Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Ideën III (1876)

Informatie terzijde

Titelpagina van Ideën III
Afbeelding van Ideën IIIToon afbeelding van titelpagina van Ideën III

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.97 MB)

ebook (3.34 MB)

XML (1.06 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

aforismen
verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Ideën III

(1876)– Multatuli–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

855.

Er is 'n deun in omloop, dat men ‘eerbied schuldig is aan alle opiniën.’ Ik erken, wel-eens tegen dit voorschrift gezondigd te hebben. Misschien is deze misslag vergeeflyk, omdat ik de oprechtheid van veel meeningen in twyfel trek, en dan moet de ruwheid van m'n aanval niet zoozeer worden toegeschreven aan minachting voor de bestreden meening, als aan verachting van 't voorwenden. Ga naar voetnoot*

Om alzoo te beoordeelen of men in dit opzicht den eerepalm behoort uittereiken aan den mecklemburger baron of aan onze verkeerd-beschavers, zouden wy de oprechtheid van de uiteenloopende methoden moeten onderzoeken, en ik gis

[pagina 270]
[p. 270]

dat we daarna onzen opinie-eerbied, òf vry gelyk tusschen beide partyen zullen kunnen verdeelen, òf die geheel terughouden. Zoolang men schoolmeesters aanstelt in den geest van de mecklemburger domeinheeren, pleegt men verraad aan den tredmolen. En wie paardekracht en menschenwaarde tegelyk verwaarloost, verdient by z'n eerstkomende avatara in 't mecklemburgsche ter-wereld te komen.

We moeten oprecht zyn, en tusschen beide richtingen 'n keus doen. Door 't hinken op twee gedachten loopen we gevaar den boer zwak, mager en onwetend, den burger mager en onbekwaam, den geleerde dom en mager te maken, d.i. allen onbruikbaar.

Begeeren we been en spieren? Willen we beroepshandigheid? Beoogen we wetenschappelyke transcendentale ontwikkeling?

Alles in gepaste maat.

Dit spreekt vanzelf, maar wie bepaalt deze maat?

't Ideaal van beschaving zou meebrengen dat ieder voor-zich den evenaar in 't huisje wist te houden. Dit echter is het doel dat beoogd moet worden, geen handleiding om 't te bereiken. Maar wel kunnen we door die stelling nagenoeg geraken tot de slotsom dat het algemeen-menschelyke behoort ontwikkeld te worden.

Hieruit toch is te verwachten dat de meest gunstige toepassing op byzondere omstandigbeden, kan worden overgelaten aan den individu.

voetnoot*
Noot van 1876. Ook zonder onoprechtheid in 't spel te brengen, heeft alweer die spreekwys geen dragelyken zin. Zy is als veel dergelyke praatjes, 'n stopwoord. Men is eerbied schuldig aan iets dat eer verdient, niet waar? Op welke eer nu 't aankleven van bespottelyke meeningen kan aanspraak maken, begryp ik niet. Evenmin waarom men eerbied zou schuldig zyn, aan die opinien zelf?
Maar, zegt men, er behoorde dan 'n kriterium te bestaan, om uittemaken welke meeningen al dan niet bespottelyk zyn? Ik antwoord dat juist het ontbreken van zoodanig kriterium, my van de verplichting tot eerbied ontslaat. Zoodra men erkent dat er bespottelyke opinien bestaan, kan ik op-grond van denzelfden deun die ook dáárvoor eerbied vordert, eischen dat men myn meening over die bespottelykheid eerbiedige. Ik, byv. vind het geloof aan 'n God, even bespottelyk als 2 X 2 = 5, en hierin, zegt men, doe ik te-kort aan ‘den eerbied dien men aan 't gevoelen van andersdenkenden verschuldigd is.’ M'n gebrek aan eerbied voor die ongerymdheid stem ik van ganscher harte toe, maar ik ontken dat ik dien eerbied zou schuldig wezen. Eerbiedigendie ‘andersdenkenden’ 't geloof in o.l.v. van Lourdes? In 't wonderdadig bloed-zweeten van louise lateau? In weerwolven, heksery, bietebauwen of zwarte-kunst? Immers neen! Welk recht hebben ze dan, van my eerbied te vorderen voor hùn bygeloof? Wat zou my verplichten de eene spokery boven de andere te stellen?
De hier behandelde zaagdeun is nog afkeurenswaardiger dan menige andere, omdat ze rechtstreeks 'n misdaad tegen 't gezond verstand in bescherming neemt. Uit het uitdrukkelyk vindiceeren van eerbied voor opinien, blykt per se dat die opinien niet op eigen beenen kunnen staan, en dat men daarvoor - als voor blinden, kreupelen en gebrekkigen - de zeer byzondere konsideratie inroept. Gezonde denkbeelden hebben waarlyk zoo'n buitengewone bescherming niet noodig. Niemand hoeft vermaand te worden tot ‘eerbied’ voor de meening dat twee maal twee gelyk is aan vier. De bedoelde spreekwys is dus, wel beschouwd, 'n wanhopige poging om zekere ongerymdheden die men aan den man wil brengen, van cognoscement en paspoort te voorzien. ‘A is géén A... ik verzoek eerbied voor deze opinie, 'tgeen ik bereid ben by gelegenheid te vergelden.’ 't Spreekt vanzelf dat 'n ander dan even straffeloos verkondigen mag dat B geen B is, enz. 't heele alfabet door, en men eerbiedigt vice-versa maar toe, tot er de misselykheid opvolgt. Amen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken