Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De wereld in! Serie 2. Deel 4 (1912)

Informatie terzijde

Titelpagina van De wereld in! Serie 2. Deel 4
Afbeelding van De wereld in! Serie 2. Deel 4Toon afbeelding van titelpagina van De wereld in! Serie 2. Deel 4

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.60 MB)

PDF van tekst (5.52 MB)

Scans (55.16 MB)

XML (0.17 MB)

tekstbestand






Genre

jeugdliteratuur

Subgenre

verhalen
non-fictie/schoolboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De wereld in! Serie 2. Deel 4

(1912)–Jan Ligthart–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 139]
[p. 139]

27. Een beetje aardrijkskunde, en dan naar bed.

illustratie Willem wou, dat hij ook een Javaan was, dan kon hij mee gaan op de olifantenjacht.

‘Wel kereltje!’ zei Oom. ‘Als jij een Javaantje was, dan zou je net zoo min olifanten zien als nu.’

‘Ja maar Oom, dan ging ik het bosch in!’

‘En dan zag je ze nog niet - want op Java zijn geen olifanten.’

‘En u hebt toch gezegd, dat ze in de Oost zijn?’

‘Zeker, maar Java is de heele Oost niet.’

Daar begreep Willem niets van. En Dina evenmin, ofschoon die al tien jaar was.

‘Heb je,’ vroeg Oom aan Dina, ‘op school nog niets van de Oost geleerd?’

‘O nee,’ was 't antwoord, ‘daar leeren we pas in de hoogste klas wat van.’

‘Nu, dan zal ik je er wat van leeren, maar ik kan het niet zoo fijn als de meeter, hoor! En vertel het maar niet aan je meester, anders lacht hij me nog uit.

[pagina 140]
[p. 140]

Nu kijk’ - en Oom Jan teekende een figuurtje - ‘hier heb je Java.’ Ik zal den naam er in schrijven. Dat is een eiland. Weet je, wat een eiland is?’

O ja, een stuk land midden in 't water - dat wisten ze heel best.

‘Nu goed. Maar dat eiland Java is een héél gróót

illustratie

eiland, véél grooter dan ons heele land. Zul je 't onthouden? Dat is dus Java. Niet Jamoe, maar Java.’

‘Ja Oom!’ zei Willem.

‘Neen, niet Ja Oom! maar Java! - En nu weer verder. Dit is nog een eiland’ - Oom teekende het weer - ‘en dat heet Sumatra.’

‘De naam er weer in - best! En nu komen er nog twee: Borneo en Celebes. Hier heb je ze.’

‘Dat zijn nu de vier grootste eilanden van onze Oost. Maar nu komen er nog een troep kleintjes. Die weet ik niet allemaal uit mijn hoofd. Maar ik zal er maar zoo'n

[pagina 141]
[p. 141]

handjevol op gooien.’ En Oom maakte weer kringetjes. ‘Dat zijn de Molukken.’

‘Nu, er zijn er nog een boel meer. En al die eilanden met elkaar maken nu onze Oost. Dus als iemand zegt, dat hij naar de Oost gaat, mag je wel vragen naar welk eiland, want anders weet je nog niet, waar hij zitten zal.’

‘En waar zitten nu de olifanten, Oom?’ vroeg Willem.

‘O ja, die zijn alleen maar op Sumatra en Borneo. - En op de Molukken, daar groeien de muskaatnoten en de kruidnagelen en de peper - allemaal specerijen, daarom noemen ze de Molukken ook wel de Specerijeneilanden.’

‘En zijn er op Java tijgers, Oom?’

‘Nou, asjeblieft! En krokodillen ook!’

‘En waar wonen de apen, Oom?’

‘Die wonen overal. Die heb je zelfs in ons land. Of ben jij niet een kleine aap van een jongen?’

Dina nam het papiertje, waarop Oom geteekend had, van de tafel en bekeek het nog eens. Daarbij zei ze de namen van de eilanden op: Java, Sumatra, Borneo, Celebes, en de Molukken. Ze vond het zoo leuk, als ze iets wist, dat pas in de hoogste klas geleerd werd.

En daarom maakte ze, dat ze gauw die namen uit het hoofd kende. Het landkaartje vouwde ze op, om het te bewaren.

[pagina 142]
[p. 142]

‘En nu naar bed, kinderen!’ zei Moeder.

‘Hè Moe!’

‘Neen Willem, niet zeuren. Kijk eens naar de klok!’

Willem keek. 't Was bij negenen. Ja, dat was laat voor hem. Hij zeurde dus niet langer, zei goeden nacht, en liet zich door Moeder naar bed brengen.

Toen Moeder hem uitkleedde, zei Willem: ‘U bent net een wijfje van een olifant, hè Moe? Die past ook zoo goed op haar kinderen.’

‘Ja, ja, en jij bent net een klein aapje, je praat alles maar na.’

Toen Dina en Toosje in bed lagen, zei Dina: ‘Weet je, waar dat eene eiland net op leek? Net op een spin.’

‘Welk bedoel je?’ vroeg Toosje.

‘Och, dat eene, hoe heet het ook weer!’ En Dina noemde op: ‘Java, Sumatra, Borneo - o ja, Celebes!’

‘Wat kan jij ze al goed!’ zei Toosje.

‘Wil ik ze jou ook leeren?’

Ja, dat was leuk. En nu speelden ze schooltje in bed.

Willem lag een eind verder in een ander bedje, maar hij wou toch ook meedoen. Dan moest Dina wat harder praten. En ze riep met luide stem: Java. Willem zei het duidelijk na. Maar spoedig ging de deur open, en kwam Vader eens om het hoekje kijken.

‘Ga jullie nu gauw slapen, kinderen?’

‘Ja Va!’ En lachend kropen ze onder de wol.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken