Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Itinerario, voyage ofte schipvaert naer Oost ofte Portugaels Indien 1579-1592. Deel 3 (1934)

Informatie terzijde

Titelpagina van Itinerario, voyage ofte schipvaert naer Oost ofte Portugaels Indien 1579-1592. Deel 3
Afbeelding van Itinerario, voyage ofte schipvaert naer Oost ofte Portugaels Indien 1579-1592. Deel 3Toon afbeelding van titelpagina van Itinerario, voyage ofte schipvaert naer Oost ofte Portugaels Indien 1579-1592. Deel 3

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

Scans (28.39 MB)

XML (0.97 MB)

tekstbestand






Editeurs

C.P. Burger jr.

F.W.T. Hunger



Genre

non-fictie

Subgenre

reisbeschrijving
non-fictie/koloniƫn-reizen


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Itinerario, voyage ofte schipvaert naer Oost ofte Portugaels Indien 1579-1592. Deel 3

(1934)–Jan Huyghen van Linschoten–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 301]
[p. 301]

Bibliographie en lijst van aangehaalde werken

[pagina 303]
[p. 303]

Bibliographie

De Bibliographie van de Beschryvinghe is gegeven door P.A. Tiele als onderdeel (Tome III) van het Itinerario in zijn ‘Mémoire bibliographique sur les journaux des navigateurs Néerlandais’, blz. 83-103. Daarin zijn twee wijzigingen aan te brengen. 1o. De Beschryvinghe was in de oorspronkelijke uitgaaf niet tome III van het werk, maar eene toevoeging aan het eerste deel, het reisverhaal. 2o. De Beschryvinghe is slechts voor een deel (Guinea enz.) het werk van Bernardus Paludanus. De Beschryvinghe van America is samengesteld door Jan Huygen van Linschoten.

E.W. Moes heeft in De Amsterdamsche Boekdrukkers en uitgevers in de 16e eeuw (dl. II blz. 128 en v.) de titelbeschrijvingen gegeven van de uitgaven die tot de 16e eeuw behooren. Ook hij stelt op gezag van Tiele het geheele werk op den naam van Bernardus Paludanus.

In de uitgaaf van het Itinerario, het eigenlijke reisverhaal, in twee deelen, door de Linschoten-Vereeniging (werken no. II) is alleen van dat reisverhaal eene bibliographie gegeven, door W. Nijhoff. Wanneer door toevoeging van dit derde deel, en daarna van het Reysgeschrift deze uitgaaf zal zijn uitgebreid tot het geheele werk, dan zal daarbij eene nieuwe bibliographie van het geheel zeker niet mogen ontbreken. Zoolang deze er niet is, kunnen we voor de Beschryvinghe volstaan met de verwijzing naar de werken van Tiele en Moes.

In aansluiting aan de volledige bibliographie zal ook werk moeten worden gemaakt van eene volledige uitgaaf der prenten en kaarten, en eene beschrijving van al wat daarop betrekking heeft.

Bij de oude uitgaaf van het Itinerario geeft de ‘Inhout’ een ‘Register van de Figueren ende Caerten’, (34 platen en de zes kaarten), tevens ‘tot een memorie vande Boeck-binders’. Daarna gaf de uitgever achter den tekst op een afzonderlijk blad nog een ‘Waerschouwinge voor de Boeckbinders’, eene herhaling van dat ‘Register’ met kleine verbeteringen en aanvulling, en eene dubbele aanwijzing voor plaatsing van de Caerten ‘in d'Itinerario’, ‘ofte oock wel in 't tweede deel int Reysgheschrift by de navigatien, nae 't ghelieven vanden cooper’ (35 platen en de zes kaarten’). Tiele en Nijhoff volgden deze opgaaf met eene correctie (36 platen).

[pagina 304]
[p. 304]

Tiele vermeldt bovendien (bl. 103) eene afzonderlijke uitgaaf van een reeks van deze platen, 29 in getal, onder den titel ‘Icones et habitus Indorum ac Lusitanorum per Indiam viventium’. Hij kende er slechts één exemplaar van. Elke plaat had een gedrukten tekst van 9-14 regels, aan het Itinerario ontleend.

In deze reeks waren, blijkens titel en aantal, niet opgenomen de afbeeldingen van Mossambique, Goa, S. Helena (2 st.), Ascencion en Angra. Deze vormen een eigen groep, en er zijn aanwijzingen, dat ook hiervan een afzonderlijke uitgaaf het licht heeft gezien. De afbeeldingen van Mossambique en Ascencion hebben, volgens de opgaaf van Tiele (Mémoire blz. 87, 88 sub a en kk) en Nijhoff (deze uitg. II blz. 255, 257), op de keerzijde een beschrijving in letterdruk, in hoofdzaak natuurlijk met die in het Itinerario overeenkomend, maar toch gedeeltelijk in andere woorden. Zoo wordt bij Ascencion verteld: ‘Die Bergen deses Eylands zijn root gelijck een Bolus.’ De beschrijvingen verwijzen ten slotte den lezer voor ‘meerdere onderrichting’ naar ‘het boeck, fol. 6 int 4. Capittel’, resp. (van Ascencion) ‘int boeck, fol. 141.’

Hebben we hier te doen met prenten, voor invoeging in het boek op de aangegeven plaats bestemd? of met prenten voor afzonderlijke uitgaaf? Deze laatste veronderstelling wordt wel bevestigd door een nieuwe vondst. De heer W.A. Engelbrecht bezit een stel losse kaarten, waarvan er twee, namelijk de groote afbeeldingen van Goa en Angra, eveneens een gedrukten tekst op den rug hebben.

‘Een cort relaes op de Stadt ende het Eylandt Goa’ komt in hoofdzaak overeen met cap. 28 van het Itinerario, maar anders geredigeerd. Het beslaat 8 kolommen, kleiner dan die in het Itinerario, en in veel grootere letter. Het eindigt met deze verwijzing: ‘die meer van dit Eylandt ende Stadt, als oock het omligghende landt begheert te weten, lese myne Itinerario ofte Schipvaert van Oost Indien, als oock het boeck gheintituleert l'Asie de Ioan de Barros, Cronijck schryver ende Raets heer des Conincks van Portugael, in zijn 2. Deca. int 5. boeck, int eerste ende tweede Capittel, alwaert int besonder, en seer warachtelijcken gehandelt wert, salder goede satisfactie kryghen, etc. FINIS.’ De acht kolommen tekst staan op de rugzijde van de onderhelft van de prent, zoo dat ze, wanneer men deze omvouwt, rechtop voor den lezer komen te liggen, en als de prent verder met zorg van rechts en links wordt dicht gevouwen, vier bladzijden vormen van 2 kolommen elk, het geheel juist op het folio-formaat.

‘Vande Vlaemsche Eylanden ende de Stadt Angra’ is een tekst van gelijken omvang, ook in 8 kolommen, op te vouwen als 4 bladzijden folio. De inhoud komt weer - ook weer niet letterlijk - overeen met cap. 97 van het Itinerario. Eene verwijzing naar het boek of andere bronnen vind ik hier niet.

[pagina 305]
[p. 305]

Deze twee groote prenten zijn bewaard met de beide kaarten van den Indischen Oceaan en de prent met landverkenningen van Sint Helena. Alle zijn slordig gevouwen geweest en op de vouwen slordig gerepareerd; blijkbaar hebben ze in een verwaarloosd boek gezeten. Maar groote waarde hebben ze voor ons als aanwijzing van een afzonderlijke uitgaaf, en als zelfstandige beschrijvingen, blijkens de woorden ‘myne Itinerario’ door Linschoten zelf gesteld.

Bij zorgvuldig doorzien van een aantal exemplaren van Linschotens boek vind ik in het Amsterdamsche exemplaar van de uitgaaf van 1604/1605 de beide teksten terug, ten minste half. De beide groote prenten zijn op twee bladen gedrukt, en hier zijn ze beide samengesteld uit een linksch blad met, en een rechtsch zonder tekst.

Zouden we nu moeten besluiten dat deze groote prenten met tekst juist in die latere uitgaaf behooren, evenals Tiele aannam dat de beide hem bekende alleen in de uitgaaf van 1596 en niet in de latere behoorden?

Neen, in de meeste exemplaren, ook van de vroegere uitgaaf, staan al deze prenten met onbedrukte keerzijde. We mogen zeker besluiten tot een afzonderlijke uitgaaf van deze prenten met opgedrukte beschrijving. En zoo kunnen ook van de beide afbeeldingen van Sint Helena nog wel exemplaren met beschrijving voor den dag komen.

Over deze reeks van zes topographische prenten, op verschillende tijden geteekend, en voorzien met eigen opdrachten aan verschillende hooggeplaatste personen, mogen we ten slotte verwijzen naar Robidé van der Aa, Itinerario I blz. XXIX.

Met de beschrijving van de prenten en kaarten in het Itinerario, en in afzonderlijke uitgaaf, zal de taak van den bibliograaf iconograaf nog niet zijn afgedaan. Hij zal ook hebben te letten op navolgingen in andere uitgaven van het Itinerario, die wellicht ook in teekeningen of meedeelingen van Linschoten hun oorsprong hebben, en ook op de afbeeldingen op de Plancius-kaarten en in het Caertthresoor, blijkbaar aan Linschoten ontleend. Enkele aanwijzingen die ik vond, gaf ik vroeger in Het Boek 1924 blz. 79.

C.P.B. Jr.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken