange korte broek gefrommeld. Had tante Barbara, die zo zenuwachtig was geweest toen ze hem naar het vliegveld bracht niet gezegd: Beloof je me dat je in Amsterdam nooit snoep van vreemde mensen aanneemt? En Ernest kon niet anders dan gehoorzaam zijn, zo vreselijk groot was zijn avontuur: alleen op reis. ‘Ga maar lekker zitten,’ had de stewardess gezegd en Ernest had zich alle mogelijke moeite gegeven om zo te zitten dat de stewardess zou denken dat hij lekker zat.

‘Pappa slaapt, zie je wel,’ zei Roos en vroeg zich af of Leo deed alsof.

‘Ja,’ knikte Ernest en verschool zich wat achter Rosa.

Volgens hem bestond dat grote witte pakket in dat hoge bed geheel uit watten en verband.

‘Zie je wel, hij ademt want hij slaapt,’ zei Roos onlogisch en ze streek over Leo's voorhoofd in de hoop dat hij wakker zou worden opdat Ernest geen angstneurose aan deze scène over zou houden.

Leo kreunde wat en sloeg de ogen op. ‘Dag Ernest,’ zei Leo zachtjes en wat klaaglijk.

‘Ciao Papà,’ zei Ernesto, ‘come stai?’

‘Sto bene carissimo,’ zei Leo, hij scheen zich in het Itali-

[pagina 103]
[p. 103]

aans altijd wat hartelijker uit te drukken.

‘Geef de bloemen maar aan pappa,’ zei Roos in de hoop dat Ernest het wagen zou de anderhalve meter afstand die hij in acht nam iets te verkleinen. Ernest deed een stap naar voren, deponeerde de prachtige rozen uit Leo's tuin ter hoogte van diens middel op het bed en stapte terug naar zijn oude plaatsje waar hij als aan de grond genageld staan bleef.

‘Neem 'm maar mee,’ zei Leo tegen Rosa, ‘straks komt Wiesje.’ Ofschoon het motief Rosa ergerde was ze blij met het voorstel.

‘Koop iets leuks voor hem,’ zei Leo. De plotselinge confrontatie met zijn zoon had Leo zo vermoeid dat hij vrijwel onmiddellijk daarop insliep.

‘Kom maar mee,’ zei Roos. ‘Pappa moet eerst wat uitrusten, morgen is alles weer gewoon,’ en ze had er spijt van de jongen te vroeg te hebben meegenomen. Ernest was al bij de deur. Vluchtig kuste Roos de slapende Leo.

In de gang bleek inmiddels een klein erepoortje van twee zusters en een dame in een ochtendjas voor Ernest opgesteld te zijn.

‘Kom je morgen weer?’ vroeg de zuster, ‘dan is pappa misschien wel op.’ Roos keek verbaasd. ‘Morgen mag hij er even uit,’ zei ze opgetogen.

‘En die hechtingen dan, dat doet toch pijn?’ vroeg Roos angstig.

‘Dat valt best mee hoor,’ zei de zuster en ze kneep Ernest in zijn wang. Nu was Ernest gewend om geaaid, gekieteld, gezoend en op alle andere denkbare manieren aangehaald te worden, maar van die ferme kneep schrok hij zo geweldig dat hij zich aan Rosa vastklampte.

 

In de auto op weg naar huis, zag Rosa opeens eigenaardige vlekken op Ernests donkerblauwe broekje. Ze besloot het probleem zo discreet mogelijk op te lossen door bij thuis-

[pagina 104]
[p. 104]

komst voor te stellen: ‘Zou je deze niet aandoen?’

‘Sì,’ stemde Ernesto toe, ‘questi pantaloni non mi piacciono,’ en hij wees met enig afgrijzen naar beneden. Daarna trok hij zich terug met de aangeboden spijkerbroek waarin Rosa een minuscuul onderbroekje had weten op te vouwen.

Kort daarna hoorde ze de wc doorspoelen. De volgende dag bij het sorteren van de was zouden de donkerblauwe vetvlekken die zich van Ernests zak tot aan de zoom van het verbijsterend smalle broekspijpje uitstrekten haar hooglijk verbazen.

‘Ik ga niet graag naar ziekenhuizen in Nederland,’ zei Ernest op weg naar Artis.

‘Speciaal Nederland?’ vroeg Rosa.

‘Bij ons zijn de ziekenhuizen...’ Hij kwam er niet helemaal uit. Ernest dacht aan het bezoek aan zijn vriend Mario wiens been in het gips hem zoveel aardigheid bezorgd had. Met La Signora's nagelvijltje hadden zij twee sleufjes uitgegraven waardoor Mario's locomotiefje voortbewogen kon worden, terwijl uit Mario's bakelieten radio ‘ma come balli bene la bella bimba’ tot ver buiten het streekziekenhuis te beluisteren was geweest.

‘Vrolijker?’ vroeg Roos.

‘Vrolijker,’ bevestigde Ernest tevreden.

Nadat ze in Artis de grasmaaimachine, de grijper, de hijskraan, de kleine en de iets grotere transportwagentjes goed bekeken hadden en de merken van de auto's van het personeel zorgvuldig benoemd hadden, gingen ze naar de Bijenkorf.

Daar koos Ernest spaghetti die niet helemaal aan zijn verwachtingen leek te voldoen en cola die zijn goedkeuring kon wegdragen. Het doel van deze tocht, het cadeautje voor tante Barbara in Cernobbio, bleek naar Ernests mening absoluut gerealiseerd te moeten worden in een stevige bos imitatie tulpen. Rosa probeerde nog een takje namaak groen

[pagina 105]
[p. 105]

mee te smokkelen om het geheel iets te verzachten maar dit werd door Ernest met een driftig gebaar afgewezen.

‘Che belli, che belli,’ zei Ernest tegen zijn tulpen. Thuisgekomen vond Ernest: ‘Jullie hebben maar een klein tuintje, de onze is veel groter en beter verzorgd. Madonna, Madonna,’ zo liep hij monsterend door het huis, ‘wat een klein badkamertje. Wat een rot badkamertje,’ En ofschoon Rosa tot op de dag van vandaag meer dan dankbaar geweest was dat de badkamerverbouwing die ruim vijf maanden in beslag had genomen toch ten einde was gekomen, meende zij dat Ernest enigszins gelijk had.

‘Bij ons is mijn badkamer alléén al twee keer zo groot als de jouwe,’ schatte Ernest.

‘Jullie moeten ook vaker in bad,’ zei Roos.

‘Nee hoor,’ vond Ernest, ‘helemaal niet.’

‘Dat ben ík,’ verklaarde Ernest toen hij langs de poster met de ernstige baby in de gang liep. ‘Waarom hangen jullie hier zo'n misselijke foto van mij op?’

‘We vonden hem juist leuk,’ verontschuldigde Rosa zich.

‘Ik heb veel betere,’ zei Ernest, ‘waar ik veel leuker op sta, meer zó.’ En Ernest legde zijn rechterhandje op de tafel, zette zijn voet naar voren alsof hij een cursus voor mannequin met goed gevolg doorlopen had en wilde zijn linkerhand net gracieus tot boven zijn hoofd gaan bewegen, toen hij zijn eigen voorstelling onderbrak: ‘Geef eens, geef eens,’ en hij pakte een roos uit de vaas. ‘Die heb ik dan zó vast, moet je zien, zó ongeveer,’ en hij zette zich weer in positie. Hield de bloem boven zijn gezicht en keek alsof hij het luchtruim zou gaan kiezen in opperste overgave naar de bloem die hij precieus tussen duim en wijsvinger hield.

‘Dat lijkt me prachtig,’ zei Roos ontsteld, ‘onvergetelijk gewoon.’ Ernest wist niet goed hoe hij moest reageren.

‘Willen jullie die hebben,’ vroeg hij, ‘voor in de gang, in plaats van die rotbaby?’

[pagina 106]
[p. 106]

‘Vind je het leuk om gefotografeerd te worden?’ vroeg Rosa.

‘Natuurlijk,’ zei Ernest, ‘wie niet, stupida!’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken