Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De Vlaamsche vertelselschat. Deel 4 (1933)

Informatie terzijde

Titelpagina van De Vlaamsche vertelselschat. Deel 4
Afbeelding van De Vlaamsche vertelselschat. Deel 4Toon afbeelding van titelpagina van De Vlaamsche vertelselschat. Deel 4

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.35 MB)

Scans (8.72 MB)

ebook (3.47 MB)

XML (0.33 MB)

tekstbestand






Illustrator

Victor Stuyvaert



Genre

proza

Subgenre

sprookje(s)
verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De Vlaamsche vertelselschat. Deel 4

(1933)–Victor de Meyere–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 173]
[p. 173]

CCCCXLI. De oorsprong van den dorelaar (Prunus Spinosa)aant.

Dit gebeurde toen de Heilige Familie door de woestijn trok. De hitte was onverdragelijk, het kindeken Jezus kreunde, Maria kloeg er Jozef wist geen raad. En de ezel ging altijd-aan maar voort.

- Vonden we maar een boom, we zouden wat uitrusten in zijn lommer, zuchtte Maria.

- Ik zie alleen een uitgedroogden struik, zonder blaren en zonder lommer, antwoordde Jozef.

- Laat er ons heengaan, zei Maria.

Zoo deden zij. Aan den boom gekomen wierp Maria haar blauwen mantel over den struik, zoodat zij allemaal in een klein plekje lommer wat beschutting vonden.

En wijl zij daar zaten, begon het meteen zoo geurig te rieken. Zij keken allemaal op en zagen dat onder den blauwen mantel de uitgedroogde doornstruik blad en bloemen had geschoten.

Maria dankte:

- Gij schoone, blanke dorelaar, sprak zij, voortaan zult gij geuren opzenden zoo goed als de best-riekende bloemen. Gij zult bloeien in de maand Mei, die mij gewijd zal zijn, en de menschen zullen u, om uw blanke bloesems, op de aan mij gewijde altaars en kapellekens plaatsen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken