Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verzameld werk II. Kritisch en verhalend proza (1961)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verzameld werk II. Kritisch en verhalend proza
Afbeelding van Verzameld werk II. Kritisch en verhalend prozaToon afbeelding van titelpagina van Verzameld werk II. Kritisch en verhalend proza

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.41 MB)

XML (2.69 MB)

tekstbestand






Editeur

Gerrit Kamphuis



Genre

proza

Subgenre

non-fictie/essays-opstellen
kritiek(en)
verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verzameld werk II. Kritisch en verhalend proza

(1961)–Martinus Nijhoff–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Anthonie Donker
‘De schichtige Pegasus’. Kritiek der poëzie omstreeks 1930.

Onder de wat wonderlijke naam ‘De schichtige Pegasus’ heeft de dichter Anthonie Donker een kleine twintigtal zijner poëzie-kritieken in een bundel bijeengebracht, grotendeels herdrukt uit het ‘Critisch Bulletin’ waarvan hij redacteur is. Donker heeft een warme en veelzijdige belangstelling, voortkomend uit een gaarne bewonderende, enigszins passief aandoende, ontvankelijkheid. Eenmaal getroffen is hij bevangen en, van die bevangenheid uit, schrijft hij zijn besprekingen, zeer fijnzinnig en een beetje weerloos. Ik meen dat ‘Ter zake’, het andere verzamelwerk dat te dicht op deze ‘Schichtige Pegasus’ verschenen is, een beter indruk van zijn vermogen en bedoelingen geeft dan deze vluchtige stukjes. Waar hij op aandringt is, om het kort te zeggen, wederom de ontvankelijkstelling van de schrijver ten opzichte van grote krachten als zijn land, zijn tijd, zijn volksgeaardheid. ‘Een representatief menschenlot’. Ik vraag mij af, of wij dit niet reeds zijn zonder het te willen, of het mogelijk is dit niet te zijn. Elk lindeblad is verschillend maar het blijft lindeblad. Als ik goed zie, begaat Donker een edele vergissing wanneer hij het normale en gezonde voor het representatieve aanziet. Neen, het normale is een hypothese, een cultuurprodukt. Wat van dieper komt, en gedreven wordt door ouder krachten, doorscheurt ons als een overmachtige afwijking. Het is in de zonderlingheden dat wij waarlijk vertegen-

[pagina 751]
[p. 751]

woordigend zijn voor groter dingen dan onze persoonlijkheid. De norm van normaliteit aanleggen is het onmenselijkste wat men doen kan.

Donker schrijft bijvoorbeeld over de nagelaten kleine liedjes van Herman Gorter. Hij schrijft: ‘Deze tot de uiterste eenvoud herleide regels staan het dichtst bij de van leed en ondervinding geladen en erdoor gelouterde woorden, die diep beproefde menschen soms zonder het zich ten volle bewust te zijn spreken’. Hier is weer de menselijke maatstaf, die hetgeen uiterlijk op een stameling lijkt tot normaal gevoelsleven verklaren wil. Maar het grote en merkwaardige van Gorter was juist de volle bewustheid, het vast visioen. Er is iets hoorbaar helders in het openliggen van de schijnbaar onbeholpen regeltjes. Het is alles heel vreemd, heel berekend, heel taalkundig tot een uiterste van klankverfijning afgestemd; het gaat tot een toonhoogte die boven het waarnemingsvermogen van het oor ligt. Hier is eer een soort saamgetrokken skalden-poëzie dan in ‘Mei’, waar ik tenminste weinig daarvan verneem.

Donker schrijft zeer juist over de poëzie van E. du Perron: ‘De strenge vormen van het klassieke vers, waarvoor hij een voorliefde blijkt te hebben, beheerscht hij slechts gebrekkig. Dit is een van de factoren, waardoor de poëtische waarde zijner verzen niet groot is; als vers zijn zij effen en gelijkmatig en zelden verrassend, de mentaliteit ervan is interessanter dan de verzen -.’ Maar dit is, dunkt me, in tegenspraak met wat zes bladzijden verder te lezen staat: ‘Men kan van hem een herleving van het gelegenheidsgedicht verwachten, van den dichterlijken brief, zooals Horatius en Ovidius hem schreven’, en hij gaat voort met van Du Perron ‘embleem-poëzie’ te vragen, ‘zooals Roemer Visscher ze schreef.’ - Deze tegenstrijdigheid is alleen te verklaren als een tweevoudige interpretatie van een en hetzelfde verschijnsel, te weten dat het beeld in Du Perrons gedichten zoveel markanter is dan de taal. Het beeld inderdaad is daar als een voorwerp, het spreekt niet, en de dichter staat er naast als een explicateur, met ophef fraserend, zijn bewogen-

[pagina 752]
[p. 752]

heid verloochenend onder een schijn van schijn-poëzie. Maar met dat al vertoont hij het beeld.

Men ziet, het bundeltje van Anthonie Donker bevat veel zaken waarover men denken kan en anders denken. Het geeft materiaal daartoe, en het is zonder ijdelheid eerlijk. De wederom zeer juiste opmerking, bijvoorbeeld, dat ‘afgedane figuren’ als Verwey en Boutens niettemin tussen 1920 en 1930 ongemerkt hoogtepunten onzer poëzie deden verschijnen met ‘De getilde last’ en ‘Zomerwolken’, uitgaven door de publieke erkenning min of meer overgeslagen, geeft evenzeer stof tot overpeinzing, als het heldhaftig geformuleerd inzicht, dat er nog maar enkele verzen te schrijven overblijven: ‘de enkele die geheel met ons lot geladen zijn’. Naar alle zijden de horizon te verkennen, uit zowel religieuze als revolutionaire richtingen de nadering van de schuwe schoonheid te verwachten, is de niet geringe waarde van deze kritische werkzaamheid.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over dit hoofdstuk/artikel

titels

  • over De schichtige Pegasus. Critiek der poëzie omstreeks 1930 (onder ps. Anthonie Donker)


auteurs

  • over N.A. Donkersloot


datums

  • mei 1933