Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Van geluk gesproken (1982)

Informatie terzijde

Titelpagina van Van geluk gesproken
Afbeelding van Van geluk gesprokenToon afbeelding van titelpagina van Van geluk gesproken

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.94 MB)

Scans (8.53 MB)

ebook (3.00 MB)

XML (0.35 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Van geluk gesproken

(1982)–Marijke Höweler–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 164]
[p. 164]

28 Een vrindje voor jezelf

Het voorjaar had aarzelend ingezet. Soms leek het alsof alles zover was en dan haperde de wind, sloeg om en kwam weer uit het Noorden.

Thomas inventariseerde de winterschade aan de jonge oleanders. Ook hij had vroeger gedacht dat in Italië alles vanzelf ging, net zoals de logés dat altijd dachten. Dit voorjaar wist hij beter. Het Vondelpark vroeg minder zorg dan Thomas' zeven nieuwe oleanders. Thomas had zorgvuldig wat dode bladeren weggehaald en de grond eens tussen duim en wijsvinger gewreven. In heel zijn carrière, zelfs bij het zien van de drukproeven van zijn eigen artikelen, had Thomas nooit zo sterk het gevoel gehad dat hij bestond. Anders dan in voorgaande jaren, toen Thomas daarbij een gevoel van opwinding beleefd had, leek nu de verbondenheid met zijn lot het gebaar te kleuren. Martje was stil en ingetogen geworden de laatste tijd en Barbara had het zelf ook gezegd: Martje leek gerustgesteld, Martje leek gelukkig. En als zijn dochter gerust was, dan was Thomas het ook. Barbara, Martje en hij waren in evenwicht gekomen. Gebaren werden begrepen, halve woorden verstaan, als vanzelfsprekend waren hun levens gaan harmoniëren.

Zo was het geweest tot op de dag van de crocussen, totdat Barbara's avonds in bed - warm en veilig tegen Thomas aan - gefluisterd had: ‘Martje krijgt een kind, Thomas.’

Thomas' eerste reactie was alsof Barbara nu ook de narcissen had zien opkomen of van de knoppen in de azalia vertelde. ‘Wat leuk,’ had Thomas vriendelijk willen zeggen. Toen pas leek hij Barbara goed te verstaan en haar verontruste en gespannen stem op te merken.

‘Een kind?’ vroeg Thomas.

[pagina 165]
[p. 165]

‘Ja,’ zei Barbara.

‘Hoe kom je daarbij?’ had Thomas gevraagd.

‘We zijn vanmiddag naar Donzetti geweest,’ zei Barbara en voelde zich schuldig en achterbaks. ‘De uitslag was positief,’ voegde Barbara er weinig verhelderend aan toe.

Thomas voelde zich opeens vreemd bedrogen, alsof de grond die hij ook die ochtend nog in z'n hand had gevoeld in lucht veranderd was. Thomas kon zijn handen en voeten niet meer geloven en ook z'n oren waren niet meer te vertrouwen.

‘Dat kan niet,’ zei Thomas.

‘Het is zo,’ zei Barbara.

‘Dat kan niet gebeuren,’ zei Thomas. Hij zat nu rechtop in bed. ‘Dat mag niet,’ riep Thomas, ‘dat is gevaarlijk, dat is haar dood, dat...’ Thomas' gezicht was plotseling bezweet.

Barbara voelde hoe zijn ribben uitzetten en haar hand die zo vredig tussen zijn benen gerust had, werd klam en kwam in het nauw door de plotselinge beweging waarmee hij zich naar haar toedraaide. Zachtjes verplaatste zij haar hand naar zijn middel dat nu opeens op ooghoogte zat. Daarop ging ook Barbara rechtop zitten. Thomas deed zijn schemerlampje aan, zette zijn bril op, en daar zaten ze, tamelijk dwaas en bloot naast elkaar in bed, als kinderen, opgeschrokken door een plotseling geluid. Was het een inbreker?

‘Ik moet met haar praten,’ zei Thomas, ‘dat mag niet, dat kan niet. Waarom ben ik hier buiten gehouden?’ vroeg Thomas en hij werd nu werkelijk boos op Barbara.

‘Ik merkte 't pas vorige week,’ zei Barbara verlegen, ‘echt Thomas, echt waar! En Martje kon het zelf ook niet geloven, echt niet Thomas, je bent niet belazerd, heus niet.’

‘We moeten naar Amsterdam, morgen nog,’ het leek alsof Thomas een leger in paraatheid moest brengen. ‘Dit moet in orde komen.’

‘In orde?’ vroeg Barbara. ‘Abortus in orde?’

[pagina 166]
[p. 166]

‘Luister,’ zei Thomas tegen Barbara en het klonk erg vervreemdend, ‘zo ging het ook met Lisa, het ging precies zo, tot Martje geboren werd ging alles goed, de hele zwangerschap lang heb ik gedacht dat alles goed was,’ Thomas haperde, ‘...net als nu... nu dacht ik het ook. God hoe kan het, hoe bestaat het dat ik niets... dat jullie me niet gewaarschuwd hebben. Als een vreemde hebben jullie me behandeld terwijl ik de enige ben die het weet.’

‘De enige die het weet?’ vroeg Barbara verbaasd.

‘Die rust is schijn, die vrede is stilte voor de storm. Lisa werd daarna zieker,’ Thomas noemde Lisa opeens ziek, dit had hij nooit tevoren gedaan. ‘Ik laat het niet toe, ik wil het niet.’

‘Thomas,’ zei Barbara nu heel verbaasd, ‘jij hebt niets toe te staan, het is Martjes kind... èn dat van Leo,’ voegde Barbara er fluisterend aan toe.

Maar Thomas was al uit bed gestoven en zocht nu zijn pyjamabroek, in de badkamer, op de stoel en vond hem tenslotte aan het voeteneind van het bed, onder de dekens. Zodra hij z'n broek aan had stormde Thomas Martjes kamer binnen, deed de grote middenlamp aan.

Martje knipperde verbaasd met haar ogen, wreef er eens in en keek haar vader met grote belangstelling aan.

‘Kom eruit,’ riep Thomas alsof er brand was.

Martje stond op, deed haar slippers aan en volgde Thomas gehoorzaam terwijl hij haar aan de hand naar beneden trok.

Klappertandend zaten ze gedrieën in de koude kamer. Barbara deed de openstaande deuren dicht, sloot de gordijnen en draaide de verwarming aan tot hij niet hoger meer kon; de randvoorwaarden voor communicatie dacht ze nog.

‘Dit kan niet,’ zei Thomas, ‘dit kan echt niet Martje!’

‘Het is zo Thomas,’ zei Barbara.

‘Ik praat nu met Martje,’ zei Thomas streng.

‘Het is zo papa,’ zei Martje.

[pagina 167]
[p. 167]

‘Dit kun je niet áán kind,’ zei Thomas meer tegen zichzelf dan tegen de anderen.

‘Ik wil het graag hebben papa,’ zei Martje. En Thomas sloot zijn ogen om niet te hoeven zien hoe wáár dit wel was.

Martje bleef haar vader rustig aankijken.

‘Ik wil iets dat helemaal van mij is,’ Martje keek nu vastberaden, ‘van mij alleen, van niemand anders.’

‘Kinderen zijn nooit van jezelf,’ zei Thomas en had al spijt dat hij erop in was gegaan.

‘Ik wil het houden,’ zei Martje.

‘Morgen gaan we naar Amsterdam,’ zei Thomas.

‘Nee,’ zei Martje, ‘ik ben niet ziek.’

‘Maar je wordt ziek,’ zei Thomas.

‘Ik ben niet zoals mama.’ Martje begon te snikken. ‘Je kijkt nooit naar wie ìk ben, jij ziet alleen altijd mama als je naar mij kijkt.’

Dit was ook voor Barbara nieuw.

Thomas zweeg. Maar het gaat net als met Lisa dacht hij, maar durfde het niet te zeggen.

‘Later kun je kinderen krijgen zoveel je wilt,’ zei Thomas, ‘niet nu!’

‘Het is mijn kind,’ zei Martje.

‘Dat is waar Thomas,’ zei Barbara.

‘En van Leo, vergeet dat niet,’ zei Thomas.

‘Leo heeft er niets mee te maken,’ zei Martje, ‘ik heb er om gevraagd, ik heb het gekregen.’

Thomas schrok; Leo had niet gelogen. Martje was niet verkracht, zoals Thomas zich de laatste tijd voor het gemak had ingebeeld.

‘Wilde jij een kind van Leo?’ Thomas was verbijsterd.

‘Nee,’ zei Martje, ‘toen niet, toen echt niet. Maar nu ik het eenmaal krijg is het het beste dat ik niet meer van hem hou, dan is het nòg meer mijn kind.’

‘Je bent gek, gek ben je,’ riep Thomas en schrok zo van

[pagina 168]
[p. 168]

zichzelf dat het even stil was.

Barbara maakte gebruik van die pauze.

‘Thomas, Martje is geen zes meer!’

‘En wie moet er voor opdraaien?’ vroeg Thomas aan Barbara. ‘Ik toch?’

Nu keken Martje en Barbara verbaasd.

‘Hoezo?’

‘Wie zal, wie zal het...’ Thomas zweeg, moeten betalen wilde hij zeggen en walgde van zichzelf.

‘Het is niet zo duur papa,’ raadde Martje z'n gedachten, ‘zodra 't kan zal ik gaan werken.’

Hiervan werd Thomas zo beroerd dat hij Barbara hulpeloos aankeek. ‘Je bent te klein voor zulk soort speelgoed.’

‘Martje is achttien,’ zei Barbara.

Martje glimlachte haar toe.

‘Je was niet goed toen dat gebeurde Martje, je was ziek toen het verwekt werd, weet je nog wel,’ fluisterde Thomas.

‘Toen wel, maar nu niet meer,’ zei Martje.

Haar vader keek naar de grond.

‘We kunnen je niet blijven verzorgen,’ Thomas vroeg het aan Barbara.

Barbara zweeg.

‘Dat hoeft ook helemaal niet,’ zei Martje.

‘Maar je verpest je hele leven er mee,’ smeekte Thomas.

‘Het is mijn leven,’ zei Martje.

‘Nee,’ zei Thomas, ‘je vergist je, begrijp me nou toch.’

‘Nee Thomas, daarin kan ze zich niet vergissen,’ zei Barbara.

‘En Leo dan?’ vroeg Thomas, ‘komt die nog ergens in het verhaal voor?’

‘Nee,’ zei Martje, ‘hij komt niet meer voor.’

‘Maar 't is zijn kind toch,’ pleitte Thomas.

‘Hij heeft het geofferd,’ zei Martje, ‘aan mij.’

En Thomas zag Lisa voor zich, het effen gezicht waarmee

[pagina 169]
[p. 169]

Lisa zich, als ze zich sterk genoeg voelde, af kon sluiten en onafhankelijk van de buitenwereld was.

‘Leo zal het nooit willen.’

‘Wat niet,’ vroeg Barbara.

‘Ik wil het niet,’ zei Thomas. ‘Ik wil het niet. Ik kan het niet toestaan.’

‘Jij hebt niets toe te staan,’ zei Barbara, ‘en Martje moet naar bed.’

‘Nee,’ zei Martje, ‘ik heb de tijd.’

‘Hoeveel maanden hebben jullie me belazerd met z'n tweeen?’ vroeg Thomas.

‘Ik merkte het nog maar pas geleden, twee weken geleden geloof ik,’ zei Martje.

‘Het is ruim twee maanden nu,’ zei Barbara, ‘er is niets meer aan te doen Thomas, je wordt grootvader.’

‘Dat bestaat niet,’ zei Thomas.

‘Het is zo,’ zei Barbara.

‘En jij wordt grootmoeder, leuk,’ zei Thomas.

‘Nee,’ zei Barbara, ‘ik vind het wel jammer dat het niet zo is,’ en ze streek Martje's haar wat weg uit haar gezicht.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken