Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
België in de Tweede Wereldoorlog. Deel 1 (1973)

Informatie terzijde

Titelpagina van België in de Tweede Wereldoorlog. Deel 1
Afbeelding van België in de Tweede Wereldoorlog. Deel 1Toon afbeelding van titelpagina van België in de Tweede Wereldoorlog. Deel 1

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (24.23 MB)

XML (0.37 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/geschiedenis/Tweede Wereldoorlog


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

België in de Tweede Wereldoorlog. Deel 1

(1973)–Paul Louyet–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

De verloren vrede (1918/1939)


Vorige Volgende

2 / De ‘grote politiek’

Sedert augustus 1914 is België het troetelkind van de verbondenen. Het heeft geweigerd Duitsland doortocht te verlenen, waarop zijn neutraliteit werd geschonden en het land in de oorlog betrokken. Het heeft een zware tol betaald.

België zal trachten uit zijn zeer gunstige morele positie munt te slaan wanneer het uur van de afrekening is aangebroken. Want het heeft niet onaanzienlijke ambities.

België wil gebiedsuitbreiding in Europa; het wil Duits - en waarom niet? - ook Nederlands grondgebied naasten; ook het hele Groothertogdom Luxemburg. Het wil eveneens een nog groter koloniaal bezit, alsmede herstelbetalingen. Als aanloop tot deze eisen wenst het land evenwel de herziening van zijn internationaal statuut.

Na 1830 hadden de grote Europese mogendheden gezorgd voor een regeling van het Belgisch-Nederlands geschil. In 1839 werd de nationale soevereiniteit van België enigermate beperkt: het mocht geen internationale verdragen sluiten, maar zijn onschendbaarheid werd door vijf grote mogendheden gewaarborgd: Groot-Brittannië, Frankrijk, Rusland, Oostenrijk-Hongarije en Pruisen.

Het moest de veiligheid evenwel betrekkelijk duur betalen, want hele gebieden, waarop het land meende recht te hebben, waren uiteindelijk aan Nederland toegewezen.

België wil nu dit internationale zgn. ‘neutraliteitsstatuut’ kwijt. Het heeft daarvoor flinke argumenten. Twee van de vijf ondertekenende grootmachten hebben immers het statuut geschonden: Duitsland en Oostenrijk; een derde grootmacht, Rusland, verkeert in staat van ontbinding.

[pagina 9]
[p. 9]

In plaats van het neutraliteitsstatuut eist België zijn volledige soevereiniteit op, d.w.z. het recht om verdragen te sluiten met wie het wil en, door een aktieve internationale politiek, zijn onafhankelijkheid veiliger te stellen dan dit klaarblijkelijk het geval was geweest.

De verbondenen tonen begrip voor de Belgische stellingen: het neutraliteitsstatuut wordt opgeheven en de weg ligt nu open voor de ‘grote politiek’.

Op dit ogenblik wordt de Belgische diplomatie op verscheidene vlakken bijzonder agressief. In de eerste plaats op dit van de gebiedsuitbreiding. Weer vertrekt men van de verdragen van 1839. Het heet dat wij onder de druk van de mogendheden (waaronder Duitsland en Oostenrijk) grote gebieden hebben prijsgegeven aan Nederland. De kompensatie die wij hiervoor hebben gekregen, nl. het waarborgen van onze grenzen, is door de jongste gebeurtenissen achterhaald geworden. Het is niet meer dan logisch, het is zelfs bijzonder rechtvaardig, dat men derhalve terugkomt op de in 1839 geregelde kwestie der gebiedsverdeling. België eist dat Nederland Zeeuws-Vlaanderen zou teruggeven en ook Nederlands-Limburg. Het wil voorts wijzigingen in het statuut van de Schelde en van het kanaal van Terneuzen.

In 1839 was het Groothertogdom Luxemburg naar Nederland gegaan, evenwel niet zonder heel wat protest van Belgische zijde en zeer pathetische momenten in het parlement. Een volksvertegenwoordiger stierf uit emotie in volle vergadering en heel België herhaalde de slotwoorden van Gendebiens vlammende redevoering: Neen, 380.000 maal neen, uit naam van de 380.000 Belgen die worden geslachtofferd...

Sedertdien was het Groothertogdom onafhankelijk geworden en had het met Nederland weinig of geen banden meer. Toch zal België vragen dat Gendebiens ‘380.000 Belgen’ naar hun vroeger vaderland zouden terugkeren, ‘zo zij daarin toestemmen’.

Ten slotte Duitsland. Duitsland is op dit ogenblik het zwart schaap van de hele wereld en het is duidelijk dat de verbondenen het niet zullen aandurven de wensen te weigeren van het heroïsche, maar door de oorlog ook gekruisigde kleine België. De Belgische diplomaten zien dan ook nogal ruim en dienen een eisenprogramma in, dat de naasting omvat van Duits-Luxemburg, Eupen-Malmédy en flinke delen van het Duits koloniaal rijk. Het geheel wordt verder nog afgerond met de vordering tot herstelbetalingen voor de geleden oorlogsschade.

Het blijkt evenwel snel, dat Versailles de Belgische verwachtingen zeer sterk zal teleurstellen, in dergelijke mate trouwens, dat men een ogenblik heeft geloofd dat België het verdrag niet zou ondertekenen. De resultaten waren inderdaad veeleer aan de bescheiden kant: België krijgt wel herstelbetalingen, waarvan een gedeelte zelfs prioritair zal worden betaald. Maar wat verruiming van grondgebied betreft moet het zich met bijzonder weinig tevredenstellen: Eupen-Malmédy in Europa, Ruanda-Urundi in Afrika.

Intussen hebben wij evenwel nieuwe verliezen geleden; de landen, die door onze eisen werden bedreigd, brengen natuurlijk weinig sympathie op voor dat kleine landje met zulke imperialistische allures. Maar, en dat is veel belangrijker, wij hebben ook de vriendschap verspeeld van sommige verbondenen, vnl. Groot-Brittannië. Het is inderdaad duidelijk, dat Groot-Brittannië in de eerste jaren na de oorlog, steeds meer afstand gaat nemen van ons land en zich op bepaalde ogenblikken zelfs tegen België gaat opstellen. Wat is er aan de hand?

De sleutel van het vraagstuk ligt bij Frankrijk of, juister wellicht, bij de gewijzigde machtsverhoudingen op het Europees vasteland.

Frankrijk heeft te Versailles de nederlaag van 1870 uitgeveegd. Het is terug in het bezit van Elzas-Lotharingen, het bezet een flink stuk van Duitsland en heeft het als militaire macht uitgeschakeld. Frankrijk staat te Versailles op het hoogtepunt van zijn macht. Het is in Europa, en meteen in de wereld, de sterkste militaire mogendheid. Toch houdt het, niettegenstaande zijn geweldige overwinning en het hiermee gepaard gaand kokarde-patriottisme, uit het konflikt enkele stevige minderwaardigheidskompleksen over. Het geeft zich immers in ruime mate rekenschap van het gevaar, waaraan het is ontsnapt en weet dat het, zonder de hulp van zijn bondgenoten, moeilijk zou hebben gezegevierd. Bovendien blijft Duitsland, dat meer dan ooit Frankrijks erfvijand is, een zeer groot potentieel gevaar.

Het is veel sterker geïndustrialiseerd dan Frankrijk en één van de lessen die men uit de jongste oorlog heeft getrokken, is precies dat industriële macht essentieel is voor de landsverdediging. Bovendien is Frankrijk ook veel minder bevolkt dan

[pagina 10]
[p. 10]


illustratie
1




illustratie
2




illustratie
3




illustratie
4
de zegepraal
De wapenstilstand werd gesloten op basis van president Wilson's ‘Veertien Punten’.
Deze werden evenwel prompt vergeten tijdens de onderhandelingen voor het Vredesverdrag, De Duitse onderhandelaars (1) werd te Versailles een ‘diktaat’ opgedrongen.
De haat tegen Duitsland was zo algemeen (2 en 3) dat haast niemand inzag dat de geallieerde eisen te hoog waren, en het Verdrag van Versailles een stap naar nieuwe moeilijkheden betekende.
President Wilson, hier gefotografeerd tijdens zijn bezoek aan België in gezelschap van kardinaal Mercier (4), werd door zijn eigen land niet gevolgd. De Amerikaanse senaat weigerde inderdaad het Verdrag van Versailles te aanvaarden en de Verenigde Staten gingen zich weer van Europa isoleren.


[pagina 11]
[p. 11]


illustratie
5




illustratie
6




illustratie
7
de zegepraal
Het Belgisch koningspaar (5) werd door de bevrijde bevolking triomfantelijk onthaald.
Op 22 november 1918 sprak koning Albert tot het Parlement (6). Hij beloofde o.m. het algemeen enkelvoudig stemrecht, de gelijkheid van de beide landstalen en de oprichting van een Vlaamse universiteit te Gent.
Later kwamen beroemde buitenlandse gasten ‘klein, heldhaftig België’ bezoeken en sommige van zijn steden eervol onderscheiden. Koning Albert en koningin Elisabeth ontvingen, ter gelegenheid van de toekenning aan de stad Luik van het Frans Oorlogskruis, president Poincaré en zijn echtgenote (7).


[pagina 12]
[p. 12]


illustratie
1




illustratie
2




illustratie
3
einde goed, alles goed?
Na de wapenstilstand werd de balans-opgemaakt van de Belgische oorlogsschade. 100.000 huizen lagen in puin:
120.000 ha. landbouwgrond waren onbruikbaar geworden en de polders van de Westhoek één grote woestijn vol granaattrechters. Vele fabrieken waren ontmanteld geworden en de helft van de hoogovens vernield.
In steden als Leuven en Charleroi telde men honderden ruïnes (1). Ieper, centrum van de Britse frontsector, was bijna volledig verwoest; van de beroemde Halletoren bleef nog een stomp staan, evenals van de kerktorens (2). De mensen werden in houten noodwoningen ondergebracht, soms zelfs in foorwagens (3).


[pagina 13]
[p. 13]


illustratie
4




illustratie
5




illustratie
6




illustratie
7
einde goed, alles goed?
De wederopbouw
Reeds één jaar na de oorlog waren de Belgische spoorwegen hersteld en begon men nieuwe lijnen aan te leggen (4). Eén van de projekten vergde offers: een doorgang dwars doorheen het Zoniënwoud (5). Ook toen verloren de protesterende natuurvrienden het pleit.
De uitbreiding van de haven van Antwerpen werd na de oorlog voortgezet. In 1928 werd de Kruisschanssluis in gebruik genomen (6), met haar 47 km. kaaien, haar ruime opslagplaatsen, haar spoorwegen.
Ook de Belgische luchtvaart ging vooruit. Te Brussel bouwde men in 1923 het eerste aero-technisch instituut (7).


[pagina 14]
[p. 14]

Duitsland en heeft het een veel lager, deficitair geboortecijfer. Het heeft ook veel meer verliezen geleden dan de andere landen, zowel wat manschappen als wat stoffelijke schade betreft; in het Westen werd het konflikt praktisch alléén op Franse bodem uitgevochten.

De slotsom is snel gemaakt: niettegenstaande zijn nederlaag en zijn volledige ontreddering blijft Duitsland gevaarlijk.

De Franse buitenlandse politiek zal derhalve te Versailles trachten Duitsland definitief te breken. Wij hebben reeds gezien dat Frankrijk Elzas-Lotharingen heeft teruggekregen en dat het een gedeelte van Duitsland, nl. de Rijnstreek, bezet. Het wil evenwel meer en het slaagt erin Duitslands macht tot een minimum te herleiden. Grote stukken van het Duits grondgebied gaan naar de omringende landen, vnl. naar Franse bondgenoten als Polen, Tsjechoslovakije, België. Het strategisch belangrijk gebied van de linker Rijnoever, dat niet kan worden genaast wegens de Britse en Amerikaanse tegenstand, wordt blijvend gedemilitariseerd. Er zullen geen Duitse kanonnen meer vóór Straatsburg staan, en evenmin Duitse troepen. Het wordt Duitsland ook verboden een werkelijk leger, een vloot en een luchtmacht te bezitten evenmin als een oorlogsindustrie. Het mag voorts Oostenrijk, dat eveneens zeer gehavend uit de strijd is gekomen, niet tot een ‘Anschluss’ verleiden. Bovendien wordt het verplicht zijn uitsluitende schuld in het wereldkonflikt te bekennen en alle hieruit voortvloeiende schade te vergoeden.

Versailles is dus een geweldige Franse triomf. Maar het vredesverdrag is uiteindelijk maar papier en de hele Franse politiek van de volgende jaren zal gericht zijn het verdrag te doen uitvoeren en, waar dit mogelijk is, het voor Duitsland nog te verzwaren.

Laten we als voorbeeld de herstelbetalingen nemen. Het vredesverdrag van Versailles had Duitsland het principe van de herstelbetalingen opgelegd, maar het bedrag ervan niet vastgesteld. Frankrijk zal er voor zorgen dat dit wordt opgedreven tot bedragen, die Duitsland, in de omstandigheden van 1919, niet kan opbrengen. Het zal daarom onder zijn schuld gebukt gaan en leven onder de bedreiging van een Frans militair optreden.

Frankrijk zet anderdeels zijn traditionele verdragenpolitiek voort. Het omringt Duitsland met naties, die Fransgezind zijn en met Frankrijk verdragen hebben gesloten: Tsjechoslovakije, Polen, Roemenië, Joegoslavie.

Het spreekt vanzelf dat, in het Westen, Frankrijk ook zal trachten zijn kleine Belgische bondgenoot in zijn alliantiepolitiek te betrekken en met hem een alomvattend verdrag te sluiten.

Dit valt België in principe goed mee. Want in welke toestand bevindt ons land zich na Versailles?

Nu wij het neutraliteitsstatuut hebben laten varen, deinen wij op de onstuimige zee van de internationale politiek. Wij hebben nu wel de vrijheid verdragen te sluiten, maar wij hebben nog geen partners gevonden. Het is duidelijk dat wij deze zullen zoeken in de richting van onze verbondenen en, natuurlijk in de eerste plaats, van Frankrijk en Groot-Brittannië.

Vooral Frankrijk is ons bijzonder genegen en heeft dit te Versailles meermaals bewezen. Het heeft vele Belgische eisen onvoorwaardelijk gesteund. Wanneer bepaalde kringen in Frankrijk aanstuurden op een Franse naasting van het Groothertogdom Luxemburg, heeft de Franse regering geweigerd dit initiatief te steunen en kreeg België prioriteit. Wanneer wij er niet in slagen de Luxemburgse bevolking ervan te overtuigen dat zij beter Belgisch zou worden en zij zich integendeel uitspreekt voor een tolunie met Frankrijk, weigert de Franse regering andermaal. Voor Luxemburg, dat ekonomisch is aangewezen op een verstandhouding met één van zijn grotere buren, blijft uiteindelijk geen andere mogelijkheid meer over dan België. De Belgisch-Luxemburgse Ekonomische Unie, wordt dank zij Frankrijk in 1920 gesloten.

Ook inzake herstelbetalingen, gebiedsuitbreiding, noem maar op, vindt men Frankrijk steeds op zijn post wanneer het gaat om de verdediging van Belgische eisen.

Dat heeft vanzelfsprekend voordelen. Evenwel ook nadelen.

Want België wordt nu beschouwd als een satellietstaat van Frankrijk. Deze toestand brengt haast onvermijdelijk, en zeer zeker tegen de wil van de Belgische regering in, een verkoeling met zich van de Engelse houding ten opzichte van ons land. Het was immers de bedoeling van Groot-Brittannië na de oorlog opnieuw zijn traditionele politiek van het Europees evenwicht te volgen. Het wilde weer scheidsrechter worden bij gebeur-

[pagina 15]
[p. 15]

lijke konflikten onder de grote mogendheden van het vasteland en uit zijn ‘splendid isolation’ opnieuw de voordelen halen, die het Brits Imperium hadden gemaakt tot hetgeen het was. Helaas, er waren in Europa buiten Frankrijk geen grote mogendheden meer, bijgevolg ook geen Europees evenwicht. De Britse diplomatie trekt zeer snel uit deze nieuwe toestand haar konklusies en gaat zich, reeds te Versailles, tegen Frankrijk opstellen. Het weigert inderdaad in te gaan op vele Franse eisen; het ontzegt ook de traditioneel met Frankrijk verbonden landen, Frankrijks nieuwe bondgenoot België inkluis, heel wat ambities. Het zal trouwens, met de jaren, de wederopstanding van Duitsland als grote mogendheid, en zelfs als militaire macht, in de hand werken.

De teloorgang van de verstandhouding tussen Groot-Brittannië en Frankrijk heeft voor België onoverzichtelijke gevolgen. Zoals tevoren gezegd, ligt het in de bedoeling van België's ‘grote’ politiek de onschendbaarheid van de Belgische grenzen door zijn beide grote buren en bondgenoten te doen waarborgen. Wanneer Groot-Brittannië herhaaldelijk de wensen van onze diplomaten omzeilt en uiteindelijk bijna brutaal weigert een Brits-Belgisch verdrag te ondertekenen, schijnt maar één weg open te blijven: deze van Parijs.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

landen

  • over Groot-Brittannië (en Noord-Ierland)

  • over Frankrijk

  • over Duitsland

  • over Verenigde Staten