Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Een Bataafs driemanschap (ca. 1943 )

Informatie terzijde

Titelpagina van Een Bataafs driemanschap
Afbeelding van Een Bataafs driemanschap   Toon afbeelding van titelpagina van Een Bataafs driemanschap

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.22 MB)

Scans (72.18 MB)

XML (0.39 MB)

tekstbestand






Illustrator

Eduard Veterman



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

roman


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Een Bataafs driemanschap

(ca. 1943 )–A.M. de Jong–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 30]
[p. 30]

VI. Op het erf van Ermanarik

Ermanarik, Winfrieds vader, verwonderde zich: het was al half in de voormiddag, en nog was zijn oudste zoon niet naar buiten gekomen. Winfried was geen langslaper. Gewoonlijk was hij het eerst op en bracht Witvoet, zijn vaders paard, naar het wed om het te drenken. Er was bepaald iets met den jongen...

Ermanarik, de vorst van de stam, was een statig man van ongeveer acht-en-dertig jaar. Zijn lange en brede gestalte was kaarsrecht, en hij bewoog zich met een gemak en een sierlijkheid, die bewezen hoe vol kracht hij was. Ondanks de lange, blonde knevel, die zijn mond overschaduwde en hem een krijgshaftig uiterlijk gaf, had hij een buitengewoon vriendelijk gezicht. In zijn blauwe ogen leefde bijna altijd een lach en wie naar hem keek, moest wel van hem houden. En iedereen hield dan ook van hem. Hij was een voorbeeldig man, dapper in de strijd en op de jacht tegen gevaarlijk grof wild, behulpzaam voor ieder, die hem nodig had, voorzichtig en wijs in zijn besluiten, gul met geschenken, en vrolijk bij feestelijke gelegenheden. Tot ver in het rond werd hij door allen geacht en bemind, en ook bij andere stammen stond hij hoog in aanzien om zijn moed en wijsheid. Zijn mildheid was even beroemd als zijn rechtvaardigheid. Maar wie misbruik wilden maken van zijn vriendelijke aard, kwamen bedrogen uit. Want de goedmoedige man met zijn blauwe ogen kon geen valsheid of bedrog verdragen. Hij had veel mensenkennis en keek gemakkelijk door de schijnheiligheid van bedriegers heen. Dan werden zijn ogen donker van toorn; zijn stem kreeg een harde, metaalachtige klank en zijn strenge ondervraging bracht het bedrog spoedig aan het licht. De mensen, in wie valsheid was, vreesden Ermanarik, want zij wisten, dat hij hen doorzag, en dat hij geen genade kende voor hen, die logen en bedrogen.

Als er geschillen waren tussen de leden van de stam, wist

[pagina 31]
[p. 31]

Ermanarik in de meeste gevallen door een goed woord en een verstandige raad de gemoederen te kalmeren en daarna het geschil in der minne op te lossen, zodat beide partijen tevreden naar huis gingen, zonder wrok tegen elkaar en vol bewondering voor den vorst, die altijd een weg wist te vinden, die zijzelf niet gezien hadden. Zeldzaam waren de gevallen, dat er niet naar zijn raad geluisterd werd en het geschil moest worden voorgelegd aan de rechters op de Dingdag, en in het openbaar tot een oplossing gebracht.

Was het wonder, dat Winfried dol op zo'n vader was en trots erop dat hij zijn zoon was? Neen, dat was helemaal geen wonder, en het zou onverklaarbaar geweest zijn, als hij het niet was. Maar de fout van Winfried lag daarin, dat hij zijn voortreffelijken vader beschouwde als een soort persoonlijke verdienste van zichzelf; hij meende, dat wie zo'n vader had, vanzelf óók iets bizonders was, meer dan anderen, en aanspraak mocht maken op een aparte behandeling. Ermanarik wist dat. Hij moest er inwendig om lachen. Maar het maakte hem soms ongerust, en hij liet geen gelegenheid voorbij gaan om Winfried duidelijk te maken, dat hij die dwaze gedachten moest overwinnen. Het was hem tot nu toe niet gelukt, al beloofde zijn zoon ook telkens, dat hij zich beteren zou.

De kleine Erik was met zijn nieuwe boog aan 't oefenen. Hij schoot op een dikke paal, die aan de kant van het erf stond en stampvoette van drift, omdat de pijl telkens zwaaiend door de lucht langs de paal heenvloog: de boog was te zwaar voor zijn kleine handen, en daardoor kon hij de pijl niet de juiste richting geven. Ermanarik keek naar hem en glimlachte om zijn teleurgesteld en kwaad gezicht. Maar hij zei niets en liet hem zijn gang gaan, tevreden omdat hij zijn pogingen niet opgaf, maar hardnekkig telkens weer zijn pijlenvoorraad bijeen haalde en opnieuw afschoot. En eindelijk werd zijn volharding beloond: zijn pijl vloog midden tegen de paal en bleef er trillend in zitten. Erik gaf een schreeuw van vreugde en danste op één been in het

[pagina 32]
[p. 32]

rond.

‘Zag je dat, vader?’ riep hij. ‘Ik heb 'em midden in zijn borst geraakt!’

‘Prachtig!’ antwoordde Ermanarik. ‘Een meesterschot, Erik!... Maar wie raakte je midden in zijn borst?’

‘Het wilde varken immers!’ zei Erik, verwonderd, omdat zijn vader dat niet eens begrepen had.

‘O, juist!’ glimlachte zijn vader. ‘Wees maar voorzichtig, Erik. Wilde varkens zijn gevaarlijke beesten.’

‘Moeder zei: hij had een stuk korenveld platgetrapt en omgewoeld’, vertelde de kleine jongen. ‘En nou loer ik op 'em, en ik heb 'em fijn geraakt! Gaat een wild varken dood, als je'm midden in zijn borst schiet, vader?’

‘Vast wel’, verklaarde Ermanarik. ‘Die zal je moeders koren niet meer vernielen, hoor.’

‘Maar hij heeft nog een wijfje en jongens’, riep Erik. ‘En die ga ik allemaal ook doodschieten!’

Vol ijver greep hij een nieuwe pijl en lei hem op de strak gespannen pees. Maar zijn vader zei lachend:

‘Wacht even, Erik, vóór je die hele wilde-zwijnenfamilie uitroeit... Ga eerst es even naar binnen en zeg tegen Winfried, dat hij dadelijk bij me moet komen.’

‘Hij heeft een blauw oog!’ vertelde de kleine jongen.

‘Zo? Hoe weet je dat?’

‘Ik zag 'et vanmorgen. Maar hij wou niet vertellen, hoe 'et kwam. Hij draaide z'n gezicht naar de wand. Hij was kwaad.’

‘Nou zeg 'em dan maar, dat ie hier komt, blauw ooq of niet.’

Erik rende weg en kwam even later terug.

‘Hij komt, vader.’

‘Goed zo, Erik... En weet je wat jij nou es doen moet?.. Ik heb bij de kippen achter de stal een vos gezien. Jij bent zo'n kranige schutter. Ga jij nou es proberen of je die roodbaard niet te pakken kunt krijgen... De wilde zwijnen zijn toch het bos in gevlucht.’

[pagina 33]
[p. 33]

Erik keek eens rond. Tevreden zei hij:

‘Ja... ze zijn bang geworden, hè, vader?... Nou, die krijg ik een andere keer toch wel... Dan ga ik nou de vos doodschieten.’

Hij trok de pijl uit de paal en ging om het huis heen naar de nieuwe jachtplaats. Hij liep een beetje voorover gebogen en met voorzichtige, sluipende passen, zoals een goed jager betaamt. Ermanarik keek hem zachtjes lachend na. Die kleine wildebras zou het wel leren! Hij aapte alles na, wat hij zag, en hij deed het goed ook!

Kort daarop kwam Winfried over het erf op zijn vader toe, die op een omgehakte boomstam zat te wachten. Hij trok merkbaar met zijn linkerbeen; zijn ene oog zat geheel dicht gezwollen en was blauwzwart aangelopen; ook zijn andere oog was dik en op zijn kaak zat een blauwe plek. Zijn linnen kiel was gescheurd en vuil; ook zijn broek was smerig en vertoonde een grote winkelhaak op de knie. Winfried schaamde zich verschrikkelijk, dat hij zich in zo'n staat aan zijn vader moest vertonen. Hij stond daar met hangende armen en gebogen hoofd, en besloot innerlijk, dat Wolfert ook voor deze schande zou moeten boeten... Het werd een lange rekening, die hij met dezen vijand te vereffenen had!

Ermanarik keek zijn oudsten zoon onderzoekend aan en streek met de hand over zijn brede knevel om zijn glimlach te verbergen. Toen vroeg hij:

‘Gevochten?’

Winfried knikte zonder op te kijken.

‘Zozo... Nou, je hebt geen gemakkelijke tegenstander gehad... Wie was het?’

‘Wolfert.’

Het klonk zacht en beschaamd.

Zijn vader floot zachtjes tussen zijn tanden.

‘Wel’, zei hij dan, ‘het is geen grote schande door Wolfert overwonnen te worden... Of ben je niet overwonnen?’

‘Ja, vader...’

[pagina 34]
[p. 34]

Hij zei het bijna onhoorbaar. Ermanarik verbeet zijn glimlach, en zei troostend:

‘Je zult nog een beetje moeten groeien en je flink oefenen om Wolfert aan te kunnen, Winfried.’

‘Ik zal 'em wel krijgen... wacht maar!’

Er klonk zoveel woede en grimmige haat in Winfrieds stem, dat zijn vader hem opmerkzaam aankeek. Na een korte stilte zei hij, ernstiger dan tevoren:

‘Ga daar es zitten, Winfried.’

Hij wees op een zware boomstronk, die als hakblok dienst deed. Gehoorzaam zette de jongen zich tegenover zijn vader, voorzichtig in zijn bewegingen, omdat alles aan hem nog pijn deed. Ermanarik keek opmerkzaam naar zijn verstoord en wraakzuchtig gezicht. Hij begon te vermoeden, dat dit geen gewone vechtpartij geweest was, en besloot niet te rusten vóór hij precies wist, wat er voorgevallen was.

‘En vertel me nu es, waarom je met Wolfert gevochten hebt.’

‘Hij schold me uit voor lafaard!’

Winfrieds stem beefde van drift, toen hij de zware belediging herhaalde. Zijn vader hief het hoofd op en keek hem verwonderd aan. Zijn gezicht werd ernstiger nog. Hij dacht even na en zei toen:

‘Je had gelijk, dat je dat niet verdroeg. Een vrij man, die op z'n goede naam en op z'n eer gesteld is, kan zich niet ongestraft een lafaard laten noemen. Maar... waarom zei Wolfert dat?... Hij is toch geen jongen om iemand zonder aanleiding zo zwaar te beledigen?’


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken