Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De mooiste verhalen (1988)

Informatie terzijde

Titelpagina van De mooiste verhalen
Afbeelding van De mooiste verhalenToon afbeelding van titelpagina van De mooiste verhalen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.20 MB)

Scans (17.31 MB)

ebook (3.04 MB)

XML (0.47 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

bloemlezing
verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De mooiste verhalen

(1988)–Olaf J. de Landell–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 271]
[p. 271]

Tovertante

Toen ik enkele dagen geleden tante Merlina tegenkwam, viel mij iets op. Zij zag er uitzonderlijk fleurig uit; maar dat was het niet. Nee, haar ogen - waren die zo zwaar opgemaakt?... Wat gek! Per slot van rekening is zij toch geen achttien meer... Maar nee, die ogen waren niet opgemaakt. Die straalden met een innerlijke gloed; en ik kan niet zeggen, dat het leuk was. Als ze je aankeek, was het alsof ze een zoeklicht naar je richtte en nog raak schoot ook. Bah, wat een rare ogen had tante Merlina! Mijn moeder zou zeggen: ‘Ze hééft weer wat!’ en daaraan viel ditmaal niet te twijfelen.

Ik wou er niet dadelijk iets van zeggen - ik probeer toch al vele jaren, heer te zijn; en iets moet daarvan zijn blijven hangen. Maar kijk, haar glimlach was ook anders, die was vroeger een tikje preuts, zo echt niet-van-harte. Nu was hij van alle harten, en daarbij min of meer smartelijk. Wat natuurlijk heel goed samengaat.

Ook daarover wilde ik niet subiet spreken. Ik vroeg dus, hoe het haar ging. ‘Bèst!’ zei ze. En haar stem had een intonatie, die mij als het zingen van een theeketel in de oren bleef hangen. Ik wist trouwens niet zeker, of mijn eertijds zeer ontoeschietelijke tante Merlina zelf had gesproken, of dat de boom achter haar ‘best’ had gesouf-

[pagina 272]
[p. 272]

fleerd. Het was haar eigen ouwe trouwe stem niet.

Maar toen, terwijl ze me weer in haar zoeklichten liet vastlopen, zei die elektrisch versterkte fluwelen stem: ‘Zie je niets aan me?’ en ik was zó getroffen, dat ik niet kon liegen. Een heet moment dacht ik: ‘Hemel, het ís tante Merlina niet! Ik heb weer es een wildvreemde dame aangeknikt!’

Ze boog zich naar me over. Ik voelde een bizarre hitte tegen mijn wang glimmen, terwijl ze nog ver genoeg weg was. ‘Ik studeer voor heks,’ fluisterde ze; en glimlachte weer zo fenomenaal.

‘Zóóó,’ antwoordde ik, te beleefd om te grinniken, en half overtuigd.

‘Het is héérlijk!’ lispelde ze, met een gewurgde jubel in haar stem. ‘Ik hoef niets meer te kopen, ik maak alles zèlfl...’

Ik knikte maar; er liepen mensen voorbij, die belangstellend keken naar ons gefluister.

‘Zal ik die politieagent omtoveren tot een aapje?’ stelde tante Merlina voor.

Nog daargelaten, dat ze daar niet veel moeite aan zou hebben (ik vermoedde dat het een van de eerste opgaven uit de cursus moest zijn), schokte me het feit, dat ze mijn wensen zo trefzeker wist te doorgronden.

‘Néé,’ zei ik duidelijk.

‘Hè,’ stribbelde tante teleurgesteld tegen. ‘Of zal ik je een zak vol guldens geven?...’

Maar ik wist uit mijn kinderboeken van weleer, dat het dan later toch dorre bladeren waren, of schijfjes wortel. ‘Dank u,’ zei ik dus.

‘Je wilt ook niets,’ gromde ze. ‘Je bent precies je moeder!’

Dat leek me juist veilig.

‘Doorlopen daar!’ beval de agent.

‘Waardoor,’ wilde tante weten, ‘door een erepoort?’

‘Voor mijn part,’ gaf de agent royaal toe.

‘Voor jouw part door een erepoort,’ zei tante Merlina, en om haar heen ontsproot een erepoort, die boven haar toverhoofd de takken vouwde, ‘en voor mijn part door de hel.’ En ze stapte door gillende, metershoge vlammen, zodat de agent en ik opzij moesten springen en tegen mekaar opvlogen.

‘Wie ís dat?!’ informeerde de agent dringend en greep naar zijn zakboekje.

[pagina 273]
[p. 273]

‘Weet ik niet,’ zei ik. ‘Ze vroeg de weg.’

‘Ik ben al weg,’ kakelde tante Merlina, die gewichtloos op de pet van de agent zat uit te kijken naar verkeersknopen.

‘Tante Merlina,’ wees ik haar kies terecht, ‘een heks is geen dame.’

‘Nee, Goddank,’ gaf ze toe, ‘dat is een hele bevrijding!’ Ze stapte op de lucht en fietste weg.

‘Zei u heks?’ vroeg de agent.

‘Ja,’ bevestigde ik.

Hij blikte me nadenkend aan. ‘Heksen bestaan niet,’ zei hij toen.

‘Dames zijn ook schaars,’ antwoordde ik.

Hij moest daarover even peinzen en knikte, waarna hij het verkeer ging ontknopen. Maar ik loop nu aldoor te denken: ‘Wàs het tante Merlina wel? Want die zou niet willen aflaten van het dameschap.’ Tenslotte heb ik haar vanmorgen opgebeld.

‘Met mevrouw De Wilde,’ zei ze; net als altijd.

‘Tante Merlina,’ zei ik, ‘bent u een heks?...’

‘Een hèks!...’ herhaalde ze ontzet. ‘Wat ben je toch een afschuwelijk mens, je bent precies je moeder!... Nee, waarom - - zou ik - - géén heks zijn?? hahahahaha!’ en daar knakte er iets in de telefoonlijn.

Ik denk dat ik haar verder maar uit de weg ga.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken