Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De geest van tegenspraak (1968)

Informatie terzijde

Titelpagina van De geest van tegenspraak
Afbeelding van De geest van tegenspraakToon afbeelding van titelpagina van De geest van tegenspraak

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.53 MB)

Scans (20.31 MB)

XML (0.40 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/essays-opstellen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De geest van tegenspraak

(1968)–G.H.M. van Huet–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 71]
[p. 71]

Witte boord en vrije tijd

Is het een kunst, niets te doen: dat wil zeggen zijn vrije tijd weten te besteden? ‘Ja,’ zei de bedrijfseconoom die een voordracht voor ons hield, ‘en het opmerkelijke is, dat handwerkers en intellectuelen die kunst nog het best verstaan.’ Nu, verwonderlijk is dit niet, als men er even over nadenkt. La Rochefoucauld heeft ons al geleerd, dat ‘wij meer luiheid in de geest dan in het lichaam bezitten’. Het spreekt dus haast vanzelf, dat zij die met de handen hebben leren werken, daar inhun vrije tijd mee zullen doorgaan. En wat de intellectuelen aangaat: zelfs hun werk - het zijn der dingen te weerspiegelen, de gangen van de wereld na te gaan - is voor hen nog een vermaak. Zo kunnen wij beide categorieën tijdens het weekeinde vol animo aan de gang zien: waar de een zijn boot opschildert, verdiept de ander zich in Teilhard de Chardin, en tegenover het genoegen van een ochtend vissen staat het niet minder groot plezier van een middag schaken.

De andere groepen zijn er evenwel niet zo goed aan toe. Zij verschaffen ons dus problemen. Ofschoon de econoom zijn punt van uitgang in de vrije tijd had gezocht, kwam hij over heel andere dingen te spreken. Zijn werkzaamheden, zo vertelde hij, brachten hem met tal van grote en kleine firma's in aanraking, met directies en personeel, met kantoormensen en technici, met de gescheiden compartimenten van wat eens heette ‘hoeden en petten’. Wat velen van ons misschien al half en half geraden hadden, werd nu met treurige duidelijkheid voor ons uitgebreid. Want het vermoeden, dat lang niet iedereen met de vele ledige uren die hem thans worden toegemeten, wel goed raad weet, is langzamerhand al zoiets als een gemeenplaats geworden - maar wie kon weten, dat de wereld die bij dit specifieke onvermogen hoort, eigenlijk min of meer gelokaliseerd is en dat de voornaamste problemen bij de zogenaamde ‘white-collar workers’ schuilen? Wie had kunnen geloven, dat een bepaald deel van onze samenleving een zo kleurloos, radeloos en vreugdeloos bestaan voert als onze vriend ons in het kwartier dat hij aan het woord was,

[pagina 72]
[p. 72]

wist te schilderen? Een bestaan van zitten, achter een tafel, achter een bureau, van eentonige en veelal ongeïnteresseerde routinearbeid, van blokken 's avonds en op zaterdag en zondag om een onaanzienlijk stapje hoger te kunnen komen (een stapje dat dan bovendien nog vaak uitblijft), een bestaan van allerlei kleine prestigekwesties en statussymbolen, van minderwaardigheidgevoelens, van naijver, van schijn. De directie laat een mat voor haar deur leggen - van lieverlee verschijnen overal matten: een wenk voor het koffiemeisje, dat het dient te kloppen. De trots op de schone handen is reëel - maar wat vermag hij tegen die andere trots, die juist in het gevoel bestaat, dat men vuile handen heeft, omdat men iets kan maken! Máken, dat is wel het laatste wat die schone handen doen kunnen. En de bezitter van die handen geeft er zich in lucide ogenblikken rekenschap van, dat hij eigenlijk niets wil maken, dat hij niets wil doen, dat hij daar maar zit, in de - meestal verzwegen - hoop, ‘dat het zijn tijd wel zal uitdienen.’ Intussen werpt de nadering van de ‘computers’ een schaduw op zijn dagen...

Moesten wij de bedrijfseconoom geloven, dan verkeert de kantoorwereld in een crisis als zij nog niet heeft gekend. Wij kunnennietzeggen, onsmet dit stuk maatschappij vertrouwd te voelen. De literatuur, die duizend-en-een bezigheden en situaties heeft beschreven, heeft zich maar zelden met het kantoorleven ingelaten; zij heeft er ons slechts incidenteel een gevoel van kunnen geven, wat het zeggen wil, in een administratie werkzaam te zijn, elke dag hetzelfde gebouw te betreden en in dezelfde kamer op dezelfde plaats te gaan zitten en een reeks handeling aan te vangen, die door de bank genomen steeds dezelfde blijven. Ik herinner me, als enige ‘grote’ roman, het boek van Martin Kessel, Herrn Brechers Fiasko (dat intussen al zo'n dertig jaar oud is); en ook Tederheid in het geding van onze landgenoot Esteban López vergunt ons in een enkel hoofdstuk een blik in een, weliswaar klein, kantoor. Wij zijn dus aangewezen op onze fantasie en op een paar schaarse ons ter kennis gebrachte feiten. Eén zo'n feit is de salarisschaal in een middelgroot bedrijf, welke zelfs de meest onfilosofische kop nog aan het denken kan zetten over

[pagina 73]
[p. 73]

de onrechtvaardigheid der inkomensverdeling: het blijkt namelijk, dat het interessantste werk ook het best wordt gehonoreerd. Het blijkt ook - en dat zal de man met de schone halsboord nog grievender kwetsen - dat de vakarbeider met zijn vuile handen hem qua geldelijke beloning al aardig nabijkomt, zo hij hem niet reeds overtreft. En met de reizigers, vertegenwoordigers of ‘road men,’ zoals zij tegenwoordig heten, moet hij zich maar helemaal niet gaan meten. Zo zien wij hem dus zitten: geflankeerd enerzijds door de misschien wat ruwe, maar kordate handarbeider en anderzijds door de gewiekste handelsman: gebogen over papieren en staten waarvan hij, in negen van de tien gevallen, niet weet dat er mee gedaan wordt.

's Avonds, zegt de bedrijfseconoom, zit hij thuis en kijkt - wie zou het verwonderen? - naar de televisie. Hij zegt niet veel, zijn vrouw kan niets uit hem krijgen; wanneer er moeilijkheden dagen en de adviseur wordt opgezocht, is zij het, die het woord moet doen. Er is niet veel fantasie toe nodig om, staande voor een dier mastodontische gebouwen die terecht de naam ‘kantoorpaleizen’ dragen, zich voor te stellen hoe zo'n leven verloopt. Alleen al het contrast tussen het imposante bouwwerk waarbinnen hij dagelijks acht uren slijt, met zijn staal en glas, zijn lichte ruime hall, zijn met mozaïeken versierde gangen, met zijn allure van ‘geld speelt geen rol’ (en wat kan men, ook als nederig employé, niet op kosten van de zaak doen: al was het maar met warm water zijn handen wassen of onnodig het licht laten branden, omdat toch niemand de rekening presenteert!) - alleen al het contrast tussen dit alles en de armzaligheid thuis is een thema waarover wij lang en met vrucht zouden kunnen peinzen. Het is gauw gezegd, dat de ‘white collar man’ in een wereld van schijn en prestige leeft, maar neem hem dat maar eens kwalijk, hém die dagelijks heen en weer wordt geslingerd tussen de pracht van zijn arbeidsmilieu, welke hem leert dat ook hij ‘iemand’ is, en de werkelijkheid van zijn piepkleine en gehorig flatje (een werkelijkheid waaraan slechts film en tv. hem kunnen onttrekken). La Rochefoucauld had gelijk: er schuilt meer luiheid in ons hoofd dan in onze handen. Zelfs onze

[pagina 74]
[p. 74]

vrije tijd - en wie zal ontkennen, dat hij ons naar de drempel van een nieuwe wereld voert - blijft nu over ons te richten. Wee de hoofdarbeider, indien slechts een mechanische, dat is in wezen dode, arbeid van hem wordt verlangd!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken