Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Bloemlezing uit de bundel Uyt-spanningen (1971)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.92 MB)

XML (0.31 MB)

tekstbestand






Editeur

P.J. Buijnsters



Genre

poëzie

Subgenre

bloemlezing
gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Bloemlezing uit de bundel Uyt-spanningen

(1971)–Jodocus van Lodenstein–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 61]
[p. 61]

II. Deel
Behelsende eenige / Aandagten / over bysondere / Geestlijke Stoffen.

[pagina 63]
[p. 63]

Toe-Tred tot 's Heeren H. SacramentGa naar voetnoot*

 
Ick dagt sou 't hert beset met so veel sonden
 
Opdringen tot dat Heyl / en daar genaGa naar voetnoot2
 
Verwagten? beyd wat! niet so stout / want draGa naar voetnoot3
 
Vond ick mijn siel van 't heylig Regt verslonden.Ga naar voetnoot4
5[regelnummer]
Dit peynsend was des Heren inspraack veerdig /Ga naar voetnoot5
 
Die vraagde 't dubbend hert / wat soeck gy hier!Ga naar voetnoot6
 
't Hert sey / de Cragt der waarheyd / die als vierGa naar voetnoot7
 
My suyver wand'len maack / en uw Dienst weerdig.
 
Com dan vry (seyd de Gods-spraack) want het hert
10[regelnummer]
Dat door mijn wet verstockter wierde / werd
[pagina 64]
[p. 64]
 
Nu door Gena gesogt / en so gevonden:Ga naar voetnoot10-11
 
So grijp ick (sey de siel) volmondig toe /
 
En eygen die Gena so cragtig; doeGa naar voetnoot13
 
Gy 't stenig hert maar smelten in uw wonden.Ga naar voetnoot14

9. Wijnmaant 1659.Ga naar voetnoot15

voetnoot*
Het kunstig gebouwde sonnet weerspiegelt de innerlijke onzekerheid waarin Lodenstein omstreeks 1659 (het krisis-jaar in zijn ontwikkeling, volgens Trimp) verkeert. Het gedicht zit vol tegenstellingen: tussen de schuchterheid van het dubbend hart en de inspraak des Heren, tussen hart en ziel, tassen Wet en Genade. In het eerste kwatrijn weerhoudt de dichter zijn zondig hart om het H. Sacrament te naderen door de gedachte aan zijn ziel die door het heilig recht verslonden is. Het tweede kwatrijn bevat een dialoog tussen Godsspraak en dubbend hart. In het eerste terzine nodigt de Godsspraak het hart uit, waarna in het laatste terzine de ziel haar toestemmend antwoord geeft. Door de dramatisering van verschillende binnen zijn persoon verenigde elementen maakt Lodenstein de innerlijke verscheurdheid zichtbaar. Hij ‘wordt zichzelf gewaar als iemand, die uit losse delen schijnt te bestaan, waartussen onvoldoende verbinding tot stand komt, alx God haar niet aanbrengt’ (A. van Duinkerken, Beeldenspel, p. 120). Als hier van tragiek sprake is, dan geldt die echter niet alleen of zelfs maar in de eerste plaats Lodenstein zelf, maar de zondige mens.
voetnoot2
Opdringen: zich verheffen, zich verstouten om te naderen.
voetnoot3
beyd: wacht.
stout: vermetel.
voetnoot4
van: door.
't heylig Regt: Gods gerechtigheid.
voetnoot5
Terwijl ik dit overwoog, was er aanstonds Gods inspraak.
voetnoot6
dubbend: weifelend.
voetnoot7
de Cragt der waarheyd: cf. Joh. 14: 17; 15: 26; 16: 13.
voetnoot10-11
De anti-these tussen wettische godsdienst die geen rechtvaardiging brengt en rechtvaardiging door de geloofsgenade berust op Paulus' brief aan de Galaten. De hele terminologie in dit gedicht (verstocker, gesogt, gevonden - en eerder - verslonden, wand'len) is bijbels zonder dat een bepaalde tekst letterlijk wordt aangehaald.
voetnoot13
eygen: eigen toe, neem aan.
so cragtig: adjektief in post-positie!
voetnoot14
stenig: stenen; de beeldspraak is hier niet visueel maar intellectief zoals in de 17e eeuw vaak voorkomt, c.f. L.C. Michels, Filologische opstellen III, Zwolle 1961, p. 117-122.
voetnoot15
Wijnmaant: oktober.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken