Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De mooiste verhalen (1988)

Informatie terzijde

Titelpagina van De mooiste verhalen
Afbeelding van De mooiste verhalenToon afbeelding van titelpagina van De mooiste verhalen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.20 MB)

Scans (17.31 MB)

ebook (3.04 MB)

XML (0.47 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bloemlezing
verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De mooiste verhalen

(1988)–Olaf J. de Landell–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 212]
[p. 212]

Schervengericht

Dit hele verhaal had nooit kunnen gebeuren, als Ben er niet bij was geweest. Ben is een vreemd wezen, ik denk soms dat hij kan toveren. Terwijl hij bij me op bezoek was, kwam Carlotta binnen. Carlotta is bijna voortdurend gillend-enthousiast over iets. Ze liet ons een scherf zien met streepjes erop. Het wond me niet op. Maar Ben zei: ‘Heel oud. Zestiende eeuws Duits.’

‘Er wordt bij Dalburg een stuk moeras uitgegraven, voor een bouwwerk,’ zei Carlotta. ‘Je vindt er énige dingen!’ Ben wou er direct naar toe. We gingen dus. Het stuk land zag er gewoon uit, een beetje klef - wat màg voor een gewezen moeras. Carlotta wierp zich juichend uit de auto en greep een kluit aarde waar niets in zat. Ben stond stil, en hief in een raar priesterlijk gebaar zijn handen. Hij sprak: ‘Aarde, openbaar uw waarde! Scherven, laat uw lied beërven! Kralen, laat u uit d'aarde halen! Schatten, laat u vatten!’ Carlotta stond eerbiedig stil met vuile grijpers en ik knikte beleefd. Ik meende aarde, scherven, kralen en schatten te horen lachen. Maar Ben boog zich voorover met de rapheid van een merel die wurmen trekt, en hàd iets. ‘Kijk,’ zei hij, ‘vijftiende eeuws. Bodem van een wijnkannetje.’ Het was grauwig, met een golfrandje. Hij schoffel-

[pagina 213]
[p. 213]

de met de achterpoten als een kip, en pikte weer iets. ‘Nee, dit is gewoon een stuk fles.’ Maar reeds bukte hij nogmaals, en wroette kort en fel in de kluiten. ‘Néé, maar!’ zei Ben. ‘Een stukje van een baardman.’

Ik kreeg kippevel, want het klonk zo wreed. Maar een baardman bleek zo'n kruik te zijn met een baardig gezichtje erop. Carlotta lispelde aan mijn oor: ‘Zou die spreuk echt helpen?’ En ik zag haar nadenken, hoe het ook weer was geweest. Ze bleef dicht bij Ben, en keek met naaldogen om ook prachtige dingen te beërven, te halen of te vatten. Ben vond wel vijf stukjes baardman, en wij dachten dus dat hij nu wel even kon gaan lijmen om een hele baardman samen te flansen. Maar nee - het waren stukjes van verschillende baardmannen - waarschijnlijk had daar vroeger een slordig baardmanvolk geleefd. Er was duidelijk verschil in kleur en glazuur, hij toonde het ons: zestiende eeuw, zeventiende eeuw. Toen bukte hij zich zo gretig dat ik meende, hem over de kop te zien slaan. ‘Een kráál!’ juichte hij. ‘Een prachtig specimen!’ Hij wriemelde het stof eraf. ‘Vroeg Frankisch derde eeuw - Keltische invloed!’

We waren suf van geestdrift. ‘Hoe was dat versje ook weer?’ polste Carlotta. ‘Dat was een formule,’ zei Ben. ‘Een soort oproeping.’ Maar toen kregen we de schok van de ochtend. ‘Wàt was een oproeping?’ vroeg een hevige stem achter ons. Daar stond een strenge politiejongen in een zwart uniform. Ben, propvol baardmannen en kralen en eeuwen, probeerde te groeten zonder verlies van bezit. ‘Wèlke oproeping?’ informeerde de agent. Ben legde zijn schatten ter aarde, spreidde de handen weer zo gewijd en herhaalde: ‘Aarde, openbaar uw waarde! Scherven, laat uw lied beërven! Kralen, laat u uit d'aarde halen! Schatten, laat u vatten!’

‘U màg hier helemaal niet rapen!’ zei de agent, en bukte zich naar een kogeltje van klei. ‘Een knikker,’ zei Ben. ‘Zeventiende eeuw, Utrecht.’

‘Het wordt toch allemaal weggegooid!’ kefte Carlotta.

‘Als men hier serieus onderzoek wilde verrichten, ging men niet met een bulldozer te werk,’ voegde Ben erbij. ‘Er wordt hier onverantwoordelijk geronzebonsd!’ De agent bukte zich nogmaals. ‘Dàt is zeer bizonder,’ verklaarde Ben. ‘Een detail van een traanglaasje. Eerste eeuw - lijkt me romeins.’ De agent stond stil en knikte cynisch. ‘Aarde, openbaar uw waarde!’ herhaalde hij.

[pagina 214]
[p. 214]

‘Scherven -’ ‘Laat uw lied beërven,’ hielp Ben, maar de agent was een do-it-selver. ‘Kralen, laat u uit de aarde halen,’ vulde hij aan, ‘schatten, laat u vatten!’ Hij had goed geluisterd. Meteen bukte hij zich weer. Een donker geribbeld stukje scherf lag in zijn hand. ‘Tiende eeuw, Rijnstreek,’ zei Ben, die zelf ook iets raapte en bekeek.

‘Dit is een verbaal-boekje, twintigste eeuw,’ legde hij uit.

‘Dat is van mij!’ zei de agent.

‘Hé, dat zou kunnen!’ gaf Ben toe. ‘Geeft u even een beschrijving.’

Maar de agent bitste: ‘Geef op!’ Meteen stootte zijn voet tegen iets. Hij boog zich nogmaals. Het was een bruine tegel met oude letters erop.

‘Zestiende eeuw,’ zei Ben. ‘Er staat op: “De laffe doet niet dan blaffen.”’ De agent kreeg een kleur.

‘Ik moet nodig de aardappels gaan opzetten,’ zei Carlotta.

‘U blijft hier,’ besliste de agent. Hij bukte zich en raapte nog een stukje steen op. ‘Ook zestiende eeuw,’ zei Ben. ‘Een haardtegel. Er staat op: ‘Godt help de soeckenden.’ Hun ogen ontmoetten mekaar. ‘U had nooit die formule moeten opzeggen,’ waarschuwde Ben. ‘Dat wendt zich tegen u.’ Hij raapte ook iets. ‘Een ballpoint, twintigste eeuw -’ Hij gaf hem meteen maar aan de agent. Die vond een ovale scherf, lichtbruin. Hij draaide het ding, om te lezen. ‘De magtige moet tot voorbeildt strecken,’ las hij.

‘Je zou toch zeggen!’ zuchtte Carlotta. ‘Énig, hè? Ik bedoel - eh -’

‘Gaat u maar naar huis,’ zei de agent. ‘En als u wilt zoeken, zal ik wel zeggen, dat ik het heb toegestaan.’

En we gingen. Maar begrijpen doe ik het nog altijd niet.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken