Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Annie Forest. Een verhaal van eene meisjeskostschool (1901)

Informatie terzijde

Titelpagina van Annie Forest. Een verhaal van eene meisjeskostschool
Afbeelding van Annie Forest. Een verhaal van eene meisjeskostschoolToon afbeelding van titelpagina van Annie Forest. Een verhaal van eene meisjeskostschool

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.84 MB)

Scans (11.79 MB)

ebook (3.77 MB)

XML (0.44 MB)

tekstbestand






Vertaler

Rosa



Genre

jeugdliteratuur

Subgenre

roman
vertaling: Engels (overig) / Nederlands


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Annie Forest. Een verhaal van eene meisjeskostschool

(1901)–L.T. Meade–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Hoofdstuk XX.
In de Zijkamer.

Dadelijk na de paaschvacantie begonnen de repetities. - Al de meisjes, die eenige eerzucht hadden, en hare afwezige ouders of voogden genoegen wenschten te doen, werkten hard voor den grooten dag, welke de zomervacantie voorafging en waarop Mevrouw Willis aan haar, die het best gewerkt hadden, prijzen uitdeelde.

Van het oogenblik af, dat Hester op school was gekomen, had zij over dezen dag hooren spreken. Het was zonder twijfel de belangrijkste dag van het jaar op Rustenburg.

[pagina 120]
[p. 120]

Met de kerstvacantie werden er wel kleinere prijzen uitgedeeld, maar de groote prijzen werden altijd voor dezen dag bewaard, welke Mevrouw Willis dan zelf aan haar gelukkige leerlingen uitreikte.

De meisjes, die al twee of drie jaar op school waren geweest, gaven Hester levendige beschrijvingen van de opgewondenheid, de genoegens en heerlijkheden van dezen dag. Ten eerste was het de eerste dag van de vacantie en voorts werd hij bijna van den ochtend tot den avond in de open lucht doorgebracht. Er werd dan een groote tent in de laan opgeslagen en Rustenburg was vol bezoekers. Vaders en moeders, ooms en tantes kwamen van verre om getuigen te zijn van de glorie van hunne bevoorrechte kinderen.

De prijsuitdeeling was natuurlijk het hoofddoel van den dag; maar daar waren nog verscheidene kleinere genoegens. Des avonds was er altijd eene verrassing. Ieder jaar was er iets anders. Want Mevrouw Willis stond den meisjes toe zelf te kiezen, onder ééne voorwaarde slechts: dat zij al den last en al de moeite op zich zouden nemen, in 't kort dat zij de uitvoersters er van moesten zijn. - Eén jaar hadden zij tableaux-vivants vertoond; een ander jaar weer hadden zij een gemaskerd bal; iedere kleeding was toen door haar zelf bedacht, en verscheidene zelfs door hare vlijtige vingers genaaid. Mevrouw Willis schepte behagen in de belangstelling en bezigheid, welke deze jaarlijksche voorstelling haar leerlingen verschafte. Zij moedigde hare pogingen om iets eenigs en moois voort te brengen niet alleen aan, maar zorgde ook dat zij genoeg tijd hadden om hare denkbeelden goed uit te werken.

Na de paaschvacantie kregen de meisjes van de drie hoogste klassen twee vrije avonden, en deze mochten zij

[pagina 121]
[p. 121]

doorbrengen in eene kamer, die zij de zijkamer noemden, en welke in het gedeelte van het huis, dat Mevrouw Willis bewoonde, gelegen was. Deze kamer werd zelden gebruikt, behalve voor deze groote voorbereidingen.

Hester's tijd was druk bezet. Ieder vrij oogenblik wijdde zij aan May; zij was echter vast besloten een prijs te winnen; ook stelde zij levendig belang in de verschillende plannen, welke er in de zijkamer werden gemaakt.

Mevrouw Willis volgde met het uitreiken der prijzen altijd haar eigen zienswijze. Van ieder meisje werd verwacht, dat zij het in al de vakken tot op eene zekere hoogte gebracht had; indien dit niet zoo was, mocht zij niet mededingen; had zij dat standpunt echter bereikt, dan mocht zij één onderwerp, maar ook slechts één kiezen ter mededinging.

Op den Maandag na de paaschvacantie werden de verschillende onderwerpen opgegeven; en de meisjes moesten den Vrijdag daaraanvolgende hare antwoorden inzenden voor welken prijs zij wilden mededingen. Toen die dag aanbrak, bemerkten Dora en Hester, dat zij dezelfde keuze gedaan hadden: zij hadden beiden het engelsche opstel gekozen. Voor dit onderwerp kreeg men altijd een van de kostbaarste prijzen, en verscheidene meisjes schudden het hoofd over Hester's keuze.

‘Je bent mal om dat te gaan probeeren, Hetty,’ zeiden zij; ‘Mevrouw Willis stelt zulke hooge eischen aan het engelsche opstel. Wij leeren wel de regels van de spraakkunst en de goede uitspraak en zoo voort, maar Mevrouw Willis zegt altijd, dat de opstellen der schoolmeisjes in den regel zoo slecht zijn, dat zij niet dacht, dat iemand voor dezen prijs zou werken, tenzij zij natuurlijken aanleg heeft. Daarom looft zij slechts eenen prijs voor opstellen

[pagina 122]
[p. 122]

voor de drie klassen uit. Ge moest liever van plan veranderen, Hetty, voordat het te laat is, want wij weten, dat verscheidene oudere meisjes mede zullen dingen.’

Hester lachte echter en verzekerde haar opgewonden vriendinnen, dat zij zich bij haar lievelingsonderwerp hield, en dat zij zou trachten zooveel mogelijk haar best te doen.

Op den morgen dat al de meisjes hare keuze moesten bekend maken, kwam Mevrouw Willis in de schoolzaal en hield eene toespraak, waarin zij de meisjes op het hart drukte toch vooral de stipste eerlijkheid bij het behalen van een prijs in acht te nemen. De weinige en goedgekozen woorden der directrice brachten de meisjes, die het meest van haar hielden, in een koortsachtige opgewondenheid, en zelfs Hester, die nog eene nieuweling was, verlangde vurig, dat zij meer dan gewone eer in den komenden wedstrijd zou behalen. - Na deze toespraak maakte Mevrouw Willis nog verscheidene opmerkingen over de keuze van de verschillende onderwerpen. Het laatst sprak zij over den prijs voor de engelsche opstellen, en hierdoor verhoogde zij nog de belangstelling en opgewondenheid, welke altijd voor dezen bijzonderen prijs gevoeld werd. Tegen hare gewoonte wilde Mevrouw Willis dit jaar geen onderwerp opgeven. Ieder meisje mocht hare eigen keuze doen.

Toen Annie, die al den tijd onverschillig voor haar lessenaar gezeten had, dit hoorde, sprong zij op met een vroolijk gelaat en schitterende oogen en fluisterde Miss Good iets in het oor.

Miss Good knikte, ging naar Mevrouw Willis en zeide hardop, dat Annie van plan veranderd was, en dat in plaats van naar geen prijs te dingen, zij nu voor het engelsche opstel wilde werken.

Mevrouw Willis zag verwonderd op, maar schreef zon-

[pagina 123]
[p. 123]

der eenige aanmerking te maken Annie's naam op de lijst der mededingsters. Annie ging weer zitten zonder de verwonderde meisjes, die hare verbazing niet konden verbergen, zelfs een blik te gunnen. - Zij had tot nu toe nooit de minste neiging getoond in dit vak uit te munten.

Des avonds verzamelden zich de meisjes van de drie hoogste klassen voor het eerst in de zijkamer; als gewoonlijk babbelden zij zonder ophouden en maakten plannen, welke onder luid gelach weder verworpen werden. Vele ideeën werden er geopperd en weer als zonder waarde afgedankt.

Niemand scheen eene schitterende gedachte te hebben, en daar het eerste, wat men natuurlijk doen moest, was het een of andere soort van vertooning te bedenken, schenen de plannen tot eenen stilstand te zijn gekomen.

Het feit was dat zij, wier denkbeelden altijd iets frisch en nieuws hadden, tot nog toe gezwegen had.

Cecile, die naast Annie zat, zag haar nu aan en zeide hardop:

‘Wij hebben alles opgenoemd wat wij wisten, en niets is belangrijk genoeg. - Maar Annie, gij hebt in 't geheel niet gesproken. Geef ons een idee - verleden jaar heb je het plan van het gemaskerde bal bedacht.’

Toen zij zoo openlijk aangesproken werd, sloeg Annie hare bruine oogen op, en zag de meisjes met een minachtenden blik aan en opstaande sprak zij op trotschen toon:

‘Deze voorbereidingen schijnen mij toe “veel geschreeuw en weinig wol,” zij nemen een massa tijd en de uitkomsten zijn de moeite niet waard - ik heb niets te zeggen. Of ja, indien gij dat wenscht, laten wij blindemannetje spelen of eene tooverlantaarn vertoonen.’ En nadat zij

[pagina 124]
[p. 124]

eene spottende buiging voor de meisjes gemaakt had, verliet zij snel de kamer.

‘Wat een onverdraaglijk kind!’ zeide Dora; ‘het verwondert me nog, Cecile, dat je hare meening vroeg. Je weet best, dat we liever geen van allen wat met haar te maken willen hebben.’

‘Ik weet best, dat gij allen u inspant om haar het leven zoo ongelukkig mogelijk te maken,’ zeide Cecile moedig. ‘Geen van u allen hier op school heeft Mevrouw Willis' gebod gehoorzaamd, om Annie als onschuldig te beschouwen. Gij hebt haar dood verklaard; ik weet, dat het heel onrechtvaardig en slecht van u is. Gij weet niet, meisjes, dat gij Annie's geluk verwoest.’

‘Ach kom, zij ziet er volstrekt niet treurig uit,’ zeide Mary West, een meisje uit de tweede klasse. ‘Ik geloof dat zij eene verstokte zondares is.’

‘Weinig kent gij haar,’ zeide Cecile, ‘en het onrechtvaardigste van de geheele zaak is, dat gij tegenover Mevrouw Willis doet voorkomen, alsof gij haar als onschuldig beschouwt, en gij behandelt haar, alsof zij schuldig is.’

Hester waagde toen aan te merken: ‘Ik geloof niet, dat Mevrouw Willis volkomen overtuigd is van Annie's onschuld.’

Hester werd over dit gezegde door de meeste meisjes uitgelachen. Dora Russell schonk haar echter een goedkeurenden blik. Cecile was bleek geworden en liet zich op haar stoel nedervallen; zij beproefde niet langer hare afwezige vriendin te verdedigen.

‘In ieder geval,’ zeide Nelly Conway, die als de eerste van de school altijd met een zekeren eerbied werd aangehoord, ‘is het ongelukkig voor het welslagen van ons plan, dat er zooveel kwaad van Annie wordt gesproken en

[pagina 125]
[p. 125]

gedacht. Wat mij betreft, kan ik mij niet begrijpen, waarom dat arme kind zoo ontmoedigd moet worden, of wat het ons aangaat, of zij schuldig is of niet. Als mijnheer Everard en Mevrouw Willis zeggen dat zij onschuldig is, is dat dan niet voldoende? Het feit of zij schuldig of onschuldig is, kan ons niet hinderen. Het is echter heel jammer, dat wij nu juist kwade vrienden met haar zijn, want welke fouten zij ook mag hebben, is zij toch de eenige van ons, die ooit eens een oorspronkelijk idee heeft. Maar daar hier nu niets aan te veranderen is, moeten wij het zonder haar klaarspelen; wij kunnen niet den geheelen avond over dit geval spreken.’

Men ging daarna weer aan den gang, en na veel over en weer spreken, werd er besloten, dat er twee korte komediestukjes zouden worden opgevoerd. Er werd dadelijk eene commissie benoemd, welke de stukjes kiezen en dan de verschillende rollen onder de spelers moest verdeelen. - Zij was samengesteld uit Dora Russell, Mary Conway, Hester Thornton, Cecile Temple en nog twee meisjes uit de tweede klasse. De vergadering werd daarop gesloten, maar er was een zekere lusteloosheid over alles gekomen, en Cecile was niet het eenige meisje, dat met een zucht terugdacht aan de vroolijke vergadering van het voorgaande jaar, toen Annie de ziel van alles was, en toen de eene schitterende gedachte na de andere over de costumes van het gemaskerde bal als ware het vanzelf bij haar opkwam.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken