Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Meneer Frits en andere verhalen uit de vijftiger jaren (1974)

Informatie terzijde

Titelpagina van Meneer Frits en andere verhalen uit de vijftiger jaren
Afbeelding van Meneer Frits en andere verhalen uit de vijftiger jarenToon afbeelding van titelpagina van Meneer Frits en andere verhalen uit de vijftiger jaren

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.66 MB)

XML (0.06 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Meneer Frits en andere verhalen uit de vijftiger jaren

(1974)–Marga Minco–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 54]
[p. 54]


illustratie

[pagina 55]
[p. 55]

De troeven van Gejus

‘Er is er net een niet goed geworden,’ fluisterde mevrouw Boulogne, nadat ze me met een vinger op de lippen in de marmeren vestibule had ontvangen. Terwijl ik haar grachtenhuis naderde had ik vier oude mannen onder de kroonluchter in de voorkamer zien zitten, verdiept in hun kaartspel. Haar mededeling moest op een van het viertal slaan.

Op mijn tenen volgde ik haar naar de salon aan de achterzijde, waar meneer Boulogne zich juist een borrel inschonk. ‘Jullie ook?’ vroeg hij, en zonder ons antwoord af te wachten vulde hij twee lampeglazen met jenever.

Achter de suitedeuren klonk een benauwd hoesten, wat meneer Boulogne niet verhinderde mij uitvoerig het verloop te schetsen van een antiekveiling in Londen, waar hij kans had gezien zijn kollektie chinees porselein met enkele zeldzame stukken aan te vullen. Hij was midden in een plastische beschrijving van het bieden toen de tussendeur openging. De bejaarde neef van de Boulognes verscheen op de drempel en stamelde:

[pagina 56]
[p. 56]

‘Een dokter. Er moet een dokter komen.’

‘Is het dan zo erg?’ vroeg mevrouw Boulogne.

‘Hij zegt dat 't met hem gedaan is. Hij heeft 't vreselijk benauwd. We hebben zijn jasje uitgetrokken en hem voor het open raam op twee stoelen gelegd.’

‘Bel dan maar gauw,’ zei ze.

De neef liep naar de gang. Het gehoest in de voorkamer werd geleidelijk minder en ging over in een zacht reutelen. Meneer Boulogne zette op gedempte toon zijn verhaal voort, maar door de komst van de dokter moest hij mij opnieuw de climax onthouden. Wij luisterden naar heen en weer geloop en geagiteerd praten in het andere vertrek, waar plotseling een stilte viel die het hele huis scheen te bevangen. Ook wij bleven onbeweeglijk zitten. Na enkele ogenblikken ging langzaam de deur open.

‘Het is gebeurd,’ zei de neef. Hij verdween en kwam een minuut later weer binnen. ‘De dokter moet zijn naam hebben, maar we weten geen van allen hoe hij heet.’

‘Hoe kan dat nou?’ vroeg mevrouw Boulogne. ‘Jullie kaarten al een jaar of tien iedere zondag met elkaar.’

‘Ja,’ zei de neef, ‘maar we hebben hem nooit naar zijn achternaam

[pagina 57]
[p. 57]

gevraagd. Voor ons was hij altijd Gejus.’

‘Je weet toch zeker wel waar hij woont?’ zei meneer Boulogne.

‘Nee, we weten ook niet waar hij woont.’

‘Heeft hij geen familie? Had hij 't daar nooit over?’

‘O ja, hij had 't dikwijls over zijn familie. Hij heeft twee zoons en drie dochters. Ze zijn allemaal getrouwd en hebben kinderen. Maar hoe ze heten weten we niet. Hij zelf was weduwnaar.’

‘Hebben jullie al in zijn zakken gekeken? Heeft hij geen papieren bij zich?’

‘Daar hebben we naar gezocht. Hij heeft alleen een kiekje van een baby in zijn zak, een oud bioscoopkaartje en wat kleingeld.’

‘Dat is een lastig geval.’ Meneer Boulogne deed de glazen nog maar eens vol.

‘Wacht even.’ De neef kwam wat verder de kamer in. ‘Hij had 't wel 'ns over een mevrouw Schippers.’

‘Misschien heeft ze telefoon,’ zei mevrouw Boulogne.

De neef voerde een reeks telefoongesprekken, die hem al gauw bij de juiste mevrouw Schippers brachten, want een kwartier later stond ze voor ons. Een welige vrouw van rond de vijftig met geblondeerd haar-op-zolder. Over haar gebloemde jurk droeg ze een helrood jasje.

[pagina 58]
[p. 58]

‘Ik kende hem oppervlakkig,’ legde ze zenuwachtig lachend uit. ‘Hij zei altijd: noem me maar Gejus. Meer wist ik niet van 'm. Hij kwam af en toe 'n kop koffie bij me halen. Ik zou echt niet kunnen zeggen waar ie woont.’ Ze zocht gejaagd in haar witte laktas en haalde er een zakdoek uit waarmee ze langs haar hals wreef.

‘Zijn familie moet toch gewaarschuwd worden,’ zei meneer Boulogne. ‘Maar hoe vinden we die nou?’

‘Misschien weet Joop Meerkant wel iets. Zal ik die eens bellen?’ vroeg mevrouw Schippers.

Ik stond vlug op om haar de telefoon te wijzen. Ik had al een tijd het gevoel dat ik iets moest doen en was blij dat ik er nu gelegenheid voor kreeg. In de gang hadden twee oude mannen met bedrukte gezichten postgevat voor de gesloten deur van de voorkamer. Ik knikte ze toe. Ze reageerden niet.

Joop Meerkant was bereid onmiddellijk te komen. Hij bleek een boomachtige man te zijn, wiens gebaren en stemomvang te groot waren voor de toch zeer ruime salon.

‘Ach,’ riep hij, ‘Gejus dood! En 't was zo'n goeie ouwe baas. Ik heb meer dan eens 'n pilsje met 'm gedronken bij De Put. Verder kende ik 'm ook niet.’ Taxerend ging zijn blik langs de antieke kasten, de

[pagina 59]
[p. 59]

schilderijen en het kostbaar porselein. ‘Hij gaf wel es 'n rondje, maar dat ie zulke deftige vrinden had heb ik nooit geweten. Hij had 't me wel es kunnen vertellen, wat jíj, Nel?’ Dit tegen mevrouw Schippers.

‘Nu weten we nog niets’, zei de neef. Hij had zijn bril afgezet en keek als een blinde.

‘Je hebt kans dat ze ons bij De Put kunnen inlichten,’ zei Meerkant.

‘Even bellen.’ Wij hoorden zijn stem door de gang galmen en even later kwam hij ons verheugd melden: ‘We hebben 'n zoon van 'm.’

 

Om half elf was het grachtenhuis vol familieleden, vrienden en kennissen van de dode, die om de een of andere reden de hele avond voor het open raam moest blijven liggen. Ziekenauto's bleken alleen zieken te vervoeren en begrafenisondernemingen waren op zondag moeilijk te bereiken. Mevrouw Boulogne liep heen en weer met kannen koffie en schalen toastjes. Meneer Boulogne hield zich aan de jenever en schonk zichzelf en wie maar wilde voortdurend bij. Hij probeerde nog om mij het slot van zijn verhaal over de londense veiling te vertellen, maar hij kreeg er geen kans voor. De mensen verdrongen elkaar in de salon, maakten royaal gebruik van de tele-

[pagina 60]
[p. 60]

foon, liepen naar de voorkamer om een laatste blik te slaan op de ontslapene en bekeken meteen het hele huis. Ik had al enkele pogingen gedaan om weg te komen, maar mevrouw Boulogne drukte me telkens in mijn stoel terug. ‘Blijf toch zitten en neem nog 'n drankje,’ zei ze. We waren intussen overgegaan op whisky.

Eindelijk vond men toch een begrafenisondernemer die wilde komen. Ze haalden hem voor het raam weg. ‘Temidden van zijn vrinden,’ zei Joop Meerkant, die als laatste van het gezelschap vertrok.

Er hing een zware geur van koffie en alcohol en overal verspreid stonden kopjes, glazen, flessen en volle asbakken. Ik nam nu ook afscheid. In de gang zag ik dat de deur van de voorkamer wijd open stond. Ik keek naar binnen. Over een stoel hing een donkerblauw colbertjasje.

‘Nu is er ineens een jasje over,’ zei ik.

De bejaarde neef hoorde het niet. Hij leunde tegen de tafel, met een waaiertje kaarten in zijn hand. ‘Drie azen, twee heren en een vrouw,’ mompelde hij. ‘Zo'n kaart heeft hij nog nooit gehad.’

Op de gracht liepen twee oude mannen met behoedzame passen voor mij uit. De derde, achter het hoge raam, legde de troeven van Gejus neer en doofde het licht.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken