Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Kruispunt van het verleden (1971)

Informatie terzijde

Titelpagina van Kruispunt van het verleden
Afbeelding van Kruispunt van het verledenToon afbeelding van titelpagina van Kruispunt van het verleden

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.92 MB)

Scans (20.91 MB)

XML (0.33 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Kruispunt van het verleden

(1971)–Dolf Kloek–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 182]
[p. 182]

24

De vreemde situatie op die volgende morgen, toen er zoveel was te verklaren en uit te praten. Daar was de vorige dag niets van gekomen, want nadat haar pols in het ziekenhuis was ontsmet en verbonden, had de baas haar naar huis gereden. Hij had niet gewild dat ze die dag nog op kantoor zou komen, maar gezegd: ‘Komt u als u kunt morgenochtend; we zullen elkaar dan wel het een en ander hebben te vertellen.’

Zo zaten ze dus nu aan weerskanten van zijn bureau, met Lady aan zíjn kant. Lady die haar zoëven kwispelstaartend tegemoet was gekomen, als had ze haar spijt willen betuigen over het partijkiezen dat ze nu eenmaal had móeten doen.

‘U zult het vandaag en de komende dagen eenzaam hebben,’ begon de baas, en ze begreep wat hij daarmee bedoelde. Het ‘verdwijn, voorgoed’ zou bij André geen misverstanden teweeg hebben gebracht. Bleef voor haar alleen de vraag in hoeverre hij tegelijkertijd uit haar privé-leven zou verdwijnen...

Ze vond dat zij moest beginnen met het een en ander te verklaren, en daarom zei ze: ‘Ik heb veel gehoord van wat meneer Buissant gisteren tegen u heeft gezegd. U begrijpt nu misschien wel dat ik nogal gespannen was op wat een keer moest komen, en het zal die spanning wel zijn geweest die me van m'n plaats trok toen ik eenmaal had gemerkt dat er iets gaande was.’

Hij knikte zonder haar aan te kijken.

‘Ik kan u er alleen maar dankbaar voor zijn.’

[pagina 183]
[p. 183]

‘Dat zult u dus niet zijn voor wat u van meneer Buissant over me hebt gehoord. Want dat berust voor het grootste deel op de waarheid, al heeft hij de feiten dan losgemaakt van hun achtergronden. Ik bén met hem met vakantie geweest, in die zin dat we ieder onze eigen hotelkamer hadden. Daarvóór en daarna hadden we op een soortgelijke manier omgang met elkaar, en ik wist dus, omdat hij er me alles van vertelde, dat hij achter dubieuze posten aan zat en daarmee knoeide. Ik wist ook van dat verleden van 'em. Hij vertelde me ervan toen ik hem wel van het mijne moest vertellen, in verband met Frits' ziekte. We stonden dus in zekere zin quitte; “in hetzelfde schuitje varen” noemde hij het. En op grond daarvan, omdat we dus geen van beiden brandschoon waren, kon ik hem niet veroordelen. Pásten we zelfs wel goed bij elkaar, vond ik.’

‘U had hem op grond van die verbondenheid kunnen waarschuwen, door wat u van mij wist.’

‘Ik had u beloofd dat níet te zullen doen. Die belofte woog me zwaarder dan m'n verbondenheid aan hem.’

Ze zei het onomwonden, omdat dit nu eenmaal het moment was waarop tóch weinig verhuld zou blijven.

Hij keek haar nu wél aan; op de manier waarop hij het vlak na zijn terugkomst uit Zweden had gedaan.

‘En die bungalow? Ik neem aan dat u dat ook hebt gehoord.’

Ze sloeg haar ogen niet neer, en ze bleven elkaar dus aankijken toen ze vertelde: ‘Zoals ik al zei maakte hij de dingen los van hun achtergronden. Dat was in dit geval mijn onrust, het kwijt zijn van m'n bestemming. Frits was me afgenomen. Ik was radeloos en tegelijkertijd opstandig. Voor m'n verdriet, m'n ellende vluchtte ik, in uitstapjes met André bijvoorbeeld, en in m'n opstandigheid daagde ik de-

[pagina 184]
[p. 184]

gene uit die me m'n taak uit m'n vingers had getrokken. Als ik dan geen taak waard was zou ik alles heel gemakkelijk nemen. Een beetje liefde geven in ruil voor een zorgeloos leventje.’

‘Échte liefde?’

‘Nee.’

Een lange stilte, waarin hun blikken elkaar loslieten; misschien omdat ze bepaalde gevoelens, die buiten de ‘openbare’ onthulling vielen, niet aan elkaar kwijt wilden.

Dan zíjn relaas, waarmee hij langzaam, nog wat zoekend naar zijn woorden, begon.

‘Tja, dat wat komen moest. U wist dus ... ik had u verteld van de maatregelen die ik zou nemen om bepaalde karaktereigenschappen van Buissant te toetsen. Hij trad bijvoorbeeld nogal agressief op in de zaak, en dat is ... daarvan ben ik om bepaalde redenen niet gediend. Dat heb ik hem ook meermalen duidelijk gemaakt. Bovendien had ik de indruk, bij gebrek aan bewijsmateriaal alleen maar een índruk, dat hij wel eens een beetje goochelde met cijfers. De dubieuze posten waren wat dat betreft een makkelijk object. Dat wist ik net zo goed als hij, en daarom heb ik vooral op dat terrein m'n strikken uitgezet. Met een stuk of wat lui was ik tevoren tot een voor hen erg gunstige regeling gekomen, ziet u, en als tegenprestatie zouden ze mij laten weten of en voor hoeveel Buissant bij hen had aangeklopt. Gelden die ze van mij prompt weer zouden terugkrijgen.’ ‘Maar als ze dan toch kónden betalen, waarom hebt u ze dan niet...’

‘...niet geprest om het te doen, wilt u zeggen. In de eerste plaats wil het feit dat ze voor een paar weken wat contant geld kunnen missen niet zeggen dat ze er financieel niet héél moeilijk voorstaan, en in de tweede plaats ... is

[pagina 185]
[p. 185]

er nog een factor die ik liever niet noem. Maar ik kreeg dus in de afgelopen week een stuk of wat opgaven die niet klopten met de boekingen van meneer Buissant. Waarmee was bewezen dat het heerschap, behalve dat hij zich niet aan mijn instructies had gehouden, inderdaad geld had verduisterd.’

‘Heeft hij het toegegeven? Ik kwam pas toelopen toen ... toen het praten nogal luidruchtig werd.’

‘Hij heeft het toegegeven, ja. Maar hóe. Brutaal, arrogant. En toen zijn verweer. U erin betrekken. Met als slot dat van uw kind, waardoor ik buiten mezelf raakte...’

In de stilte die nu volgde drong iets merkwaardigs tot haar door. Een subtiliteit die misschien geen enkele betekenis had. Hij had niet gezegd: ‘Dat van Frits,’ maar: ‘Dat van uw kind.’ De eerste keer dat zij ook meetelde...

‘En wat gaat er nu gebeuren?’, verbrak ze de stilte tenslotte met een nuchtere vraag.

‘In de zaak voorlopig niets. Ik ga zeker het eerste halfjaar niet meer op reis, zodat ik al m'n tijd kan besteden aan de interne dingen. De situatie dus zoals we die hadden vóór de komst van meneer Buissant. En met ons beiden persoonlijk... Voor mij verandert er eigenlijk niets. Alleen voor u. Tenzij...’

Ze schudde haar hoofd.

‘Er is geen “tenzij”. Voor hem waarschijnlijk niet, en voor mij zéker niet.’

‘Dus u gaat andere dingen zoeken om in te vluchten en uit te dagen.’

Ze haalde haar schouders op. Even leek het erop of het hele complex van verdriet, van eenzaamheid, van miskenning weer op haar kwam aanstormen. Maar ze stopte het voorlopig af met een laconiek: ‘De tijd zal wel leren wat

[pagina 186]
[p. 186]

het wordt.’

Ze keken elkaar nog één keer op een bepaalde manier aan. ‘Net of we allebei nog iets verzwegen hebben,’ bedacht ze.

‘Zullen we dan nu maar overgaan tot de dingen van de dag?’, vroeg hij.

Ze knikte.

‘Nog graag één vraag. Laat u hem vervolgen?’

‘Nee. Hij hoeft me ook niet terug te betalen wat hij zich heeft toegeëigend. Hij beschouwt het maar als compensatie voor wat er met hem gebeurd zou zijn als u niet tussenbeide was gekomen. Ook hij en ik zijn dus quitte, zullen we maar zeggen.’

Hij zei dat laatste op een eigenaardige toon, maar daar stond ze niet lang bij stil.

De dingen van de dag waren aan de beurt.

 

Twee dagen later kreeg ze een aan haar eigen adres gerichte brief van André. Die brief begon met ‘Lieve Kiki’, en ging verder:

‘Als je deze brief krijgt is er een boel achter de rug, wéét je ook een boel en vraag je je misschien af waar ik het lef vandaan haal om “lieve Kiki” te schrijven. Maar in de eerste plaats ben ik brutaal, dat weet je wel, en in de tweede plaats mag ik toch wel schrijven wat ik meen. Goed, ik heb je in m'n kippedrift bekladderd. Zelfs zó dat ik het “verdwijn” van de baas ook maar zal beschouwen als komende uit jóuw mond. Maar dat alles neemt niet weg dat ik je lief vind, op welke gekke manier dan ook. Nee, 't is geen liefde waaraan ik kapot zal gaan. Daarvoor zijn m'n gevoelens te elastisch, in de verkeerde
[pagina 187]
[p. 187]
zin van het woord. Ik krijg wel weer nieuwe kansen om van te profiteren. Werk, misschien een vriendinnetje dat bijna zo mooi is (net zo mooi kan nou eenmaal niet) als jij. En op een keer gaat alles misschien fout met me, wie weet zó fout dat ik mezelf niet meer de kans geef verder te gaan, laat staan anderen om me te straffen. Maar zelfs op dat laatste moment, vooropgesteld dat het ooit komt, zal ik jou voor me zien zoals je in Scheveningen (nee, niet aan de Costa Blanca; toen had je niet dat kinderlijke) met me langs het strand liep. Good luck, Kiki, en bedankt!’

Het verbijsterde haar even, want van alle ‘gezichten’ die André haar had getoond was dit het vreemdste.

‘Zoals je in Scheveningen met me langs het strand liep.’ Die voorjaarsdag waarop ze zich inderdaad erg jong had gevoeld...

Bij zijn afscheid herinnerde hij het zich en hij zou het, wist ze heel zeker, zich altíjd blijven herinneren.

Dat was het vreemde van dit gezicht.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken