Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Rozemarijntje en Rooie Pier (1947)

Informatie terzijde

Titelpagina van Rozemarijntje en Rooie Pier
Afbeelding van Rozemarijntje en Rooie PierToon afbeelding van titelpagina van Rozemarijntje en Rooie Pier

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.27 MB)

Scans (5.78 MB)

ebook (3.75 MB)

XML (0.19 MB)

tekstbestand






Illustrator

W.G. van de Hulst jr.



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Rozemarijntje en Rooie Pier

(1947)–W.G. van de Hulst–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

XVII. Samen in de grote koets

‘Hè, lekker!.... Zo lèkker!’

Rozemarijntje ligt diep onder de dikke dekens weggedoken, warme, droge kleren aan, en tussen hete kruiken in. Die heerlijke warmte gloeit om haar heen, koestert haar....

O, nòg dieper, nòg heerlijker duikt ze er in. Uit die kou, die verschrikkelijke kou van het wáter heeft ze wild willen wègklimmen en ze kòn het niet. In deze warmte, die heerlijke warmte van het bèd, wil ze almaar dieper wegduiken.... ‘Zo lèkker!’

In het grote, brede bed van Rooie Pier ligt ze, aan de kant van het voorkamertje; - in dezelfde, aardige bedsteê, die net een mooie koets is, en waardoorheen ze eens heeft moeten wegvluchten voor baas Tate.... O, en zo raar! Nu is het soms net, of die grote koets zacht op en neer wiegt, net als een boot op het water; en of ze dan soms heel diep wegzakt en toch weer heerlijk naar boven komt.... En ze is zo moe; haar ogen vallen dicht, en 't is tòch allemaal zo lekker, zo lèkker!....

 

Moeder is gekomen.

De dikke slager is haar alles gaan vertellen. En juist toen hij

[pagina 79]
[p. 79]

op de stoep stond, kwam de dokter thuis, die twee huizen verder dan Rozemarijntje woont.

‘'k Ga wel even met u mee, mevrouw,’ heeft de dokter dadelijk gezegd, om die verschrikte moeder gerust te stellen. En moeder heeft warme kleren voor Rozemarijntje meegenomen, en nog een dikke reisdeken; - de hutspot en de rijst-met-bessensap zijn koud geworden.

Dokter heeft Rozemarijntje de pols gevoeld, haar diep in de ogen gekeken. Hij heeft tegen moeder gezegd: ‘Zij heeft gelukkig geen water binnen gekregen; dat is al een goed ding; maar - zo'n bad in het ijskoude water geeft altijd gevaar voor longontsteking. Ze moet tussen de gloeiende kruiken in. Neen, u mag haar nu niet mee naar huis nemen: dan moet ze wéér door de kou. Laat haar vannacht maar stil bij vrouw Kraak: een keurig mensje, dat weet u wel. Dan kunnen we morgen wel weer verder zien.’

En zo blijft Rozemarijntje nu slapen in de mooie, brede koets van Rooie Pier en zijn keurige vrouw.... Kruiken? Als vrouw Kraak er zèlf niet genoeg heeft, brengen de buren de hunne wel.

Rozemarijntje heeft nog naar het hondje gevraagd, - het hondje van Freekie. Niemand heeft het dier meer gezien; maar de buurvrouw beloofde al, even in het Mosterdpotsteegje naar het dier te gaan vragen.

 

Moeder zit, in het voorkamertje, bij het bed.

Ze kijkt naar haar kind, haar roekeloos kind. Ze schudt zacht haar hoofd, en denkt: ‘Wat dom, wat gevaarlijk, als je nog zo klein ben, met een schuit het water op te gaan.... En, ja, 'k geloof, dat ik het zèlf toch ook zou doen........ Zo'n robbedoes!.... Kijk haar mooie krullen! Ze liggen nu als natte slierten naast haar witte wangetjes te drogen.’

Rozemarijntje zegt niets. Telkens vallen haar ogen toe; maar haar bleke gezichtje gaat toch làngzaam weer aangloeien: haar wangen worden al wat frisser, wat roder.

O, als ze nu eens weggezakt was in dat vreselijke water!....

[pagina 80]
[p. 80]

Als Rooie Pier nu eens niet gekomen was....!

Moeder huivert.

En moeder schuift haar handen onder het dek. Ze zoeken Rozemarijntjes handen. Gloeiend warm zijn die.

Moeder buigt haar hoofd dicht naar Rozemarijntje toe, en sluit haar ogen; fluisterend bidt ze; dankt ze de Heer voor zo wonderlijke redding, voor zo heerlijke bewaring....

‘O, Vader, wij danken U; Rozemarijntje en ik, wij danken U....’

Rozemarijntjes ogen zijn dicht, haar lippen bewegen zacht. En als moes weer opstaat, zegt Rozemarijntje: ‘Moes, ik heb alles verteld; de lieve Heer heeft alles gezien, hè?’

‘Ja, kind.... en de lieve Heer ziet je ook hier, nú, en altijd, en overal. Hij heeft ook gezien, wat Rooie Pier voor jou heeft gedaan.’

‘Ja, moes’.... Rozemarijntjes ogen zijn zo moe: ze vallen weer dicht.

 

Aan de andere zijde van het grote bed ligt Rooie Pier. Bleek; met gesloten ogen; zijn knoestige knuisten gevouwen op het dek.

Dankt hij? Bidt hij?.... Om zijn moede mond is een glimlach.

De deuren aan beide zijden van de grote koets staan open. Vrouw Kraak, in de huiskamer, wènkt moeder, door de bedsteê heen; ze fluistert: ‘Kom mevrouw, ik heb een vers kopje koffie gezet.... Kom maar gauw, dat zal u ook wel goed doen. Je ziet ook bleek van al de narigheid.’

Moeder gaat, door het winkeltje heen, naar de huiskamer. Rozemarijntje dommelt in.

‘Gelukkig maar, dat ze slaapt,’ zegt vrouw Kraak,.... ‘dat is bar best voor zieken.... Nee, nee, en zit er nou maar helemaal niet over in, dat ik er drukte van heb!.... Helemaal geen drukte, hoor! Weet je wat ik nou doe?.... Straks, als 't nacht wordt, neem ik de grote, rieten stoel van Pier, en die zet ik in het voorkamertje, vlak bij Rozemarijntje. En dan neem ik een warme stoof en een lekkere

[pagina 81]
[p. 81]

deken om mijn schouders, en ik laat de kachel lekker doorbranden.... Nou, en dan kan ik het best uithouden. En als het kind dan wat nodig heeft....’

‘Ja, maar, vrouw Kraak,.... je kunt toch niet de hele nacht in een stoel blijven zitten.’

‘Niet?.... Och, ik heb er zo dikwijls gezeten. Vroeger, toen Pier zo erg ziek was, nachten achter elkaar.... En bij mijn jongen ook.’

‘Ja, maar, laat mij dan zèlf hier....’

‘Gebeurt niet, mevrouw! Je gaat lekker slapen thuis, en je laat vrouw Kraak nou maar tobben, hoor!.... Ja, ik heb nog een jongen, een beste, brave kerel. Hij zit nou als matroos ergens in Indië, en ik heb hem in geen anderhalf jaar gezien; maar hij schrijft trouw; - dàt is waar.... En weet je nou, wat ik denk? Och, misschien zit hij ook wel eens in de narigheid, en misschien is er daar in 't verre land ook wel zo'n oud wijfje als ik, of zo'n rare vent als mijn Pier, die goed voor onze jongen is. Nou, en dan zijn we weer krèk gelijk....’

Moeder glimlacht.... ‘Braaf mensje,’ denkt ze.

Rooie Pier hoest. Moeder ziet wel, hoe bezorgd vrouw Kraak de bedsteê inkijkt. Moeder begrijpt dat wel: ‘Voor zo'n oude baas is een bad in 't ijswater nog gevaarlijker dan voor een kind,’ heeft dokter gezegd.

‘Pier, een lekker kopje, hoor! Ja, ja, drink nog maar 'es; lekker warm!....’ Pier drinkt zijn koffie, maar zakt weer neer. Hij is zo moe, zo doodmoe.

‘Beste man!’.... denkt moeder. En al die narigheid, al die zorg, al het gevaar heeft mijn wilde robbedoes de brave mensen aangedaan.

 

Als moeder heengaat, op haar tenen, opdat Rozemarijntje, - die al heerlijk slaapt, de rozen op haar wangen, - niet wakker worden zal, wipt ze nog even naar Rooie Pier toe. Tranen branden in haar ogen, tranen van dankbaarheid. Ze legt haar smalle, blanke hand op de ruige, de knoestige schippersknuisten van Rooie Pier. Ze zegt, en haar stem

[pagina 82]
[p. 82]

beeft: ‘Pier, ik,.... ik dànk je zo, hoor! Ik dank je zo.... Je hebt je eigen leven gewaagd voor mijn Rozemarijntje....’ Pier slaat de ogen op. Hij glimlacht. Hij fluistert: ‘Ja, ja, maar 't was mijn Rozemarijntje óók....!’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken