Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Peel omnibus (1969)

Informatie terzijde

Titelpagina van Peel omnibus
Afbeelding van Peel omnibusToon afbeelding van titelpagina van Peel omnibus

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.46 MB)

Scans (21.45 MB)

ebook (3.17 MB)

XML (1.12 MB)

tekstbestand






Editeur

Toon Kortooms



Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Peel omnibus

(1969)–H.H.J. Maas–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

6

De nieuwe, grote plannen drukten zwaar op de oude burgemeester van Peelheim. Allerlei gedenk van zwarigheden en moeiten tobde duizelend om door zijn kop. 't Zou wel zo zijn, als de secretaris gezegd had, want de Deputatie had alles goedgekeurd. Maar hij begreep die zaken niet. Waren die maatschappijen toch nog maar een paar jaren weggebleven. Zo'n nieuwe dingen, het was helemaal niets voor oude mensen. 't Ging allemaal zo goed in zijn tijd, 't was een plezier geweest. Jaar in jaar uit zaten ze met dezelfde lui in de raad. Stierf er een lid, dan volgde de oudste zoon hem op, omdat het hem ‘toekwam’. Dat sprak van zelf. In de beste eensgezindheid deden ze maar zachtjes aan. Ontevredenheid kwam nooit verontrustend de boel in de war sturen. De mensen waren immers toen nog zo goed! Ze bemoeiden zich niet met de zaken van 't raadhuis. Hij en de oude secretaris konden het werk samen best af, er was niet veel te doen. En zoals zij het overlegden, was het de twee wethouders ook altijd goed.

Nee, de nieuwe tijd met zijn nieuwe wetten was slecht. Waar 't heen moest, de burgemeester kon het niet begrijpen. Jennesen moest wel gelijk hebben. De Visscher bedierf de mensen zeker met zijn gepraat. Hij had anders die nieuwe, beleefde meester altijd goed mogen lijden. 't Was zo'n stille jongen geweest. Dat die nou zó ging doen.

De burgemeester schudde zijn kop zorgelijk, niet begrijpend.

Dat hij nu op zijn oude dag ook nog geplaagd moest worden met die peel-drukte.

Uit zijn rustige wegsuffing van de laatste jaren, nadat zijn oude secretaris was gestorven en Jennesen op het raadhuis was gekomen met zijn-alles-willen-veranderen, hadden die veen-plannen hem opgeschokt door de vrees, hoe dat nu toch wel allemaal gaan zou. Kanalen graven, een fabriek bouwen, turfstrooisel verkopen. Waar zou het geld van de gemeente blijven? Hij voelde zich als in een angst van een zware droom, die zijn borst omschroefde in een folterende kwelling. Hoe dat nu allemaal aan te pakken? Waarmee beginnen?

Na de goedkeuring van de Deputatie sprak Jennesen er ook niet meer over. Zou die hém nou met alles alleen laten zitten?

De familie van de burgemeester, die zijn tobben en zeuren dagelijks aanzag, wenste, dat de Peel verzonken was, éér de maatschappijen er op af waren gekomen. Al die kopbrekerij zou de burgemeester de

[pagina 263]
[p. 263]

dood nog aandoen, en dat was de hele turf niet waard.

Eindelijk, na een verlegen, uitgeaarzeld vragen aan de secretaris, kwam weer de rust over hem door de afschuiving van alle drukkende zorgen. Jennesen deed behulpzaam, dat hij best begreep, hoe de burgemeester tegen al die nieuwerwetsigheden opzag. Maar dacht de burgemeester dan, dat hij alleen alles moest volbrengen? Vertrouwde hij zo weinig op de secretaris? Neen, Jennesen zou wel alles op zich nemen om de burgemeester een plezier te doen. Die moest maar gerust zijn, hoefde zich van niets wat aan te trekken. Ze moesten maar eens 'n goede regeling maken. Kijk, het zou nodig zijn, dat Jennesen voorlopig dagelijks naar de Peel ging om grondig het terrein te onderzoeken voor de kanalen, de ligging van de fabriek, enz. Nu had hij gedacht, dat zijn oudste zoon hem dan wel kon helpen op het raadhuis. Hij was nog jong, maar goed bij de hand. Als hij hem op weg hielp, kon hij al heel wat schrijfwerk afdoen, dat scheelde veel. De jongen hoefde natuurlijk voorlopig geen betaling te krijgen, dát verlangde Jennesen niet. Als hij zelf maar een billijke vergoeding kreeg voor zijn extra werk, dan was hij dubbel en dwars tevreden. Hij deed het immers om de burgemeester een plezier te doen, en ook voor de gemeente. Kom, kom het zou hem zeker veel moeiten en zorgen op de hals halen, maar dat had hij er graag voor over. Als hij eerst alles tot in de puntjes nagegaan had, zou hij de plannen klaar maken, en dan konden ze die de raad voorleggen en daarna aanbesteden. Een half percent van de aannemingssommen, als vergoeding, daar zou toch niemand iets tegen kunnen hebben. En voor de jongen hoefde de gemeente geen cent te betalen, 't zou 'm goed doen, als ie wat vroeg aanpakte, want ie zou later ook de kost met werken moeten verdienen. Jong gewend, oud gedaan, en vader had geen geld om hem leeg te laten lopen. Voor zijn zoon wilde hij niets hebben.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken